op die mening terug
De heer JacobseEen groot gedeelte van hetgeen in deze nota
staat komt voort uit de besluiten zoals wij die juist genomen
hebben bij de begroting. Wij hebben daar bezwaar tegen gemaakt,
maar de raad heeft anders beslist en daarmee is dit gewoon een
feit en zullen wij ook nu niet tegen dit voorstel stemmen.
Wij hebben in vorige zittingen van deze raad voldoende duide
lijk gemaakt hoe wij over sporttarieven denken. Ook dat is
algemeen bekend en wij zullen daar nu niet op terug komen.
Overigens blijven die meningen bij ons wel leven.
Gelet op het verhaal dat ik gehouden heb over lastendruk zal
het duidelijk zijn dat de motie die tot doel heeft de stijging
van de afvalstoffenheffing te beperken onze hartelijke
instemming heeft.
Onze instemming met de andere motie, om de integrale afweging
te maken voor het minimabeleid, moet ik nog wel even een
verklaring bij geven. Zoals u weet waren niet alle onderdelen
van het minimabeleid de onze. Toen het besluit genomen werd om
tot ophoging van de kwijtscheldingsnorm te komen waren wij daar
tegen, echter is het een besluit van de raad, er zijn verwach
tingen gewekt bij de burgers en wij vinden het bestuurlijk wel
juist dat je die dan ook moet proberen na te komen. Wij zullen
ons zeker inspannen om de verwachtingen, die gewekt zijn naar
burgers, ook waar te maken. Vandaar dat wij instemmen met het
tweede gedeelte van die motie.
Ik denk dat het een goede zaak is dat wij aankaarten bij het
rijk wat de gevolgen zijn van de afstoting van de Bijstandswet
naar de gemeenten. Overigens wil ik er nog wel even op wijzen
dat toen wij die discussie hadden de partijen in deze raad, met
uitzondering van onze partij, erg blij waren dat het rijk dit
naar de gemeente afstootte en dat wij toen al gezegd hebben:
realiseer je wel dat je daarmee ook niet alleen verschillen
krijgt in uitvoering per gemeente, maar dat ook de kosten voor
een heel groot gedeelte naar de gemeente worden overgeheveld.
De heer Stoker: Wij kunnen instemmen met de zojuist voorgelegde
moties. Voor het overige gaan wij akkoord met de collegevoor
stellen over de tarifering, inachtnemende wat er net is gebeurd
aangaande de begroting uiteraard.
Mevrouw De Haan (weth.)Natuurlijk is het zo dat de besluiten
die net zijn genomen in het kader van de begroting hierin ver
werkt moeten worden.
De kwestie van het minimabeleid. In algemene zin zal ik er niet
op ingaan, dat kan de heer Brinks het beste doen. Ik wil even
reageren op het verhaal van de afvalstoffenheffing. Ik geloof
dat ik ook in de commissie al heb gezegd dat toen wij in het
college dit besluit namen over de tarieven, wij voor een dilem
ma zaten. Er lagen meerdere uitspraken van de raad. In de
eerste plaats ligt er een uitspraak van de raad ten aanzien van
de OZBDe raad heeft gezegd dat zij dat niet doorberekend wil
hebben in de prijs die de bevolking betaalt, maar uit het Grote
Stedenbeleid betalen. Formeel was er op dat moment nog niet
64
sprake van afvalstoffenheffing. En er lag een uitspraak van de
raad en wij hebben ook serieus genomen dat de raad gezegd heeft
wij willen van 95 naar 100%, de verruiming die het rijk ons
biedt willen wij maximaal inzetten. Dat was ook een afspraak
van de raad waarvan wij dachten dat het voor de raad hard lag
en dat hebben wij uit te voeren. Al met al betekende dat voor
de tarieven dat ten aanzien van de OZB er een heldere uitspraak
lag van de raad. Ten aanzien van de afvalstoffenheffing was dat
op die manier nog niet helder naar voren gekomen en moesten wij
een keuze maken. Wij hebben er uiteindelijk voor gekozen dat de
verruiming van de kwijtschelding bij de afvalstoffenheffing
voor de raad heilig is. Ik begrijp nu dat de raad zegt: het
blijft onze inzet voor volgend jaar om die verruiming tot 100%
te krijgen, zij het dat wij dit jaar een pas op de plaats
willen doen en dat heeft dan alles te maken met het feit dat
wij het niet uit de tarieven gedekt willen hebben. Dat betekent
dat er alternatieve dekking moet komen en op dit moment is die
niet voorhanden. Wij willen daar naar kijken op het moment dat
wij het totale minimumbeleid aan de orde hebben. De raad maakt
daarin een andere inschatting dan het college gedaan heeft.
Overigens ben ik het er mee eens als men zegt dat als wij
binnenkort het totale minimabeleid ter discussie willen hebben,
dan ook dit punt daarin weer terug komt. Met andere woorden,
niet voor eeuwig geven wij nu de verruiming van de kwijtschel
ding op. Het is in feite op dit moment een pas op de plaats.
Daar kunnen wij als college mee leven. De discussie komt dan
terug. Wij zullen dan ook opnieuw naar dekking moeten kijken.
Ik denk de raad men met de andere tarieven in feite heeft inge
stemd
De heer Brinks (weth.): Over afvalstoffenheffing en kwijtschel
ding zal ik verder het zwijgen er toe doen, omdat mevrouw De
Haan dat al genoemd heeft.
De andere motie van de raad, waarin het college de opdracht
krijgt om in de richting van Den Haag een aantal acties te
ondernemen, zou ik het volgende op willen zeggen.
Naar aanleiding van opmerkingen vanuit de raad, die waren ook
al in Tivoli gemaakt bij de bespreking van de Evaluatienota
Minimabeleid, hebben wij in ieder geval de evaluatienota al
naar de minister gestuurd en wij hebben daar ook een reactie op
terug gekregen.
Verder hadden wij kort geleden staatssecretaris Kohnstam op
bezoek en toen was daar kort voor in de Kamer weer eens gezegd
dat gemeenten overhouden op het budget bijzondere bijstand.
Wethouder De Haan heeft toen ook in de richting van de staats
secretaris al aangegeven dat het ons eigenlijk af en toe wat op
de ziel trapt als je dat soort dingen te horen krijgt vanuit
het landelijke, juist omdat wij niet overhouden op bijzondere
bijstand en zoals al gememoreerd, dat wij zeker een budgetover
schrijding hebben. Op dat moment is er ook gezegd dat als nu
alle G15 gemeenten dat zouden hebben en als alleen zij dat
zouden hebben, dan zou het misschien in dat verband wel eens
goed zijn om als G15 in de richting van Den Haag te laten
merken dat er toch iets anders aan de hand is. Misschien dat je
met een herschikking van budgetten iets meer zou kunnen doen in
de richting van de gemeenten die nu al tegen het plafond aan
65