Blad 16
Verslag van de raadsvergadering van 16 juni 1997
Vandaar onze tweede motie:
"De raad van de gemeente Leeuwarden,
in vergadering bijeen d.d. 16 juni 1997;
behandelende de Perspectiefnota 1998 - 2001;
overwegende
- dat het college voorshands geen voorstellen doet om
extra middelen vrij te maken voor het (achterstallig)
onderhoud;
- dat het, gelet op de omvang van het (achterstallig)
onderhoud, gewenst is extra middelen ter beschikking
te stellen;
besluit
- het college op te dragen om tijdens de eerstvolgende
begrotingsbehandeling voorstellen aangaande het be
schikbaar stellen van extra middelen voor
(achterstallig) onderhoud aan de raad voor te leggen;
- dat deze extra middelen tenminste f 3 miljoen
(incidenteel) bedragen.
en gaat over tot de orde van de dag."
De motie is mede-ondertekend door de heer Jacobse van de
NLP-fractie
(De VoorzitterDit is motie nr. 5.)
Voorzitter, we hebben in deze motie bewust geen dekking
aangegeven omdat we vinden, dat wanneer deze motie door de
raad wordt aangenomen, dat een taak van het college is, ge
let op de bedoeling van de Perspectiefnota.
Wanneer deze motie wordt verworpen dan zullen we bij de be
grotingsbehandeling dezelfde motie opnieuw indienen maar
dan met een concreet dekkingsvoorstel
Om te voorkomen dat het ontstaan van achterstallig onder
houd zich opnieuw kan voordoen, lijkt het onze fractie ver
standig dat er in de toekomst, bij het realiseren van nieu
we projecten, al op voorhand rekening wordt gehouden met de
po s t onde rhoud
Vandaar onze derde motie:
"De raad van de gemeente Leeuwarden,
in vergadering bijeen d.d. 16 juni 1997;
behandelende de Perspectiefnota 1998 - 2001;
overwegende
dat het gewenst is het onderhoud aan wegen, gebou
wen, kaden e.d. vanaf de planvorming mee te nemen in
de (meerjaren) begroting;
besluit
dat de post onderhoud deel uit gaat maken bij de
planvorming en de kredietaanvraag aan de raad;
dat de post onderhoud per project jaarlijks deel
gaat uitmaken van de begroting;
en gaat over tot de orde van de dag."
Blad 17
Verslag van de raadsvergadering van 16 juni 1997
De motie is mede-ondertekend door de heer Stoker van de
GPV/RPF/SGP-fractiede heer Jacobse van de NLP-fractie en
de heer Hoogeveen van de D66-fractie.
(De Voorzitter: Dit is motie nr. 6.)
Het subsidiebeleid
Op blz. 33 van de Perspectiefnota wordt gesproken over het
subsidiebeleid. In 1998, zo staat er, zullen diverse ge
meentelijke begrotingsonderdelen tegen het licht worden ge
houden, op basis van de uitgangspunten die op die bladzijde
genoemd worden.
Onze fractie is daar tegen en wel om de volgende redenen.
Deze discussie omtrent een veranderd subsidiebeleid is nog
nergens gevoerd, niet in de commissie, niet in de raad,
niet met de talloze instellingen die er mee te maken hebben
of krijgen.
In het kader van bestuurlijk goed en zorgvuldig opereren
verwachten wij van het college dat er een brede discussie
gestart wordt. Over tal van zaken voeren wij een maatschap
pelijk brede discussie met veel inspraakmogelijkheden. Ten
aanzien van zo'n essentieel onderdeel lijkt dat niet te
gaan gebeuren volgens PerspectiefnotaDe uitgangspunten
worden zo even vastgesteld, zonder dat de consequenties in
beleid en uitvoering zichtbaar zijn of worden.
Niemand heeft hier zijn zegje nog over kunnen doen. Ook on
ze fractie niet. Wij zeggen dan ook in dit stadium dat we
niet tegen zijn, maar we zijn daar ook nog niet voor. We
zijn tegen de gang van zaken.
Het gaat hier om een principiële discussie, een hoofdlijn
zoals u wilt en juist daarom moet daarover uitgebreid wor
den gedebatteerd in en buiten de raad.
Vandaar onze vierde motie:
"De gemeenteraad van Leeuwarden;
in vergadering bijeen op 16 juni 1997;
behandelende Perspectiefnota 1998-2001;
constateert dat
op bladzijde 33 van de Perspectiefnota gesproken
wordt over het subsidiebeleid, waar gesteld wordt
dat een aantal beleidsuitgangspunten omtrent een
nieuw subsidiebeleid gehanteerd zullen worden, waar
bij als belangrijkste genoemd wordt het overgaan van
object- naar subjectsubsidie;
bij het besluiten onder besluiten nr. 10 voorgesteld
wordt "in te stemmen met de uitgangspunten voor een
gewijzigd subsidiebeleid";
overweegt dat
deze wijziging van het subsidiebeleid grote gevolgen
heeft voor verreweg de meeste instellingen, die ge
heel of gedeeltelijk afhankelijk zijn van subsidie;
