Blad 4
Verslag van de raadsvergadering van 14 april 1997
plaatsgevonden waardoor de burger te kort zou zijn gekomen.
Maar het is een vervelend incident. Via een brief wordt
aangegeven dat ons dat zeer spijt.
Punt 2
De Voorzitter: Aan de orde is Vragenhalf-uurtje voor raads
leden
De heer Bilker: Recentelijk heeft in Huis aan Huis een
bericht gestaan over de zogenaamde HarmoniebrugDat be
richt suggereerde heel sterk dat die brug er komt en er zou
al een uitgewerkt plan liggen van een architect. Wij hebben
in de Commissie Stadsontwikkeling de plannen voor de brug
in behandeling gehad. Daar is toen duidelijk gesteld dat de
commissie akkoord ging met het onderzoeken van de mogelijk
heden. Er is toen bijgevoegd, om de mogelijke subsidies
niet in gevaar te brengen, dat wij in principe het krediet
beschikbaar konden houden. Later is dat standpunt herhaald
naar aanleiding van de discussie over het Grote Stedenbe
leid. Wij vinden het nu een foute voorstelling van zaken,
ook van informatie geven naar de burgers toe, om te zeggen
dat die brug er komt. Het besluit daarover moet nog altijd
in de raad plaatsvinden. Ik ga ervan uit dat het college
dit eveneens een ongelukkige gang van zaken vindt op dit
moment en dat het college binnenkort conform besluit en ons
op de hoogte stelt van de resultaten van het onderzoek,
waarna de raad dan definitief een besluit kan nemen. Klopt
dat?
De heer Timmermans (weth.): Dat klopt. Naar aanleiding van
het bericht heb ik eens gekeken in de Huis aan Huis wat
daarover stond. Ik moet erkennen dat wat daar staat de
mededeling van 'nu is het zover, aan de plannen wordt druk
gewerkt en in het najaar willen wij beginnen met bouwen en
de bouw veroorzaakt weinig overlast' zonder meer te stellig
is. Wij hebben afgesproken dat wij slechts bezig gaan met
de voorbereiding, dat over de aanleg als zodanig en over de
vormgeving (als het antwoord op de eerste vraag 'ja' is) de
raad nog een uitspraak zal doen. Pas dan zullen wij begin
nen met de bouw.
Punt 3
Het verslag van de vergadering van 17 februari wordt onge
wijzigd vastgesteld.
Blad 5
Verslag van de raadsvergadering van 14 april 1997
Punt 4
Rondgezonden mededelingen.
Sub A.
Deze brief wordt voor kennisgeving aangenomen.
Sub B.
De heer Biemans: In de brief van de Schoolbegeleidingscom
missie over het schoolzwemmen kondigt zij aan dat zij haar
werkzaamheden zal beëindigen aan het eind van dit school
jaar, omdat zij van mening is dat de door de raad opgelegde
bezuiniging feitelijk het einde van het schoolzwemmen bete
kent. Dat was destijds uitdrukkelijk niet de bedoeling van
deze raad, daar was iedereen het over eens. Wij moeten ons
nu, gelet op die brief, afvragen of het destijds genomen
besluit voorbij schiet aan de bedoeling die wij destijds
daarmee hadden. Wij willen daarom graag die brief in de
commissie aan de orde stellen en daar vervolgens het vol
gende punt aan koppelen.
Vanaf volgend jaar is er een aanzienlijke verzwaring aan de
orde van de eisen die gelden voor zwemdiploma's. Kinderen
die nu aan de vereisten van diploma B voldoen zullen straks
niet eens het diploma A halen. Dat is voor mijn fractie
eveneens aanleiding om in de Commissie Welzijn deze brief
nog eens aan de orde te stellen en daar aan het besluit van
vorig jaar te koppelen.
De heer De Jong (weth.)De suggestie van de heer Biemans
om de brief van de Schoolzwembegeleidingscommissie zo snel
mogelijk in de commissie te behandelen, kan ik wel volgen.
Wij moeten even kijken wanneer dat kan. Ik denk dat het
goed is daar een verhaal van b. en w. naast te leggen, want
de brief is binnengekomen en geeft aanleiding tot verdere
discussie. Ik wil toezeggen dat die in de Commissie Welzijn
aan de orde komt. (De heer Biemans: En dan daaraan de kop
peling van de verzwaring van de diploma-eisen.Jazeker.
Deze brief wordt in handen gesteld van b. en w. om pread
vies, met inachtneming van de toezegging van de wethouder.