dan niet gesubsidieerd. Want hoe je het ook wendt of keert,
woningbouw is in de beleving van de gemeente altijd iets
buitengewoon van zichzelf. Dat heeft natuurlijk ook te maken
met de inkomsten voor de gemeente. U weet dat zeker in het
verleden ook het aantal woningen in hoge mate de gemeente
lijke bijdrage uit het rijksfonds bepaalde, los van de on
roerende zaakbelastingen. Kortom, het raakt ook echt de ge
meentelijke financiële huishouding en in die zin is het niet
zo eenvoudig om daar met elkaar afspraken over te maken. Ik
ben ontzettend blij dat het ons gelukt is, zij het via een
omweg
Dan ben ik gelijk bij de opmerking van mevrouw Van Ulzen van
waarom moet dat nu zo verschrikkelijk ingewikkeld en is er
niet sprake van overlap. Jazeker er is uitsluitend sprake van
overlap en dat was precies de bedoeling. Toch hebben wij dat
gedaan omdat wij anders niet in staat waren geweest om tot
die plannen te komen. Zoals u weet maakt de gemeente Leeuwar
den deel uit van zowel de Regio Noord-Friesland als van het
Stadsgewest Leeuwarden. Bij die laatste groep, dat zal u
bekend zijn, zijn ook gemeentes betrokken die in andere
regio's zijn gelegen. Dus de puur bestuurlijke inrichting van
deze provincie heeft er toe geleid dat wij verschillende
woningmarktplannen hebben moeten maken om te voorkomen dat
anders weer bepaalde gebieden, gemeentes die functioneel wel
samenhang vertonen, uit de boot zouden vallen. Dat is een
buitengewoon kostbare zaak, zij het dat hier om pragmatische
en dus ook financiële redenen gekozen is om hetzelfde bureau
de beide plannen te laten maken, zodat men niet apart ana
lyses heeft hoeven te maken. Dus in feite is het in één keer
gebeurd, maar keurig gesplitst naar de bestuurlijke opdracht
gevers toe.
Als u vraagt wat de positie is, welk plan voor Leeuwarden dan
het meest relevant is, dan is dat het Stadsgewest. Niet
zozeer omdat wij daar een voorkeur voor zouden hebben, maar
het feit is dat het stadsgewestgebied veel meer samenhang
vertoont, veel meer het gebied is waar de woningmarkt van
Leeuwarden zich in concentreert. Het zal u duidelijk zijn dat
in de Regio Noord-Friesland verschillende woningmarkten zijn,
die van Schiermonnikoog hangt nauwelijks samen met die van
Leeuwarden. Maar dat is de bestuurlijke inrichting en dus is
er ook een woningmarktplan voor Noord-Friesland.
Mevrouw Van Ulzen is vervolgens ingegaan op het gemeentelijk
woningmarktplan. Nu doet zich het feit voor dat dat vanavond
eigenlijk nauwelijks ter discussie staat, terwijl zij haar
betoog daar voor het grootste gedeelte op afgestemd heeft. De
raadsbrief vermeldt daar een kleine passage over en zij gaat
een betoog houden over het achterliggende nog ter bespreking
zijnde rapport. Ik denk dat het verstandig is om dat rapport
later met elkaar te bespreken. Die opmerkingen die zij
25
gemaakt heeft zullen dan ongetwijfeld terugkomen. Ik denk dat
haar opmerkingen een beetje buiten het kader van vanavond
vallen.
De heer Janssen heeft na de waardering ook gepleit voor ruime
publikatie. Ik denk dat dit terecht is, wij zullen daar zeker
aandacht aan moeten geven.
Het punt van de bovengrens van f 600,zullen wij bij de
verdere onderscheidingen die wij moeten maken heel nadruk
kelijk rekening mee moeten houden. Uitgangspunt moet zijn dat
de woningen met een lage huur die bedoeld zijn voor die
doelgroepen ook in voldoende mate beschikbaar blijven voor
die doelgroep en dat het niet zo kan zijn dat een cijfer op
een gegeven moment bepalend wordt voor de vraag of wij nog
wel of niet voldoende woningen hebben. Het moet gegarandeerd
zijn.
Mevrouw Van Ulzen: Ik ben het natuurlijk maar gedeeltelijk
met de wethouder eens dat de gemaakte opmerkingen buiten het
kader van vanavond vallen, want de nota Vrije Sector Kavels
is geloof ik zes jaar geleden al uitgekomen. Ik vind het niet
zo gek als er nu wat opmerkingen over gemaakt worden. Ik neem
aan dat wij er op terugkomen. Ik moet erbij zeggen, de reden
waarom ik het vanavond aanroer en niet in de commissie is dat
het dan in het verslag wordt vermeld, dat is met de commis
sievergadering niet het geval.
Wat ik in werkelijkheid ook bedoeld heb te zeggen, is dat de
energie die wordt gestoken in het realiseren van het Van
Hall-instituut, met alle waardering en respect en dat moet
ook beslist, zien wij toch ook wel graag als het gaat om
particuliere woningen.
De heer Timmermans (weth.Dat zijn wij eens en dat gebeurt
ook.
De Voorzitter: Aan de orde is de stemming.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig het
voorstel van b. en w.
De Voorzitter: Ik stel voor, gezien de structuur van de
agenda en de aard van de onderwerpen, om nu de pauze in te
doen gaan. Dan hervatten wij de vergadering met het ingekomen
stuk Sub T van de mededelingenlijst
26