pakket dat we nu aan u voorleggen. Ik denk dat daarmee alle argumenten die het college heeft wel gehanteerd zijn. Ik denk dat er een belangrijke opmerking gemaakt is door de heer Hoogeveen. Hij vraagt zich af of het technisch-juridisch haalbaar is, want je gaat inderdaad toe naar een gedifferentieerde leges tarifering. Ik denk dat dat niet, wat bestuursrecht betreft, aanvaardbaar is. Mevrouw Visser: De wethouder heeft het over lastenverzwaring, maar dat slaat natuurlijk nergens op, want mensen zijn niet gedwongen om via de betaalautomaat te betalen. Ze kunnen gewoon met cash komen en dan zou er, als het voorstel van de WD- fractie en mij gevolgd wordt, zeker geen sprake zijn van lastenverzwaring. Als het voorstel van het college gevolgd wordt, is er wel sprake van lastenverzwaring. Dan de chipknip. Er zijn nog steeds mensen die een gewone knip nodig hebben om wekelijks te kunnen zien hoeveel er nog in die knip zit en wat zij nog uit te geven hebben. Voor die mensen, en dat is volgens ook ons beleid, om de kosten van de leges dus ook zo laag mogelijk te houden. Gedifferentieerd legestarief is het beslist niet, het is een vergoeding voor het betalen via de pinpas en de leges blijven hetzelfde. Nogmaals, het staat de mensen vrij om te betalen op de manier waarop ze willen. Als je solidariteit verwacht voor een toch nog steeds luxe artikel, denk ik niet dat dit goede solidariteit is. Mevrouw TiemersmaWij hebben de beantwoording van de wethouder aangehoord. Het is in eerste plaats duidelijk dat als je de motie van mevrouw Visser uitvoert, dat voor een bepaalde categorie toch aanzienlijke financiële consequenties heeft. Ik vind drie kwartjes toch nog wel iets anders dan 1,70 a 2,-. Daarnaast is ook duidelijk geworden dat er nogal wat juridische gevolgen kunnen zijn aan het invoeren van zo'n motie. De gevolgen van de beantwoording van de wethouder zijn als volgt, dat het mijn fractie op dit moment duidelijk is dat het dilemma, zoals ik het inderdaad wat pathetisch verwoord heb in mijn eerste termijn, wat onoverkomelijk is. Daarom gaan wij akkoord met het collegevoorstel Mevrouw De Bruin: Ik had ook nog geen uitsluitsel gegeven over onze standpuntbepaling. Ik denk dat, naar aanleiding van onder andere de beantwoording van de wethouder, ook mijn fractie tot de slotsom komt dat we het hier niet hebben over een luxe, maar dat we het hier hebben over een voorziening die eigenlijk deel zou moeten uitmaken van een standaardpakket aan voorzieningen. Derhalve volgen wij het voorstel van het college. De heer De Jong (weth.)Het gaat inderdaad niet om een luxe artikel, althans in het collegevoorstel wordt daar geen enkele uitspraak over gedaan. Mevrouw Visser heeft daar blijkbaar toch een iets andere beleving bij. Overigens, die knip, natuurlijk, mensen worden niet gedwongen om met een pin te betalen, dat is niet aan de orde, maar wat wij merken bij Burgerzaken is dat 48 steeds meer mensen met een pinpas gaan betalen dat ook mensen het verwachtingspatroon hebben dat je dat dus ook bij de gemeente kunt doen. Dat percentage neemt alleen maar toe. Ik wou daar nog even op wijzen vanuit die gedachte. Vanuit ook de toekomstige ontwikkelingen die er aankomen met de chipknip als je hebt over lage bedragen waar nu rekening mee wordt gehouden bij de aanschaf van deze automaten. Ik denk dat het college voorstel een uitstekend voorstel is met betrekking tot de ontwikkelingen in de toekomst. De Voorzitter: Aan de orde is de stemming over de motie ingediend door mevrouw visser, mede-ondertekend door de heer Brok namens de WD-fractie. De motie van mevrouw Visser, mede-ondertekend door de heer Brok namens de WD-fractie wordt verworpen met 5 tegen 2 9 stemmen. Voor stemden mevrouw Visser en de leden van de WD-fractie met uitzondering van de wethouder. De Voorzitter: Aan de orde is de stemming over punt 16. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w.met de aantekening dat mevrouw Visser en de leden van de WD-fractie, met uitzondering van de wethouder, geacht willen worden tegen het voorstel te hebben gestemd. Punt 17 (bijlage nr. 91) Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. Punt 18 (bijlage nr. 109) De Voorzitter: Aan de orde is Vaststellen van het verslag van het gemeentelijk discriminatiemeldpunt 1995. Mevrouw Dikken: Ik wil hier nog kort iets over zeggen. In 1985 is het discriminatiemeldpunt ingesteld en per 1 september 1993 is het meldpunt uitgebreid met klachten over discriminatie op grond van sexuele geaardheid. De laatste jaren is er een gestage afname van het aantal meldingen te zien. In 1994 waren het er 48 en het jaar daarna waren er 31 meldingen. Uit deze cijfers zou de conclusie kunnen worden getrokken dat er minder wordt gediscrimineerd. De vraag is of deze conclusie juist is. Wel lijkt het de PvdA-fractie verstandig om nog eens na te denken over of het discriminatiemeldpunt het gewenste effect heeft. Immers, voor iedereen is duidelijk dat er gediscrimineerd wordt, maar dat wordt toch in onvoldoende mate 49

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1996 | | pagina 25