Blad 18
Verslag van de raadsvergadering van 31 augustus 1998
Ik laat niet onvermeld dat ik wat dat betreft in beide rol
len, als korpsbeheerder en als gezaghebber over de Leeuwar
der politie, heb samengewerkt met een fantastisch stel men
sen, die aan de top hard hebben gewerkt om veranderingen
door te voeren, die naar beneden toe hebben uitgelegd dat
die veranderingen noodzakelijk waren en die aan bestuurders
hebben uitgelegd dat het zo de moeite waard is om zich er
voor in te zetten. Die wil ik ook zeer hartelijk en mijn
dank hier nu betrekken.
Dames en heren, ik heb kort gesproken, en in uw ogen en
oren te lang, over de kernen die ik heb gezien bij het
functioneren als burgemeester van Leeuwarden. Natuurlijk
gaat het daar ook altijd om het algemeen voorzitterschap,
maar deze twee zaken, positie Leeuwarden, Friese politie en
Leeuwarden daarbinnen, heeft veel van mijn tijd, en te
recht, opgeslokt.
Dan is er daarnaast natuurlijk, daar wil ik nu een paar
dingen over zeggen, voor een goed functionerende burgemees
ter de noodzaak zelfs bijna om zich goed te kunnen voelen
en om te aarden in de politiek bestuurlijke omgeving waarin
hij werkt, maar ook en niet minder om de menselijke en de
maatschappelijke omgeving van stad, gemeente en omringende
regio als de zijne te voelen. Daar zonder gaat het namelijk
niet. Die energie moet je uit dat gevoel halen om volop en
met kracht door te gaan. Dat gevoel, die emotie, die sfeer
bij de onderlinge verhoudingen heb ik in mijn functioneren
in Leeuwarden sterk gemerkt. Toen het ging om de benoe
mingsprocedure heb ik daar uiteraard als kroonbenoemde geen
rol in willen spelen. Ik heb alleen gezegd dat een kandi
daat die opgaat voor een gemeente, waarvan het misschien
niet te verwachten valt dat de burgemeester uit zijn poli
tie school zal worden gerekruteerd, zich wel twee dingen
moet afvragen: past hij in die politiek bestuurlijke sfeer
en past hij in de maatschappelijke, sociale omgeving van de
stad en regio waarin hij wil werken. Ik vond toen dat ik op
beide vragen ja kon zeggen en ik vind nu dat dit ook is
uitgekomen
Over de stad en hoe ik de sociale omgeving van de stad heb
gevoeld, Jan de Beer heeft daar een paar treffende dingen
over gezegd, dat is ook zo. Ik hield ervan om ook tijdens
mijn werk even 10 minuten te smokkelen, door tegen de se
cretaresse te zeggen dat ik even de stad in moest, om net
iets langer te doen over het sigaren kopen, even over de
markt op het Zaailand te gaan als ik een vergadering had,
even met de winkelier te praten die toevallig net, omdat ik
wat te lang stond te treuzelen bij de etalage, iets tegen
mij zei en dan even over Leeuwarden of over de binnenstad
of de plannen daaromtrent te gaan praten. Dat tussentijds
een aantal minuten besteden aan de mens die zijn/haar rol
in de stad vervult, dat hoorde er bij mij altijd bij. Het
Blad 19
Verslag van de raadsvergadering van 31 augustus 1998
was dus niet alleen naar Cambuur gaan, waarin die rol en
dat gevoel tot uiting kwam. Overigens Cambuur is echt meer
voor een stad en een mens wat van voetbal houdtHet is
niet alleen naar de tribunes gaan, maar ook weer op maan
dagochtend of met de plantsoenwerker of wie dan ook er slap
over te ouwehoeren en er op donderdagavond tijdens een bor
rel van de commerciële club je nog eens flink druk over te
maken, hoe dat allemaal gaat.
In ieder geval ik heb de stadssfeer graag opgesnoven en het
is waar, stadslucht maakt vrij
Ook, en dat is waarschijnlijk, althans in mijn ogen, de
echte kracht van een stad als Leeuwarden, de typische
stadshumor moet een bestuurder ondergaan om terug te kijken
op een periode waarin hij daar niet meer als functionaris
functioneert. Ik heb ook die kans gehad en gepakt. Ik her
inner mij de marktkoopluihumor in het Oranje Bierhuis,
waarin op luchtige wijze even de wereld wordt uitgelegd en
het stadsbestuur van Leeuwarden in het bijzonder, waarna
onder het legen van het glas de burgemeester weer veel
sterkte en wijsheid werd gewenst om zijn vergadering of
voort te zetten of huiswaarts te keren.
Dames en heren bij die omgeving hoort als hoofdstadbestuur
der ook Friesland als geheel. Ook daarin speelt de sociale
component een rol. Hoe wordt je geaccepteerd in Friesland
en hoe wil je zelf je rol spelen in Friesland. Ook daar
ruimte geven en ruimte nemen, wat dat betreft ook in Fries
land - en dat geldt ook voor mijn gezin - heb ik mij en
mijn gezin zich zeer thuis gevoeld als mens en als bestuur
der in de regio Noord-Friesland en het Regionaal College
Politie. Fietsend vanaf Lekkum, eerst via Wyns en Birdaard
naar de buitendijkse gebieden, wel of niet via Dokkum of
Lauwersoog terugkerend, mensen tegenkomend die je groeten
en die je herkennen van: ik heb u gisteren nog op TV ge
zien. Allemaal kleine details, maar dat gevoel had ik no
dig, dat heb ik altijd op prijs gesteld. Friezen zijn na
tuurlijk helemaal niet - en dat is een platitude - te vat
ten onder de bekende uitspraak dat ze stug zijn en dat ze
wel trouw zijn als ze je eenmaal in hun hart hebben geslo
ten. Een Fries is veel meer, zoals een Groninger ook veel
meer is. Dat onderhuidse, dat onderhartse wat hier zit en
wat loskomt als je eenmaal contact hebt gehad, dat heb ik
hier gevoeld, dat past bij mij, maar ik heb het ook gewaar
deerd van de mensen die ik in dit gebied ben tegengekomen.
En dat fietsen door dat wijde landschap, dat je misschien
als Noord-Groninger van origine ook wel nodig hebt, dat
voldoet aan die andere vereiste en die andere kans die je
dan krijgt, een wijde blik verruimt het denken. Dan ga je
daar maandag weer met volle energie tegenaan. Als je die
beide soorten ruimten neemt, dan kun je een beetje comple-