3. de heer dr. W. Walther-Boer b. Commissie voor het Centrum voor Beroepsoriëntatie en Beroepsoefening Friesland: voordracht van het Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen de heer J.H.B.Y. Kalt. voordracht van het CNV: de heer M. Post. voordracht van burgemeester en wethouders: de heer F.F. Rijpstra. voordracht van de Raad van Centrale Ondernemers organisaties: de heer S. Uilkema. voordracht van de Vereniging van Friese Gemeen ten: de heer J. van der Werf. II Commissie van advies en bij stand aan het College van Burgemeester en Wethouders met beheerstaken: a. Commissie voor het Princessehof voordracht van de Ottema-Kinama Stichting: 1. mevrouw A. Detmar-Zijlstra; 2. de heer H.G. van Slooten. voordracht van burgemeester en wethouders: 1. de heer H. Boxem; 2. de heer J. Mobach. voordracht van de Vereniging Vrienden van het Princessehof: 1. de heer mr. W. Adema; 2. de heer ir. H. Fetter. voordracht van de Van Achterberah-Domhof Fun datie: de heer J.W.N. van Achterbergh. Benoemd worden de voorgedragenen met algemene stemmen. Punt 4 (bijlage nr. 117). De Voorzitter: Aan de orde is Benoeming lid van de Raad van de Regio Noord-Friesland (bijlage nr. 117); aanbeveling van burgemeester en wethouders: de heer J.B. de Jong. Benoemd wordt de aanbevolene met algemene stemmen. Mevrouw Schaafsma en de heer Jacobse vormden met de voorzit ter de leden van het stembureau. Punt 5, 6, 7 en 8 (bijlage nr. 118, 119, 105 en 108). Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig de voorstellen van b. en w. Punt 9 (bijlage nr. 110): De Voorzitter: Aan de orde is Meerjarenprogramma restaura tieve rijksmonumenten. De her Bakker: Mijnheer de voorzitter, ik vind dat een ge meente zich diep moet schamen als zij niet in staat is een redelijke staat van onderhoud te garanderen van haar meest beeldbepalende monument. Het toeristenseizoen is begonnen en nu hangt er aan de Oldehove een lelijk net, bepaald geen reclame voor de stad. Als ik een toevallige passant zou zijn die afgemeerd lag aan de Prinsentuin en ik zou overwegen in Leeuwarden een bedrijf te vestigen, dan gaf de Oldehove in ieder geval op dit moment niet de doorslag. Als de gemeente zo'n monument niet in orde heeft, dan zal de gemeente wel meer niet op orde hebben, zo wordt dan geredeneerd. Over visitekaartjes gesproken. Laten wij wel zijn, Leeuwarden moet het natuurlijk deels hebben van haar historische karakter. Dat historische karak ter maakt Leeuwarden nu juist zo attractief en vormt daarmee een belangrijk instrument in de concurrentiestrijd op econo misch gebied. Later wij er daarom ook alles aan doen om dit te behouden. Toegegeven, wij zijn als gemeente niet in staat alle monumenten in een optima forma toestand te houden. Daar hebben wij ook hulp van derden voor nodig, zoals het rijk dat jaarlijks in het kader van het Besluit Rijkssubsidiëring Restauratie Monumenten subsidies verstrekt. Die subsidies waren al niet toereikend en in dat licht bezien baart het mijn fractie zorg dat er op het beschikbare budget ook nog bezuinigd wordt op dit ogenblik. Wat kunnen wij en wat doen wij als gemeente zelf zoal aan ons monumentenbestand. Wij hebben een heel scala aan instrumenten dat wij kunnen inzetten, ik wou dat voor de duidelijkheid hier toch even voor het voetlicht brengen. Wij hebben de subsidie voor woningverbetering in het kader

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1994 | | pagina 4