kijken hoe met geringe middelen er zoveel mogelijk voor de be woners uit te halen valt. Met betrekking tot het vaststellen van de actiegebieden heb ik toch een iets andere invalshoek. Wij zijn in het verleden ak koord gegaan met de aanwijzing van actie- en stimulerings gebieden. Waar wij nu mee geconfronteerd worden is het ont breken van een discussienota met betrekking tot het aanschrijf- beleid. Het doen van het aanschrijfbeleid is om de bestaande woningvoorraad in een zo goed mogelijke conditie te houden en soms te krijgen. In 1990 heeft het Rotterdams Bouwcentrum een rapport over de kwaliteit van de woonvoorraad in Leeuwarden gepubliceerd. De meeste knelpunten trof men aan in de parti culiere huursector die verreweg het slechtste was, niet in de sector van de particuliere huiseigenaren. Van de totale voor raad van de particuliere huiseigenaren was slechts 0,4% slecht en 9,8% matig. Dat is dus de basis waar wij het over hebben. Ik noem die getallen, omdat tijdens de commissievergadering de PvdA-fractie het had over vooroorlogse toestanden en onbewoon bare woningen. Ik vind het jammer dat de heer Sluiter er niet is, want ik had hem er aan willen herinneren dat de eerste Woningwet uit 1901 gemaakt is door de heer Goeman Borgesius, een liberaal. Als eenmaal het actiegebied is vastgesteld, dan is het wapen van afschrijven en aanschrijven natuurlijk gauw bij de hand. De gemeente heeft als politiek bestuur nu eenmaal de beschikking over deze dwangmiddelen. Onzes inziens is dat de laatste maanden overigens wel te vaak als argument van stal gehaald. Wij hebben dat mandaat, maar wij moeten daar heel zorgvuldig mee omgaan. Een belangrijke rol speelt of je gebruik maakt van dat mandaat, wanneer en ten aanzien van wie. Kortom, welke normstelling hanteer je en op welke wijze. Om nog maar te zwijgen over de tot nu toe beperkte ambtelijke capaciteit voor de handhaafbaarheid. Wij vragen de wethouder de toezegging dat wij op korte termijn - en dat hoeft niet zo uitgebreid - een notitie over het aanschrijfbeleid krijgen waarin duidelijk ge maakt wordt - ik denk dat ik daarmee in de richting zit van de D66-fractie - in welke situatie de gemeente gebruik maakt van aanschrijven, met als inhoud wie, wat, waar en waarom. Wij willen ook dat de communicatie met de actiegebieden op een andere wijze dan tot nu toe gevoerd wordt. Vertel de mensen dat wij ze iets te bieden hebben, dat werkt motiverend. Wij vinden dus, nogmaals, dat de communicatie met de bewoners overtuigend en wervend moet zijn in plaats van te wijzen op de juridische mogelijkheden van de gemeente. Mogelijkheden overigens die zeer twijfelachtig zijn zodra de bestuursrechter er over moet oordelen. Wat betreft punt c. willen wij gezien de commotie niets man dateren en niets machtigen aan b. en w.wij willen graag eerst inventariseren en dan terug in de commissie. Ten slotte, ik had het voor de tweede instantie willen berei ken, maar mevrouw De Jong maakt het mij gemakkelijk, ik zeg het nu toch. Tijdens de commissievergadering heeft de wethouder gemeend te moeten zeggen - dat vond ik een uiterst onfatsoenlijke opmer king - dat ik mij met mijn houding vervreemdde van mijn taak als raadslid. Toch denk ik dat dat wel wat minder het geval is dan bij sommige wethouders die onder toezicht van een spiri tueel feministisch therapeut, helderziende en genezeres zingend rondjes om een boom wandelen. Irene Timmermans, het klinkt niet onaardig. (De heer Timmermans (weth.): Mevrouw Van Ulzen was niet uitgenodigd, begrijp ik.) De heer Timmermans (weth.)Ik begin bij mevrouw De Jong en ik laat even de interpretaties en de uitspraken over en weer in de richting van de WD-fractie tot de competentie van de desbe treffende partijen. De PvdA-fractie heeft aangegeven dat zij instemt met de bena dering zoals die in deze raadsbrief is aangegeven en eigenlijk het hele achterliggende beleid ten aanzien van collectieve woningverbetering, omdat dat ook in de lijn van de eerdere uit spraken in deze raad is gebeurd. Op de communicatie, ook andere partijen hebben daar vrij uit voerig op gereageerd, ben ik ook in de commissie ingegaan. Met name in twee gebieden is dit fout gegaan. Wij moeten nu niet doen dat het altijd zo is dat er problemen zijn bij de bewo ners, de meeste gebieden lopen prima en blijkbaar is de commu nicatie daar wel goed. Wellicht dat hierbij een rol heeft ge speeld dat het proces van verbetering in de desbetreffende ge bieden een poos heeft stil gelegen, omdat wij tussentijds een soort evaluerende discussie met betrekking tot het subsidie niveau en dergelijke hebben gevoerd. Dat heeft geleid tot extra lange procedures en wellicht is ondertussen een stuk van de in formatie daarbij teloor gegaan. Het beeld dat hier wordt neergezet, wat ik dacht de afgelopen commissievergaderingen te hebben weerlegd, namelijk dat wij het accent zouden hebben gelegd op het verplicht aanschrijven, be strijd ik. Ik ben zelf bij de situaties geweest, bij de infor matie-avonden. Als men het boekje "1000 maal collectief" leest, dat krijgt ook iedereen, dan staat er wel degelijk, eerst een heel uitgebreid verhaal over wat de doelstelling is, de posi tieve kanten. Dat is ook de toonzetting die op de verschillende informatie-avonden, waar ik zelf een rol in mag vervullen, wordt gehanteerd. Alleen aan het eind van de hele bespreking, waar eerst uitgebreid de goede zaken, de belangen voor de bewoners, de wijze waarop wij dat willen doen, in goed overleg, in goede samenspraak, nadat wij echt inzicht hebben gegeven naar de desbetreffende bewoners, moet je wel toch aan aangeven - dat hoort ook bij objectieve informatie - dat er in sommige situaties een beeld kan gaan ontstaan dat er een aantal mensen zal worden aangeschreven. Als je dat niet doet, dan belazer je de kluit ook. Dat kan niet de bedoeling zijn. Met name in de twee bedoelde gebieden, de Van Asbeckstraat en de Auke Stel- 24

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1996 | | pagina 13