Blad 56
Verslag van de raadsvergadering van 16 juni 1997
alleen overtuigen en een goed aanbod doen. Die poging wil
len wij wagen, dat hebben wij ook in die nota geschreven en
dat zullen wij zo goed mogelijk vanuit ons belang, vanuit
het belang van de mensen en het belang van onderhoud, pro
beren te doen. Maar daar hebben wij kortgeleden over gerap
porteerd en ik begreep vanuit de commissie dat iedereen
daarmee instemde. Deze motie vind ik wat mosterd na de
maaltijd wat dat betreft.
De motie gaat verder dan dat wij tot nu toe aan de raad
hebben voorgesteld. Wat wij hebben voorgesteld aan de raad
is in de commissie besproken en daar is iedereen mee ak-
koord gegaan. In die zin wijzen wij de motie af, omdat die
verder gaat. Wij hebben daar uitvoerig onderzoek naar ge
daan en naar onze mening kan je niet meer dan wat wij tot
nu toe hebben voorgesteld.
Motie nr. 22 van de NLP vraagt om meer geld vrij te maken
voor achterstallig onderhoud, voor belastingverlaging en
voor nieuw beleid. Ik denk dat ik daar in mijn algemeen
verhaal in het begin op ingegaan ben. Die wijzen wij dus
af
De Voorzitter: Ik wil de beantwoording vanuit het college
vervolgen met een tweetal punten.
Vanuit Voorlichting en Communicatie is met name motie 3
heel helder gesteld. Ik wil daar graag het volgende namens
het college over zeggen. De ontwikkeling van de gemeente
winkel, dat moet ik erkennen dat staat ook in de overweging
van de motie, is nu inmiddels zeker twee a drie jaar aan de
gang. Dit heeft een aantal vertragingen ondergaan. Een van
de belangrijkste is, dat is ook bekend, de wisseling in de
directie Algemene Zaken, daardoor het vrij lang niet hebben
van een directeur Algemene Zaken. De eerste opdracht die de
nieuwe huidige directeur dan ook van de gemeentesecretaris
heeft gekregen is het in het slop geraakte planvormingspro
ces rondom de gemeentewinkel weer snel op te pakken. Dat
heeft er toe geleid dat er inmiddels in de directieraad een
voorstel is geweest over een bepaalde vorm van inrichten en
ook financieel vertalen van de gemeentewinkel. Daarop is
geoordeeld dat het goed is om bij alle diensten nu nog eens
goed na te gaan hoe de breedte van de gemeentewinkel, dus
ook vanuit andere diensten dan Algemene Zaken, kan worden
ingericht en opgebouwd. Dat leidt er toe dat de planning nu
is dat er begin 1998 een voorstel in concrete zin zal kun
nen liggen waarover de raad kan oordelen. Ik begrijp heel
goed dat in de motie staat dat die nadere uitwerking in no
vember 1997 aan de raadsadviescommissie voor zal moeten
liggen, maar ik vraag de indieners en de ondersteuners van
de motie om akkoord te gaan met het volgende.
Wij zijn bereid en in staat om in september een voortgangs
notitie over de aanpak tot nu toe over de breedte van de
Blad 57
Verslag van de raadsvergadering van 16 juni 1997
gemeentewinkel, welke onderdelen er wel in zouden kunnen
komen en welke onderdelen er wellicht niet in zouden kunnen
of moeten komen, aan u voor te leggen. Dat zou een moment
kunnen zijn om ook richtinggevend de gemeentewinkel mee te
beoordelen. Dat willen wij u graag toezeggen, zodat er dan
kan worden gewerkt aan de concretisering en ook aan de fi
nanciële vertaling van de gemeentewinkel, die dan begin
1998 in zou moeten gaan en concrete besluitvorming gehad
moet hebben.
Dat wat betreft motie 3
Ik wil graag een niet in de motie vervatte opmerking, ook
van mevrouw Waanders, vanuit het promotie- en acquisitiebe
leid van Economische Zaken kort becommentariëren.
Op een gegeven moment zegt zij dat er nu toch te weinig re
sultaten in concrete zin zijn te noteren. Ik mag dit opvat
ten dat het niet slaat over de feitelijke productie in de
portefeuille Economische Zaken, want daar is de commissie
helder over geweest, maar over het aangekondigde nieuwe
promotie- en acquisitieplan, dat daar de opmerking heel ex
pliciet op slaat. Wij zijn in staat dat in september-
oktober voor te leggen. Dat is een nieuwe aanpak die afge
leid zal zijn van enerzijds de bestaande nota Economie en
Werk, vanuit Levi-2030 met name het punt ful-service-city
is ook aangekondigd als uit te moeten werken tot actieplan,
dat is in Levi-2030 zelf ook zo benoemd en ook uit de bin
nenkort verschijnende nota Langman, dat kan een interessant
stuk zijn voor de commissie, waarin met name ook de positie
van Leeuwarden zal kunnen worden teruggevonden. Dus die
drie beleidselementen zullen voeding zijn voor promotie- en
acquisitiebeleid nieuwe stijl. Met name welke sectoren moet
Leeuwarden dan kiezen, omdat ook anderen daar verstandige
dingen over hebben gezegd, maar vooral ook wij zelf, Econo
mie en Werk en Levi-2030.
Tussentijdse resultaten zijn er natuurlijk wel geweest. Ik
wil die u toch vanuit de portefeuille voorhouden. De ac
countmanagers, de mensen die binnen het team Bedrijfsleven
de portefeuille hebben gekregen, zijn volop in hun taak aan
het werk, Leeuwarden-West, Hemrik, commerciële dienstverle
ners, agri-nutri, middenstand, dat is inmiddels een half
jaar in werking en loopt goed. Men is daar zelf tevreden
over. Ook de commissie heeft toen kennis genomen van die
vorm van één loket functie, want daar spitst mevrouw Waan
ders het op toe, dat die er niet zou zijn. De één loket
functie bij EZ, maar dat heeft de commissie ook bekrach
tigd, is natuurlijk niet steeds één persoon, maar wel één
persoon die zorgt dat de dingen gedaan worden. Achter het
ene loket zitten natuurlijk meerdere afdelingen, Grondza
ken, Kadaster, en dat werkt. Mevrouw Waanders vraagt er
niet specifiek naar dat het nog weer veranderd zou moeten
worden, maar het klonk alsof er geen praktische resultaten
waren. (Mevrouw Waanders: Maar dat betekent dus dat de één