Blad 4 Verslag van de raadsvergadering van 17 juni 1997 zijden van de raad gekomen, zou agendapunt 15: Evaluatie Verkeers-Milieu-Plan Leeuwarden, ook moeten worden ver schoven naar die 26ste, om een integrale benadering van de beide punten in één zitting mogelijk te maken. Het college stelt u dat bij deze voor. Daarmee is punt 15 van de agenda afgevoerd. Punt 1. De Voorzitter: Aan de orde is Vragenhalf-uurtje voor burgers Als dit een punt is wat de Binnenstad betreft, zeg ik toch maar vast voor de duidelijkheid, dat het mij zinvol lijkt dat u als u daartoe bereid bent, dit volgende week te doen, omdat er toch niet wordt ingegaan op punten aangaande de Binnenstad vanavond. De heer Weitenberg: Het betreft de Binnenstad, maar ik wou toch graag van de gelegenheid gebruik maken. Voorzitter, dames en heren, wethouders, leden van de raad, ofschoon de noodzaak om hier te spreken in feite is weg gevallen, nu de behandeling van het Masterplan is uitge steld, wil ik de gereserveerde tijd toch maar gebruiken, al is het alleen maar om u de gelegenheid te geven te zien welk gezicht hoort bij de open brief, die u nu twee weken geleden is gezonden. Voor het antwoord op de vraag of de brug gewenst is, blijkt het nogal wat uit te maken aan welke zijde van de stads gracht je staat, wanneer je die eenvoudige vraag stelt. Aan de orde is hier het Masterplan Binnenstad. Van die zijde is hij zeer gewenst, dat is duidelijk. Zou hier het Masterplan Westerparkstraat ter beoordeling liggen, dan was er nu geen discussie over welke brug dan ook. Dat die brug door, laat ik zeggen, onze overkant gewenst wordt, zal niemand vreemd in de oren klinken. Met name de winkeliers zouden het zeer toejuichen, wanneer zij onze gemeenschap bereid zouden vinden om nog eens drie bruggen naar hun winkels aan te leggen en te betalen. Maar het gaat in deze niet alleen om de binnenstad, wel voornamelijk. Want binnenstadsbelangen overtreffen in beginsel de belangen van de Westerparkwijk. Dat zie ik ook wel. Maar ook daaraan zijn grenzen. Dat betekent bijvoorbeeld niet dat wie dan ook maar over de belangen van die woonwijk mag heen walsen of deze als ondergeschikte bijzaak mag afdoen. Zeker een bestuursapparaat mag dat niet, een apparaat wat het alge Blad 5 Verslag van de raadsvergadering van 17 juni 1997 meen belang toch strikt in het oog dient te houden. Het simpele feit dat aan de ene zijde van het water de horeca en aan de andere een woonwijk is gelegen, maakt dat de vraag niet meer zou mogen luiden of die brug zo gewenst is, maar of hij nou echt noodzakelijk is, onmisbaar is. Noodzakelijk afgewogen de voordelen daarvan voor de over zijde, tegenover de nadelen uiteraard daarvan voor de overzijde. En dat heet samenleven denk ik en dat zou dit bestuur in mijn opvatting tenminste hebben moeten doen. Wanneer dan die Westerparkwijk, toegegeven, pas om vijf voor twaalf wakker wordt en ageert, op kennelijk goede gronden, want anders was dit uitstel niet wenselijk gevonden, dan kan tenminste één voorlopige conclusie worden getrokken en dan kan nu vanavond in ieder geval gezegd worden dat dit bestuursapparaat zich zou moeten schamen. En niet alleen de ambtenaren, maar ook het college. Schamen omdat domweg nagelaten is afdoende afweging te maken tussen de voors en de meest essentiële tegensOmdat wanneer het tegen zich roert en argumenteert, het apparaat kennelijk niet in staat is om in de drie weken dat deze discussie nu voortduurt, de argumenten te weerleggen of zelfs maar aan de wijk aan te tonen dat hun argumenten mee gewogen zijn. Wat hier in feite aan de orde is, denk ik, is een conflict tussen de bestuurlijke arrogantie, neigend naar manipulatie hier en daar, en het gezonde boerenverstand. Ik zal al de drie begrippen kort in deze onderbouwen. Tijdens de eerste inspraakavond in de Westerparkwijk, half mei was dit ongeveer, heb ik twee ambtenaren en hun wet houder, zinnige bezwaren van een honderdtal verontruste verzamelde wijkbewoners zien bagatelliseren. Nachtelijke horeca-overlastoch valt wel een beetje mee; parkeerdruk van winkelend publiek, hebben we creatieve maatregelen voor, welke weten we noch niet, maar creatieve maatregelen; meer dan 500 bussen per dag, ja, ik zal niet beweren dat dat prettig is. Dat zijn ongeveer de antwoorden. Ik heb die drie horen blunderen wanneer de Vrouwenpoorts- brug als alternatief wordt geopperd, zich horen verschuilen achter rapporten en deskundige berekeningen als vragen of bezwaren echt indringend worden en achterover zien leunen in comfortabele directe zekerheid dat zij weten hoe de hazen zullen lopen over vier weken in deze zaal. En dan word ik narrig. Dan realiseer ik mij na afloop dat wij daar voor joker hebben gezeten. En dat wij slechts aan een vormschrift hebben voldaan, opdat zij straks in de stukken kunnen opnemen dat allen, ook de Westerparkwijk- bewoners, volop gelegenheid tot inspraak is geboden. Ik besluit alle stukken op te vragen, teneinde verzets- kansen af te wegen en dan constateer ik dat inderdaad in die hele stapel hoegenaamd geen afweging voor de wijk is te

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1997 | | pagina 3