de tarieven weer omhoog. De heer Timmermans (weth)Voorzitter, mevrouw De Jong en ook anderen hebben vastgesteld dat in ieder geval voor wat be treft de eerste fase van het Verkeers-Milieu-Plan voldoende draagvlak is om te komen tot vaststelling van het plan. Het college heeft aangegeven naar aanleiding van de discussie in de commissie, om ook het karakter van het plan daarmee niet ter discussie te stellen, laten wij ons beperken tot de eerste fase als het gaat om de concrete besluiten. Wat de aard van de plannen is, is de constatering enerzijds dat als wij niets doen de groei van de automobiliteit helaas te groot zal zijn waardoor de bereikbaarheid, waar zoveel woorden ook vanavond weer aan besteed zijn, geweldig in het gedrang komt met alle consequenties voor met name ook de kwaliteit van de winkelvoorziening in de binnenstad. Dat is een zorg voor ons allemaal en niet alleen voor de middenstanders, maar ook diegenen die daar gebruik van willen maken. Dat is één kant van de medaille, de andere kant is dat als wij niets doen het betekent dat de groei van de automobili teit ook zijn consequenties heeft op het terrein van het milieu, namelijk dat waar nu al milieuknelpunten zijn die alleen maar op die lokaties zullen toenemen. Wij hebben gezegd, kunnen wij iets vinden waardoor wij het probleem zodanig kunnen verleggen dat de grootste knelpunten wat betreft het milieu kunnen worden weggenomen. Wat is dan de aard van het plan? Dat is niets anders dan constateren dat die autonome ontwikkelingen aan de orde zijn en dat het goed is om ons daarvan rekenschap te geven. Niet alleen als ge meentebestuur, maar met name ook in de richting van diegenen die straks feitelijke consequenties hiervan zullen ondergaan. Dat kunnen zijn particulieren die de stad niet meer kunnen bereiken, maar het kunnen ook winkels zijn die niet meer bereikbaar zijn. Wij willen dat niet over ons heen laten komen en nu per geval een besluitje nemen en vervolgens constateren dat het probleem zich verschuift naar een ander stukje. Op die manier voortdurend adhoc beslissingen te moeten nemen op grond waarvan wij vervolgens vaststellen dat eigenlijk al die eerdere beslissingen niet goed zijn. Met als gevolg dat wij met elkaar als gemeenteraad een aantal onte rechte beslissingen zouden nemen, maar ook particulieren volstrekt geen inzicht hebben, of dat nu burgers zijn of ondernemers, wat redelijkerwijze aan de orde gaat komen. Juist dat doorzicht van dat type maatregelen en de lijn waarlangs wij dat zullen afwegen, is essentieel voor dit plan. Inzicht geven van als de ontwikkelingen gaan plaatsvin den, hoe je dat dan integraal afgewogen kunt gaan doen. Met andere woorden welke richting van dat type besluiten zullen 64 wij dan waarschijnlijk moeten gaan nemen. Dat wil dus niet zeggen dat wij precies weten, op 23 maart 1998 is het op dat moment absoluut nodig om dat te doen, daar zit natuurlijk een ontwikkeling in. Die ontwikkeling moeten wij heel nadruk kelijk met de instrumenten die wij ons hebben geschapen, gaan controleren gaan bijhouden of deze inderdaad plaatsvindt. In die zin denk ik dat het heel erg goed is dat wij met elkaar een plan hebben weten neer te leggen waar wij op langere termijn enig vertrouwen in kunnen hebben, om te bereiken dat de automobiliteit niet onevenredig hard groeit en tegelijker tijd het milieu daarmee te dienen. Want dat wordt wel dege lijk op een aantal onderdelen gediend als wij het hebben over stankoverlast, als wij het hebben over geluidsoverlast. Maar tegelijkertijd ook de bereikbaarheid voor diegenen die met de auto moeten kunnen komen in stand houden, omdat zij geen alternatief hebben. Die groep moet ook inderdaad bij die winkel kunnen komen. Dat is de essentie van het verhaal. Dan gaan wij daarna praten of elke maatregel die hier wordt voorgestaan ook feitelijk op dat moment of iets later of iets gemandateerd moet worden uitgevoerd. Ik had er behoefte aan om dat aspect nog eens naar voren te brengen, anders wordt het zo'n welles-nietes-verhaal over incidentele maatregelen. De opmerkingen die gemaakt zijn ten aanzien van het al dan niet instellen van eenrichtingverkeer. Het zal u duidelijk zijn dat die maatregelen ook in de latere fase zitten. Het is de lijn om die maatregelen pas te nemen op het moment dat ze nodig zijn omdat het daar vast staat, eerder hoef je het niet te doen. Maar om nu te zeggen, wij willen een maatregel niet, dus hebben wij het probleem opgelost, dan lossen wij niets op, want dan staat het daar vast en dan zijn wij nog veel verder van huis, want wat je dan moet doen is adhoc gaan reageren. Dus ook de opmerking van mevrouw Van Ulzen, die aangeeft dat dit plan als dat doorgaat tot meer autobewegin gen leidt en tegelijkertijd zegt dat alles moet openblijven Vrouwenpoortsbrug)eigenlijk mag er geen maatregel getrof fen worden, daarvan wil ik de consequentie toch naar voren brengen. Als zij dat allemaal wil, als zij niets wil doen, dan weet ik één ding zeker, dat is dat de hele tent vast komt te staan waardoor wij ontzettend veel verder van huis zijn dan zij hoopt. Ik denk dat ons verhaal wel degelijk gebaseerd is op een uitvoerige analyse. Ik zou toch willen aanraden die stukken eens echt naar waarde te bekijken. Wij hebben nog geprobeerd om uittreksels van al die stukken die hier aan ten grondslag liggen te krijgen, dan moet je ook naar de vervoer- regio kijken, dan moet je ook naar het rijksbeleid op dat terrein kijken, waar ook nogal wat gestudeerd is de afgelopen periode over deze problematiek. Het gaat dan niet aan om te 65

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1994 | | pagina 33