Blad 10
Verslag van de raadsvergadering van 26 juni 1997
Punt 3 (bijlage nr. 85)
De Voorzitter: Aan de orde is Vaststelling masterplan open
bare ruimte Leeuwarder binnenstad als aanzet voor het inte
grale plan van aanpak 'Binnenstad Nieuwe Stad'
De heer Bilker: Voorzitter, een zeer belangrijk punt, het
Masterplan Binnenstad Nieuwe Stad. De CDA-fractie is daar
zeer intensief mee bezig geweest. Discussieavonden, waaron
der een publieke discussieavond in de Koperen Tuin, maar
vooral ook interne discussies zijn voorafgegaan aan de
standpuntbepaling van onze fractie. Een boeiend onderwerp,
dat zeker, maar dat ligt ook voor de hand, omdat de toe
komst van de stad, de binnenstad, er mee gemoeid is.
Wij vinden de gemeentelijke procedure van informatie, voor
lichting en inspraak, die er geweest is, een lange, maar
wel een juiste weg om goed afgewogen tot standpunten te ko
men. De eerste commissiebehandeling, dat was al weer 18 fe
bruari jl., heeft onze fractie diverse elementen ingebracht
en die zijn ook verwerkt. Tijdens de tweede behandeling, 20
mei jl., hebben wij ook nog diverse zaken naar voren ge
bracht. Die zijn niet alle gehonoreerd, ik kom daar straks
op terug
Voorzitter, als geheel is het een goed plan. Want het doel
is het versterken van de talloze functies van de binnen
stad, met daarbinnen het versterken van het karakter van
elk stadsdeel. De nadruk ligt erg op historiciteit en dat
wordt nogal consequent doorgevoerd. Nu gaat het natuurlijk
direct om de vraag of dat te realiseren valt, want er is
veel geld mee gemoeid. Daarom is het voor de CDA-fractie
van het grootste belang dat er heel duidelijk prioriteiten
in aangebracht worden. Dan komt wat onze fractie betreft
het volle accent te liggen op de Nieuwestad, de Wirdumer-
dijk, de Peperstraat, vervolgens Voorstreek, dus eerst het
winkelhart en dan de andere stadsdelen.
Wij zijn er voor dat het monumentale, het historische wordt
versterkt, maar dat moet inhouden dat dat ten goede komt
aan de levendigheid en de bedrijvigheid van de stad, maar
tegelijk ook aan de woonfunctie. Want er moet gewoond, ge
winkeld, gerecreëerd, maar ook gewerkt worden. Derhalve mag
Leeuwarden niet een openlucht museum worden, maar het moet
creativiteit, levendigheid, sfeer, veiligheid, bedrijvig
heid, etc. uitstralen.
Maar de stad moet natuurlijk wel bereikbaar blijven voor
het bevoorradingsverkeer en bestemmingsverkeer. Heeft het
college wel eens overwogen om de gehele binnenstad als
woonerf aan te wijzen? In sommige steden, vooral in het
buitenland, zie je dit fenomeen steeds meer. Wij geven
graag deze suggestie mee.
Blad 11
Verslag van de raadsvergadering van 26 juni 1997
Er wordt heel wat over hoop gehaald als dit plan in zijn
volle omvang wordt uitgevoerd. Pleinen, straten, verkeer,
straatmeubilairgevelverlichting, enz., enz. Over enkele
aspecten heb ik nog het volgende op te merken:
Wensbeeld straatmeubilair.
De opmerkingen die daarover in het BenB-rapport staan zijn
juist, met één uitzondering, de grachtenhekjes. Uit veilig
heidsoverwegingen, maar ook uit esthetisch oogpunt, vinden
wij dat die gehandhaafd kunnen blijven, zeker op de Nieuwe
stad noordzijde.
Reclame en uitstallingen.
Moet meer uniformiteit, zo wordt gesteld. Akkoord, maar
daar moeten wij dan een beleid voor vaststellen, want daar
komt nogal wat bij kijken. Het zou dan aan opgestelde cri
teria moeten kunnen voldoen.
De straatprofielen.
Het wensbeeld straatprofielen moet wat ons betreft gede
tailleerd per straat en per stratenblokken worden bekeken
en aangelegd en dat zal mede afhangen van het nu gaande ex
periment en de beschikbare financiën. We wachten graag ex
perimenten en daarmee voorstellen af.
De pleinen.
Leeuwarden heeft veel en onverwacht mooie pleinen en plein
tjes. Daar kan veel mee gedaan worden. Zeer gelukkig is het
CDA met het besluit de wekelijkse vrijdagsmarkt op het Wil-
helminaplein te houden. Het CDA was, is en blijft tegen
stander van verplaatsing. Daarnaast kan het plein best cen
trum van manifestaties zijn. Het plein moet nog maar eens
apart op de agenda geplaatst worden in de commissie om van
gedachten te wisselen over hoe wij die functies zien en hoe
wij dat kunnen inrichten en aanpassen aan de functies.
De groenvoorzieningen, de bomen vooral.
Wij hebben alleen de opmerking dat wij tegen de verplaat
sing van bomen zijn als het gaat om de verplaatsing van
zo'n dertig a vijftig centimeter. Het gaat dan met name om
de Nieuwestad. Die operatie is ons te riskant, te kostbaar
en vooral van geen nut
Het aanzien van de straten.
Vanwege het terugbrengen naar een bepaalde uniforme beeld
vorming lijkt het ons niet verstandig de straten op elkaar
te laten lijken. Elke straat heeft zo zijn eigen karakter.
Ik noem als voorbeeld graag de Nieuwesteeg en de Oude Doe-
lesteeg. Beide zijn interessante straatjes maar wel erg
verschillend. De ene is nostalgie en de andere is klein Las
Vegas. Dat soort kenmerken moeten blijven, want de Oude
Doelesteeg, om bij dat voorbeeld te blijven, heeft zo zijn