Blad 46 Verslag van de raadsvergadering van 14 april 1997 Daarbij is het een goede GroenLinkse gewoonte niet met het hoofd in de wolken te gaan lopen, anders gezegd ontwikke lingen in gang te zetten aan de westkant van de stad ter wijl de problemen in de oostkant van de stad nog niet zijn opgelost. Waar de westkant met alle ontwikkelingen vanaf het centrum tot aan het FEC en de plannen voor het Wester- gopark en Slauerhoffweg, die in uitvoering genomen gaan worden, de GDV bestemming niet nodig heeft om in de toe komst te floreren, is de ontwikkeling van de oostkant van de stad tussen centrum en Camminghaburen in twintig jaar weinig opgeschoten. Echter, met het verdwijnen met de VS- fabriek, de plannen voor Heechterp en een herinrichting van het Vliet kan de GDV bestemming voor De Centrale één geheel vormen, één geheel van een impuls voor het oostelijk stads gedeelte Zoals wij al eerder in commissies hebben gemeld, kiezen wij niet alleen voor De Centrale als het gaat om grootschalige handel. Wij zijn van mening dat het voor een sterke locatie gewenst is, dat zoveel als mogelijk alle grootschalige en perifere detailhandel op de door de raad aangewezen plek terecht komt Wij gaan akkoord met punt 1. van het raadsbesluit dat hier over handelt Wij gaan ook akkoord met punt 2dat handelt over de in spraak Punt 3., de verdeling van vierkante meters over De Centrale en de binnenstad is in de commissievergadering onder andere aangegeven door de PAL/GL-fractie en ook met de verdeling van het aantal vierkante meters kunnen wij instemmen. Ook dit als heel nadrukkelijk poging enkele publiekstrek kers naar de binnenstad te halen. De LOV lijkt van dit idee gecharmeerd te zijn, maar ik wil daar nogmaals de kantteke ning bij plaatsen dat in de binnenstad naar mijn idee niet moet worden ingezet op kwantiteit met GDV, maar op kwali teit, de zogenaamde KDV. Wij stemmen in met een kleinere maatvoering, zoals dat in punt 4wordt aangehaald, meerdere honderden vierkante meters voor een grootschalige zaak in de binnenstad. Wij handhaven overigens wel onze bezwaren tegen het Harmonie kwartier als mogelijke vestigingsplek. De PAL/GL-fractie is tevreden met het feit dat nog naar het uiteindelijke bouwplan gekeken zal worden en wij wensen de architecten veel vindingrijkheid en creativiteit toe. Dat geeft mij nogmaals de gelegenheid te benadrukken dat wij wel geloven in de mogelijkheden die het terrein van De Centrale biedt, het kan in wezen alleen maar beter worden. Over de punten 6. tot en met 9. heb ik niet anders te mel den dan dat wij ook daarmee akkoord gaan. Blad 47 Verslag van de raadsvergadering van 14 april 1997 De heer Jacobse: Voorzitter, feitelijk besluiten wij van daag om af te zien van een GDV-locatie in Leeuwarden. Uw huidige voorstel om 3.500 m2 voor grote detailhandelszaken te reserveren in de binnenstad is geen GDV. Dat is nu ook mogelijk en dan houden wij gewoon bestaand beleid. Uw voorstel om 11.500 m2 detailhandel in niet volumineuze goederen toe te staan op De Centrale leidt ook niet tot GDV, want dat zou betekenen dat een beetje winkelcentrum een GDV-locatie is. De rijksconsulent voor Economische Zaken omschrijft het als: het concept is een soort theore tisch restpostenverhaalFeitelijk stelt u dus alleen voor dat er nu ook gewone detailhandel bij De Centrale wordt toegestaan en dat is op zichzelf wel nieuw beleid. Het lijkt mij goed eerst enige misverstanden uit de weg te ruimen die zijn blijven hangen na de commissievergadering. U heeft in de commissievergadering een aantal keren verwe zen naar de totstandkoming van winkelcentrum Zaailand. Ik zit al zo lang in de lokale politiek dat ik die discussie ook van nabij heb meegemaakt en het lijkt mij toch dat van de bij de start beoogde hoogwaardige bedrijven, de upgra ding, bij de realisatie al snel moest worden afgestapt, omdat er anders bij het begin al leegstand zou zijn en dat er van de huidige bedrijven diverse niet aan de oorspronke lijk gestelde criteria voldoen. Ik zou dus voorzichtig zijn dit voorbeeld aan te halen, waar u nu weer met een voorstel tot beperking van branches etc. komt. U suggereert in uw verdediging geregeld dat de beslissing om GDV te ontwikkelen in Leeuwarden al genomen is en het nu alleen gaat om de keuze van een locatie. Dat lijkt mij feitelijk onjuist. In de eerste commissievergadering hebben diverse partijen al getwijfeld over de haalbaarheid van de GDV, maar zij hebben u de gelegenheid gegeven uw voorstel van een nadere onderbouwing te voorzien. Overigens, al zou de commissie positief gestaan hebben tegenover GDV, dan is dat niet meer dan een advies van die commissie aan deze raad en het zou niet voor het eerst zijn dat de raad een advies van een raadscommissie niet overneemt. Derhalve moet vanavond eerst besloten worden of je een GDV-locatie wilt. Ik heb in de vorige vergadering van deze raad gezegd dat het college naar onze mening de neiging heeft zaken mooier weer te geven dan ze zijn. Hier is daar weer een mooi voor beeld van te zien. U schrijft in uw raadsbriefGemeld kan nog worden dat de Kamer van Koophandel en de rijksconsulent Economische Zaken twijfels hebben bij een GDV ontwikkeling in Leeuwarden. In brieven aan u en op verzoek naar mijn fractie vegen de rijksconsulent en inspecteur R.O. de vloer aan met uw voorstel om te komen tot een GDV. In de commissie is ook kritiek geuit op het luisterend vermogen van het college in de inspraak. Ik kan mij dat, dit zo lezend, goed voorstellen. Als u een keiharde ontra ding vertaalt in 'zij hebben twijfels', dat noemen ze dat

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1997 | | pagina 24