Blad 38
Verslag van de raadsvergadering van 16 juni 1997
overwegende dat
het fonds Economische Structuur Versterking door de
raad is ingesteld;
het werkloosheidspercentage in de gemeente Leeuwar
den te hoog is
het onderhoud aan gebouwen, wegen en groenvoorzie
ningen door een gebrek aan middelen momenteel gro
tendeels niet uitgevoerd kan worden;
draagt het college op:
aan te geven welke mogelijkheden er zijn middels
aanbesteding onder voorwaarden, op projectmatige ba
sis, het meest noodzakelijke, arbeidsintensieve on
derhoud (met name onderhoud kademuren) uit te voe
ren;
in de voorwaarden op te nemen dat een bepaald per
centage werklozen uit de gemeente Leeuwarden moet
worden ingeschakeld;
hierover bij de behandeling van de begroting 1998
voorstellen te doen;
en gaat over tot de orde van de dag
De motie is ondertekend door de heer Roekiman, de heer Sto
ker, de heer Brok en door mijzelf.
(De VoorzitterDit is motie nr. 19.)
Voor wat betreft de bezuiniging op de basiseducatie willen
we nog wel opmerken dat als de consequentie ervan inderdaad
is dat er wachtlijsten ontstaan en de duur van het Neder
landse taaitraject bekort wordt, dat dan naar onze mening
gekeken zal moeten worden naar andere oplossingen; te den
ken valt aan de Wet Educatie Basisvaardigheden, de WEB, of
middelen die bedoeld zijn voor fase 4 cliënten.
Deze denkrichting past heel goed in de lijn van productbe
grotingen
Bij alle bezuinigingsvoorstellen is er in ieder geval één
waartegen PAL/GL onoverkomelijke bezwaren heeft.
De werkwijze van de Buitenschool, met onderwijs en opvang
buiten de schooluren, moet naar onze mening blijven be
staan. Die opvang is uitermate waardevol en dat is iets wat
door het college overigens ook niet is ontkend.
Dat deze opvang niet mag worden wegbezuinigd, staat voor
PAL/GroenLinks als een paal boven water.
Door middel van de volgende motie willen we dat uitspreken:
"De raad van de gemeente Leeuwarden,
in vergadering bijeen op maandag 16 juni 1997;
overwegende dat
- de Buitenschool een belangrijke boven lokale voorzie
ning is waar kinderen op sociale en medische indica
tie onderwijs genieten en opgevangen worden;
Blad 39
Verslag van de raadsvergadering van 16 juni 1997
- de vorm en structuur van de Buitenschool geheel aan
sluit bij lokaal achterstandsbeleid, preventief
Jeugdbeleid en de ontwikkeling van zogeheten "brede"
scholen;
besluit
- niet akkoord te gaan met de voorgenomen bezuiniging
op de dagopvang van de Buitenschool
- het college op te dragen te onderzoeken of provincia
le middelen voor jeugdhulpverlening aangewend kunnen
worden voor de Buitenschool."
De motie is ondertekend door mevrouw De Bruin, de heer Sto
ker, de heer Krol en door mijzelf.
(De Voorzitter: Dit is motie nr. 20.)
Daartegenover willen we een nieuw bezuinigingsvoorstel
doen. Het inhuren van tijdelijk personeel en het inhuren
van bureaus voor onderzoeken en dergelijke is naar de me
ning van PAL/GroenLinks de afgelopen jaren een gewoonte ge
worden, waar nauwelijks vraagtekens bij worden gesteld.
Naar ons idee gebeurt het veel en gebeurt het steeds meer
en zeker als gemeenteraad hebben wij nauwelijks inzicht op
waar en waarom en voor hoeveel geld dit gebeurt
Wij zijn van mening dat op concernniveau een budget en de
verantwoordelijkheid moet worden neergelegd voor de inhuur
van externe bureaus en interim-personeel.
Op dienstenniveau wordt middels normering op basis van aan
tallen fte's een budget en verantwoordelijkheid neergelegd
voor de inhuur van tijdelijk personeel.
Dat hebben wij vervat in de volgende motie:
"De raad van de gemeente Leeuwarden,
in vergadering bijeen op maandag 16 juni 1997;
overwegende dat
het inhuren van personeel op interimbasis, externe
onderzoekbureaus en tijdelijk personeel als gevolg
van vacatures en ziekte moet plaatsvinden binnen
duidelijke beleidsmatige en financiële kaders;
dat deze beleidsmatige en financiële kaders ontbre
ken dan wel door diensten op zeer verschillende wij
ze worden geïnterpreteerd;
draagt het college op:
beleid te ontwikkelen wat bijdraagt aan het inzich
telijk en beheersbaar maken van de kosten die voort
vloeien uit het inhuren van tijdelijk personeel/
interims en externe bureaus
een besparing te realiseren op de uitgaven voor in
huur personeel, interims en externe onderzoekbureaus
van vooralsnog minimaal 5% en dit bedrag bij de be
handeling van de begroting definitief vast te stel
len