Blad 110
Verslag van de raadsvergadering van 29 juni en 6 juli 1998
Een algemene opmerking nog.
De rekening 19 97 is nog gebaseerd op de oude input-
begroting, in die zin vindt de commissie op sommige onder
delen een aantal zaken nog onevenwichtig. Wij hopen dat dat
voor het jaar 1998 beter wordt als wij voor het eerst een
productbegroting hebben en uiteraard ook een productenreke
ning. Ook de vorm van de rekening zal wellicht veranderen.
Voor de specifieke inhoudelijke opmerkingen verwijs ik
graag naar het verslag en de daarin gegeven antwoorden door
de portefeuillehouder.
De rekeningcommissie adviseert de raad de rekening vast te
stellen. Vaststelling door de raad betekent ook dat dechar
ge aan het college wordt verleend voor het gevoerde finan
ciële beheer. Dat zal een hele geruststelling zijn.
De heer Den Oudsten (weth.)Ik zou op de eerste opmerking
van de heer Drewel willen reageren, dat is dat de functio
nele commissiebehandeling van de rekeningonderdelen in de
commissie thuishoren. Het valt elk jaar weer op dat de com
missieleden weinig geïnteresseerd zijn in financiële eind-
overzichten van wat binnen hun dienst in de afgelopen jaar
passeert. Ik merk dat dit gevoelig ligt, maar als ik kijk
hoe die behandelingen plaatsvinden en hoe belangrijk het is
voor commissies om ook te weten wat er in hun dienst omgaat
en op welke wijze dat gebeurt en waar overschrijdingen en
onderschrijdingen plaatsvinden, dan is er één moment per
jaar waarop dat zou moeten gebeuren en dat is bij de behan
deling van de rekening. Dat is niet alleen in de rekening-
commisie, maar die onderdelen behoren ook in de functionele
commissie thuis. Wat ik daar zelf van meemaak, ik geef toe
dat ik niet in elke commissie kom, is dat daar vrij opper
vlakkig mee wordt omgegaan. Dat is een kwalificaties die op
feiten berust is. Er wordt vrijwel niet op ingegaan. Het is
een agendapunt dat of wordt doorgeschoven of heel snel
wordt afgehandeld. Af en toe wordt er eens een detail uit
gehaald. U moet zich dat niet alleen zelf aanrekenen, het
is ook de wijze waarop het materiaal in die commissie wordt
aangereikt, die veroorzaakt dat er niet echt een fundamen
tele discussie plaatsvindt over de financiële uitgaven en
inkomsten rondom bepaalde beleidsvelden. Ik denk dat dit
een thema is waar wij aan zouden moeten werken. Ik wil het
verzoek van de heer Drewel om daar een notitie over te ma
ken en die nog eens in de Commissie Middelen te bespreken
volgen. (De heer P. de Jong: Voor de geschiedschrijving en
voor de juistheid daarvan, als de wethouder zegt dat de
commissies het zelf doorschuiven, is de ervaring van dit
jaar dat het college dit ook een paar keer doorgeschoven
heeft en ten tweede dat de rekeningbehandeling altijd in
een zeer volle agenda zat van de functionele commissieDe
Blad 111
Verslag van de raadsvergadering van 29 juni en 6 juli 1998
verleiding is dan groot. Dan denk ik dat er ook bij het
college verantwoordelijkheid ligt om dat op een dusdanig
tijdstip te agenderen - ik weet dat dat moeilijk is - dat
die rekening de volle aandacht kan krijgen van de commis
sie.) Ik ben het daar ook meer eens en ik heb met opzet ook
gezegd dat het waarschijnlijk ook ligt aan de wijze waarop
het materiaal aangereikt wordt.
De Voorzitter: Ik stel u voor het advies van de Commissie
voor de Rekening, zoals zo-even verwoord door de heer Dre
wel te volgen en daarmee het collegevoorstel te volgen.
Zonder hoofdelijke stemmig wordt besloten overeenkomstig
het advies van de Commissie voor de Rekening.
Punt 36 (bijlage nr. 105)
De Voorzitter: Aan de orde is Wijzigen van de concerbegro-
ting voor het dienstjaar 1998.
De heer Jacobse: Een aantal van deze voorstellen zijn niet
in de commissie besproken. Op blad 3, voorstel 3, de invul
ling van de taakstelling door middel van schoonmaken Stads
kantoor. Mijn fractie wil graag, om uitgebreide discussie
hier te voorkomen, het college vragen dit punt terug te ne
men en dit eerst te bespreken in de Commissie Bestuur en
Middelen. Het gaat hier met name om de wijze waarop een
taakvulling wordt gerealiseerd. Daar heeft mijn fractie
toch wat moeite mee. Ik wil hier niet in detail op ingaan,
dat vind ik hier niet de plaats. Ik stel voor aan het col
lege om dit punt terug te nemen en eerst in de commissie te
bespreken, dat lijkt mij qua tijd ook geen bezwaar.
De heer Den Oudsten (weth.)Ik stel u voor dit te volgen.
De Voorzitter: Aan de orde is de stemming.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig
het voorstel van b. en w.met de aantekening dat punt 3 op
bladzijde 3 wordt teruggenomen.
De Voorzitter: De agenda is afgewerkt, de vergadering is
gesloten