partij nu nog zou beweren dat bezuinigingen niet nodig zijn. Belangrijker is straks de echte inzet en de omvang van het bezuinigingsbedrag en de manier waarop wij dit willen reali seren. Belangrijk is ook - de heer Jacobse gaf net een mooi rijtje bijwoorden, daarom noem ik nu maar wat passende bij voeglijke naamwoorden - dat straks de bezuinigingsvoorstellen die wij doen goed, degelijk en doordacht zullen zijn. Daarom gaat het mijn partij nu ook te ver om de moties van de NLP te steunen. De strekking van de moties lijkt niet onsympathiek, maar voldoen niet aan de criteria die ik net heb aangegeven. Wel spreken uiteraard zaken ons aan die net al genoemd werden door mevrouw De Haan als pas op de plaats, dubbeltjes of kwartjes of centen drie maal omdraaien, ik denk dat dat belangrijk is en wanneer het mogelijk is om bepaalde bezuini gingen te doen in 1995 zou dit zeer welkom zijn. Ondanks dat het nu niet aan de orde is wil ik toch steun geven aan de kritiek van de heer Greving voor wat betreft de verslaglegging van commissies. De heer Hoogeveen: Ik wilde graag over drie onderdelen nog iets zeggen. Eerst over het woord "herwaarderen". Het is wel aardig dat mevrouw Vlietstra daar op inging en dat zij ook zelf wilde proberen het woord "herwaardering" uit haar vocabulaire te schrappen, maar dat het moeilijk zou zijn omdat het nogal ingeslepen was in het taalgebruik van deze gemeente. Het bleek hoezeer dat ingeslepen was, door twee zinnen later te melden dat zij niet in staat was herwaarderingsvoorstellen in 1995 al bij de begrotingsbehandeling voor te leggen. Ten tweede wilde ik nog iets zeggen over de eerste termijn van mevrouw Van Ammers. Zij sprak daar over het voorstel om de Frigem-gelden aan te spreken. Uit haar woorden kreeg ik wat de indruk dat zij de techniek van dat voorstel nog niet helemaal begreep. Maar dat is niet zozeer mijn probleem. Wat wel een beetje mijn probleem is dat zij mij daar citeerde en dat op een wat vrije manier deed. Het probleem is dat de commissieverslagen wat beperkt zijn, dus daar staan mijn woorden niet op papier en om de geschiedenis niet al te veel te laten vervalsen moet ik hier toch maar even melden wat ik gezegd heb in de commissie. Ik heb daar inderdaad gezegd dat dit een vorm van potverteren is, dat moet je niet ontkennen, het is interen op je bestaande vermogenspositie en dat je dat alleen kan doen wanneer je ook zeker weet dat je bezig bent met orde op zaken stellen en orde op zaken stellen wil zeggen dat je zoveel mogelijk gaat voorkomen dat je interne risico's loopt, wat wij nu dus nog wel doen. Het voorkomen van interne 66 risico's zijn wij mee bezig met Leeuwarden in Stelling. Dat is een goed project, wij hebben er ook alle vertrouwen in dat dat gaat slagen, maar wij zullen daar wel heel kritisch naar blijven kijken. Een tweede deel van het orde op zaken stellen is het goed analyseren van je externe risico's. Zover zijn wij op dit moment nog onvoldoende, dat zal in het najaar beter moeten zijn. Een derde onderdeel van het orde op zaken stellen heb ik genoemd het evenwicht bepalen tussen wat je aan vermogen hebt en wat je aan risico's loopt. Ook dat overzicht is er op dit moment nog niet en is toegezegd voor het najaar. Dat is waar ik over gesproken heb in de commis sievergadering en dat is toch iets anders dan wat mevrouw Van Ammers net als citaat aanhaalde. Ten derde wilde ik nog even ingaan op de twee moties van de NLP. Mevrouw Van Ammers gaf aan dat deze moties niet aan haar criteria van goed, degelijk en doordacht voldoen. Ik denk dat zij daar gelijk in heeft, het is denk ik technisch onmogelijk om goede bezuinigingsvoorstellen voor te leggen bij de begro tingsbehandeling in dit najaar. Wij hebben gezien wat ervan komt op het moment dat je technisch niet goede voorstellen voorlegt. Dan leidt dat later weer tot tegenvallers en dat is toch niet wat de Nieuwe Leeuwarder Partij wil. Het bedrag nu vaststellen kunnen wij doen, maar dan moeten wij in het najaar misschien nog eens een bedrag vaststellen. Wij blijven bezig. Ik heb in eerste termijn gezegd ten minste f 6 miljoen lijkt op dit moment aan de orde, het exacte bedrag daar komen wij in het najaar op. De heer Brinks: Voorzitter, voor wat betreft de moties van de NLP kan ik mij aansluiten bij wat de vorige sprekers en ook wat de wethouder hebben gezegd. Als je op dit moment met voorstellen komt betekent dit dat ze niet goed doordacht kunnen zijn en daarom zou je het niet moeten doen, ook omdat de hoogte van het bedrag nog niet bekend is. In het najaar komen wij daar wel over te spreken. Wij zullen de moties niet steunen. Op de werkconferentie of op welke manier dan ook maar gevonden wordt, zoals de wethouder zei, op voorstel van de gemeentesecretaris zullen wij hierover spreken. Dat voor stel zien wij tegemoet. Het doel van zo'n bijeenkomst is om het helder geformuleerd te krijgen. De wethouder heeft toege zegd dat het vooraf helder moet zijn, want dan kan je er binnen eigen geledingen, ook al zit je er niet als vertegen woordiger van je partij, vantevoren over nadenken en praten. De heer Greving: Ik wil beginnen met de beide moties die voorliggen. Zo te zien tekent zich geen meerderheid af voor 67

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1994 | | pagina 34