als een huurdersbelang volgens het contract. Dan mag je nu
volgens de overtuiging van de WD-fractie niet twisten over de
verkoopprijs. Dat had dan in 1990-1991 duidelijker opgenomen
moeten worden. Wat je zeker niet mag doen is de door de huurder
aan-gebrachte verbetering hem opnieuw laten betalen.
Ik denk dat wij kort en duidelijk zijn geweest, wij gaan
akkoord met het voorliggende collegevoorstel.
De heer Stoker: De factie van GPV/RPF/SGP is geen voorstander
van het voorstel om de Koperen Tuin te verkopen. Het centrale
stukje stad dat wij kennen als de Prinsentuin geeft bij
Leeuwarders het gevoel dat de Prinsentuin iets is dat van ons
allemaal is en dat moet ook zo blijven. Daarom dient de
gemeente de zeggenschap over zo'n belangrijk stukje stad ook
niet uit handen te geven. Als overheid dienen wij niet op de
stoel van een ondernemer te gaan zitten. Er bestaat een huur
overeenkomst en beide partijen weten wat hun rechten en
plichten zijn. Laten wij ons daar aan houden zonder verder veel
drukte
Wij zijn dus tegen verkoop en voor voortzetting en optimalise
ring van de bestaande overeenkomst, hetgeen betekent dat beide
partijen hun verplichtingen nakomen.
De heer Beers: De overeenkomst zoals die door het college is
voorgesteld heeft de steun van de PAL/GL-fractieWij willen
Prinsentuin Horecaprojecten BV de voormalige theeschenkerij
verkopen voor de taxatiewaarde van voor de verbouwing, waar de
heer Feddema al op heeft gewezen, van f 150.000,-, met de
aanvullende regeling met betrekking tot huurschuld en heel
belangrijk voor ons het kettingbedding om als eerste het pand
weer terug te kunnen kopen. Wij kiezen er voor, en dat is een
politieke keuze, op deze manier op die waardevolle plek een
horecagelegenheid in stand te houden. Dat is alles wat ik er op
dit moment over hoef en wil zeggen.
Naar aanleiding van de discussie van dinsdag nog enige opmer
kingen.
Een vergelijking met de verkoop van het Stadhouderlijk Hof
dringt zich op. Ook daar werd de term 'verkapte subsidie'
gebezigd, overigens toen niet door de heer Ten Hoeve.
Onverkapte subsidie geven wij wel, dat is geen probleem. Binnen
een periode van enkele maanden namen wij het besluit tientallen
miljoenen in een investeringsfonds te stoppen, nu steggelen wij
al meer dan een jaar over een ontegenzeggelijk veel kleiner
bedrag. Verkapte subsidie mag niet, onverkapte subsidie mag
wel. In een cynische bui heb ik deze week gezegd: als Theo
Douma de Koperen Tuin op de Hemrik had willen vestigen had hij
direct een subsidie kunnen krijgen, maar helaas moet hij zo
nodig in de Prinsentuin zitten.
Wij steunen dit voorstel.
De heer Ten Hoeve: Zoals gezegd is er over de verkoop van de
Koperen Tuin al uitvoerig in een viertal besloten commissiever
gaderingen gepraat. Daar zijn ook suggesties gewekt. Ik vind
14
dat niet terecht. Die besloten vergaderingen waren er omdat het
ging om een zakelijk belang van de gemeente, maar dat niet
alleen, het ging vooral ook om de bescherming van de privacy
van een ondernemer. Het ging niet aan - en ik durf dat nu nadat
er weer stukken in de krant zijn gekomen te noemen - om in
openbaarheid te praten over huurschuld bij de gemeente, over
schuld bij de bank, over schuld bij de brouwer, dat wilden wij
niet. Ik vind het wat wrang wanneer ik na een commissievergade
ring s morgens uit bed kom en op de radio hoor dat de mensen
op de publieke tribune weer de zaal uitgestuurd zijn omdat er
zo nodig in besloten vergadering gesproken moest worden. Dat
was juist om die privacy van burgers te waarborgen. Daarvoor
gebeurde datDat was een kanttekening vooraf
Ik vind dat aan de behandeling van de verkoop van de Koperen
Tuin twee kanten zitten.
Ten eerste, de zakelijke kant. Van de kant van mijn fractie
hebben wij dat steeds benadrukt. Van het begin af aan, anders
dan de heer Feddema suggereert, hebben wij gezegd dat wij de
verkoopprijs van de Koperen Tuin te laag vonden, meteen in de
eerste commissievergadering, daar mogen geen andere suggesties
over gewekt worden. Die taxatie was f 150.000,- en zelfs na
vier besloten commissievergaderingen is het een aantal raads
leden nog niet duidelijk dat dat een taxatie was op basis van
het contract dat er aan zat te komen. Dat was een contract voor
verhuur en niet een contract voor verkoop, want daar was geen
sprake van. Er werd een contract tussen twee partners gesloten
die van plan waren een huurovereenkomst aan te gaan. Natuurlijk
zat in die taxatie, anders dan nu ook gesuggereerd wordt, het
achterstallig onderhoud. Het is gebruikelijk bij taxaties dat
de waarde van een pand getaxeerd wordt naar hoe de stand van
onderhoud is. Kijk de advertenties maar na. Dat zou een zake
lijke WD-fractie ook moeten weten. Het achterstallig onderhoud
is dus in de investeringen opgenomen en over die investeringen
is een heel dik rapport over aflossingen enz. opgesteld.
Van het begin af aan heeft mijn fractie ook ingebracht dat in
dat contract staat dat er per jaar 2,5% van de investeringen,
dus inclusief het achterstallig onderhoud, aan de gemeente zou
vervallen. Over vier jaar is dat vier keer 2,5% is 10%. Dat is
een bedrag - dat staat in alle stukken, het is eerst onder de
tafel gebleven, later wel boven tafel gekomen - van tussen de
f 80.000,- en f 100.000,-. Dat moet bij de taxatieprijs opge
teld worden volgens het contract. Dat is de zakelijke kant. U
zult begrijpen dat mijn fractie de prijs voor dit onroerend
goed van f 150.000,- en natuurlijk de grondwaarde daarbij
geteld, dat vergeten wij niet, te laag vindt.
Wij vinden dat, het is jammer dat dat bij zo'n zakelijk punt
gebeurt, aan deze zaak ook nog een andere kant zit. Het gaat zo
langzamerhand ook over het politiek en collegiaal zuiver
handelen. Het is mij bij de behandeling in de vier besloten
commissievergaderingen opgevallen dat er vlak daarna via de
pers gecommuniceerd werd, dat er vreemde brieven kwamen bij
sommige fracties, soms zelfs aan een bestuur van een fractie,
soms aan een fractie, waarin werd gezegd dat twee stemmen de
doorslag zouden geven. Daarnaast was er een voortdurend lekken
uit een besloten vergadering. Het was bijna zelfs zo dat
15