heer Jacobse eens. Ik wil hiermee ook niet suggereren dat wij
het wel zonder de winkeliersverenigingen kunnen doen, dat wij
het best redden. Het is natuurlijk zo dat de zondagsmarkt in
zijn totaliteit goed slaagt, als het meer is dan een waren
markt, waar de heer Jacobs over spreekt. Ik zal dat dan ook
meenemen in de gesprekken daarover.
De Voorzitter: Ik stel voor de besluitvorming als volgt te
doen plaatsvinden. Van de twee besluiten respectievelijk 6188
en 6191 als volgt eerst in stemming te brengen 6188.1.1
gekoppeld aan 6191.1.3. Dat zijn de twee artikelen waarin het
begrip zondagsmarkt als structureel in de verordening wordt
overgenomen. Ik stel u voor dit als één pakket te zien,
waarbij het specifieke karakter van deze discussie wordt
geïllustreerd en daarom deze twee artikelen als eerste in
stemming te brengen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig het
voorstel van b. en w.met de aantekening dat de CDA-fractie,
met uitzondering van de wethouder, de NLP-fractie en de
GPV/RPF/SGP-fractie geacht willen worden te hebben tegenges
temd.
De Voorzitter: Aan de orde is de stemming over de rest van de
verordening.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig het
voorstel van b. en w.
Punt 22 (bijlage nr. 102).
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig het
voorstel van b. en w.
Punt 23 (bijlage nr. 82).
De Voorzitter: Aan de orde is Verwerving en vervreemding
diverse onroerende zaken.
De heer Kroes: Voorzitter, ik wil dit agendapunt aangrijpen
36
om een verklaring af te geven.
Al jarenlang heeft de fractie van PAL/GL en daarvoor de
fractie van PAL vastgehouden aan het socialistische standpunt
tegen de verkoop van erfpachtgronden in de binnenstad van
Leeuwarden te zijn. Bij het agendapunt Verwerving en ver
vreemding van diverse onroerende zaken hebben wij dan ook
altijd een stemverklaring afgegeven dat wij tegen de verkoop
van erfpachtgronden in de binnenstad zijn. Vandaag staan er
echter geen erfpachtgronden op de lijst van vervreemdingen.
Vreemd misschien dat wij dan reageren, nee. U hebt zojuist al
gezien dat door onze fractie een frisse wind is gegaan. Ik
wil niet zeggen dat wij als fractie de komende tijd vaker
verdeeld zullen stemmen, maar er is een nieuwe frisse wind en
een andere frisse wind. Wij zullen steeds het standpunt
blijven handhaven dat het verkopen van erfpachtgronden in
principe niet de voorkeur heeft. Waarom? Dat wil ik nog even
in herinnering brengen. Omdat door het instrument erfpacht de
waardestijging van de grond ten goede komt aan de gemeen
schap. De gemeente en de gemeenteraad kan door het instrument
erfpacht meer invloed uitoefenen op wat er met de grond
gebeurt. Voor PAL/GL, zoals ik al zei, zal dit standpunt
blijven gelden, ook voor de komende periode. Echter tijdens
de laatste algemene ledenvergadering van PAL/GL is dit onder
werp erfpacht opnieuw op de agenda gezet en besproken. De
leden van de PAL/GL zijn daarbij tot de conclusie gekomen dat
het rigide vasthouden aan het principe geen zin meer heeft.
Wellicht kunnen wij stellen dat de feiten de idealen hebben
ingehaald. Onze fractie zal vanaf vandaag niet meer alleen
uit principe tegen verkoop van erfpachtgronden stemmen en wel
om de volgende redenen:
1. omdat er in het verleden al zoveel erfpachtgronden ver
kocht zijn dat er nog maar weinig over is en wat er over
is zal met name liggen in de particuliere sector, waar
door er vergeleken met andere delen van de gemeente een
vorm van rechtsongelijkheid optreedt voor diegenen die
erfpacht willen afkopen;
2. de binnenstad is zo langzamerhand geheel afgedekt door
bestemmingsplannen en voorbereidingsbesluiten en deze
instrumenten geven de raad voldoende sturingsmogelijk
heden over wat er met de grond en met name ook met wat
er op staat moet gaan gebeuren;
3. erfpacht lijkt ook financieel niet echt gunstig te zijn
voor de gemeente.
Kortom, bij de beoordeling over de vervreemding en verwerving
onroerende zaken zal onze fractie, mede vanuit het principe
van erfpacht, in het vervolg per geval bekijken in hoeverre
overgegaan kan worden tot verkoop van de desbetreffende
erfpachtgronden en zal niet meer alleen in principe tegen
zijn.
37