Blad 104
Verslag van de raadsvergadering van 16 juni 1997
gemeen geformuleerd. Wij zien ook dat het ene organisatie
onderdeel, je hebt binnen diensten hele verschillende afde
ling, wel een zware belasting heeft en de andere een minde
re belasting. In zijn algemeenheid is het beeld, dat er een
hoge werkdruk is, juist. Overigens is dit niet uniek voor
de Leeuwarder organisatie. Uit de pers hebben wij net kun
nen vernemen dat Nederland een van de landen is waar de
werkdruk ook in Europa gezien het hoogst is. Maar nogmaals,
daar wordt op een zeer zorgvuldige manier mee omgegaan.
Twee opmerkingen van de heer Beers hebben betrekking op de
basiseducatie. Wij zijn binnen de basiseducatie, maar ook
binnen andere beleidsvelden, bezig om juist die schakeling
van beleidsvelden gestalte te geven. Dus zullen wij kijken
wat de consequenties zijn van die f 1 ton korting op de ba
siseducatie. Overigens gaat die ook in twee jaarschijven.
Wij hebben met het Friesland College daar ook al over ge
sproken. Ten aanzien van de wachtlijsten zullen wij even
moeten afwachten. De signalen, die vanuit de PvdA-fractie
en vanuit de PAL/GL-fractie gekomen zijn, zijn wat mij be
treft helder. Wij zullen daar denk ik nog wel eens op terug
komen
Ten aanzien van de opmerkingen van de heer Beers met be
trekking tot de illegalen denk ik dat het goed is om die
discussie, zoals ook bij de vorige discussie die hij heeft
aangezwengeld ten aanzien van de Koppelingswet, in de Com
missie Welzijn wat uitvoeriger met elkaar te voeren. Dat
lijkt mij een goede zaak.
Wij hebben met elkaar de argumenten met betrekking tot de
Buitenschool gewisseld. Natuurlijk - ik heb dat vanmiddag
ook gezegd bij de aanbieding van de petitie - het college
beseft heel goed dat het gaat om een kwetsbare doelgroep.
Zonder in te willen gaan op de ideologische geladenheid,
zoals sommige leden van deze raad daaraan wensen te geven,
is het natuurlijk wel zo dat zij in een redelijk unieke si
tuatie hebben verkeerd, waarin deze gemeente jarenlang een
forse subsidie heeft gegeven aan een verpleegafdelingWij
constateren, met de ontwikkelingen die er zijn in den lande
en met de ontwikkelingen in het speciaal onderwijs, met de
Wet op de expertisecentra en de Wet op het primair onder
wijs, dat het gegeven de taakstelling waar wij met elkaar
voor staan - die f 9 miljoen - verantwoord is om dit voor
stel te doen.
De heer Brinks (weth.)De opmerking van de WD-fractie
over de onderuitputting bij wegen van f 7 ton. Als ik in
het jaarverslag en de jaarrekening 1996 van de Dienst
Stadsbeheer kijk, dan zie ik dat op de functie Wegen, stra
ten en pleinen, verhardingen binnen en buiten de bebouwde
Blad 105
Verslag van de raadsvergadering van 16 juni 1997
kom, functienr. 210.0, een batig verschil is van
f 330.000,-. Dus f 7 ton is het in ieder geval niet. Daar
staat ook toegelicht waarom dit verschil er is. Onderhoud
verhardingen f 72.000,- goedkoper, spoorlijnen f 4.000,-
goedkoper, veegdienst hebben wij aanmerkelijk goedkoper ge
daan f 216.000,-, winterdienst is aanmerkelijk meer aan uit
gegeven dan wij gepland hadden f 203.000,- en verhuur grond
hebben wij een positief resultaat op gehad van f 241.000,-.
Totaal een positief resultaat op deze functie van
f 330.000,-. Als de heer Brok dan zegt onderuitputting f 7
ton wegen, dan ligt dat in ieder geval niet in de onder-
houdssfeer. Dat misverstand zouden wij in ieder geval weg
willen nemen.
De moties 10, 11, 12 en 13.
Wij hebben als college ons nog eens beraden naar aanleiding
van de tweede termijn van de raad, waarin gezegd werd dat
men motie 11, 12 en 13 wel wil aanhouden tot de bespreking
van het beslisdocument over de verzelfstandiging van Sport.
Wij hebben nog een keer met de initiatiefnemer van de motie
uitgebreid gesproken over wat de intentie er achter is en
wat op dat moment de intenties van de moties zou moeten
zijn. Ons is gebleken dat er eigenlijk nog zoveel vragen
zijn ten aanzien van de verzelfstandiging en de noodzake
lijke omvang van de te verzelfstandigen organisatie, dat
wij hebben moeten concluderen dat die vragen in ieder geval
niet in tien dagen te beantwoorden zijn. Misschien zijn ze
wel in die tien dagen te beantwoorden, maar het lukt ons in
ieder geval niet om dan ook nog een uitgebreide discussie
daarover te voeren met de commissie. Ik denk dat daar zo'n
discussie thuis zou horen. Dat leidt ertoe dat, ondanks dat
ik het zelf betreur, wij toch de geluiden uit de raad seri
eus willen nemen over de vraagpunten die er nog liggen en
de discussiepunten die er nog liggen, dat het college het
besluit heeft genomen om pas na de zomervakantie de be
sluitvorming aan de raad voor te leggen. Ik heb ook in het
college meegedeeld dat dit eigenlijk heel jammer is, omdat
wij nu de organisatie in de startblokken hebben staan, om
dat nu ook derden bereid zijn met de verzelfstandigde orga
nisatie mee te doen, maar niettemin denk ik dat wij de be
sluitvorming in de raad zo zorgvuldig mogelijk moeten doen.
Vandaar dit besluit.
Ik denk dat de beantwoording in tweede termijn ten aanzien
van de moties wel helder is
(De heer HoogeveenIk wou de wethouder vragen om ook nog
even in te gaan op de overwegingen rond motie 6, want ik
heb daar in eerste termijn al iets over gezegd en in tweede
termijn heb ik nog een keer gevraagd om uiteindelijk het
antwoord uit die commissievergadering te geven, maar ik
hoor het nu nog niet.) De heer Hoogeveen heeft daarbij ge
zegd dat er een tegenvaller wordt gemeld in de Perspectief-