Blad 54
Verslag van de begrotingsvergadering van 2 november 1998
Wat dat betreft, als men zegt dat er te weinig initiatief
is. We hebben het destijds wel naar voren gebracht. Ik weet
niet of het hier de gewoonte is om dan op een theatrale ma
nier dezelfde motie weer in te dienen, maar dat lijkt mij
nogal onzinnig. Ik heb het idee dat ik heb kunnen volstaan
met het aangeven van de bedoeling, dat we vinden dat er po
sitieve geluiden zijn en terecht, maar dat de burgers er te
weinig, volgens ons, van merken. Hoe kun je dat doen. Wij
hebben bij de Perspectiefnota nogmaals daar voorbeeldjes van
gegeven, maar dat kan dus kennelijk niet. Als de wethouder
minder teleurgesteld is als we zeggen dat wij in de begro
ting moeten komen met die aantekening dat wij vinden dat die
en die punten er in moeten, dat maakt ons vrij weinig uit.
Ik heb ook niet gezegd dat wij de hele begroting verwerpen,
dat heb u mij niet horen zeggen. Als ik dat heb gesugge
reerd, dan is dat niet het geval. Dan moet iedereen de notu
len daar nog eens op na lezen, want daar staat het vrij hel
der in.
De rampenbestrijding wil ik nog even op terugkomen.
Het gaat ons uiteraard niet om het ene overtollig perso
neelslid, maar om de antwoorden die wij gekregen hebben over
het tekort aan formatieplaatsen bij de dienst. Dat is even
waar wij het over hadden, dus niets ten nadele over diegene
die daar op gezet is.
De moties van de D66-fractie.
Als blijkt dat De Wierde de beste plek is na behandeling
hier, dan kunnen wij daar volkomen achter staan. Tot die
tijd wil ik mij daar nog liever niet op vastleggen.
Een eventuele motie van de NLP-fractie is er niet, dus ik
weet niet of ik daar op moet reageren.
Nog één puntje tot slot.
Een opmerking over wat de heer Brinks zei tegen ons over het
minimabeleid. Hij heeft gezegd dat er vorig jaar een over
zicht is geweest, waar een aantal partijen nogal wat dingen
hebben geaccordeerd. Daar waren wij niet bij. Dat geldt niet
voor ons.
De heer P. de Jong: Ik beperk mij tot de motie die wij heb
ben ingediend.
Er zijn geluiden in deze raad die zeggen dat wij voor de
tweede keer in feite komen als partij met een soortgelijke
motie, alleen hij wordt anders verpakt. Dat moge waar zijn,
maar daar is ook aanleiding voor, omdat wij gevraagd hebben
aan het college om die rapportage van Afvalsturing Fries
land. Wat ons nu gebleken is, is dat die rapportage er al
sinds 1997 ligt. Dat betekent voor ons een nieuw gegeven en
ik denk zelfs dat die rapportage er al lag voordat überhaupt
Blad 55
Verslag van de begrotingsvergadering van 2 november 1998
deze raad, althans in meerderheid, toestemming gaf aan het
college om medewerking te verlenen aan het opstellen van het
rapport door de GrontmijDat heeft ons er toe gebracht om
nu deze motie in te dienen. Het is niet zo maar even dat we
zeggen van we doen het uit puur hobbyisme voor de tweede
keer. Nee, wij hebben dat rapport gelezen. Uit ons onderzoek
is gebleken dat dat rapport er al een hele tijd ligt. Wij
zijn daar niet over geïnformeerd. Wij willen nu de koe bij
de horens vatten. Als de wethouder zegt namens het college,
dat de locaties er wel zijn, maar het vooral een financiële
kwestie is, dan slaat de verwarring bij mijn fractie hele
maal toe. Want wij lezen in de evaluatie van het MUP, wij
lezen in de risicoparagraaf van de concernbegroting, dat het
baggerbeleidsplan stagneert omdat er geen locaties zijn. Hoe
heb ben we het nu. In 1997 is al verkondigd, door Afvalstu
ring Friesland, dat er een mogelijkheid ligt om 100.000 kuub
vervuild bagger te storten, of eerst te laten bewerken, op
De Wierde. Daarna zou het gereduceerd kunnen worden en het
overblijvende deel zou gestort kunnen worden. Dat is voor
ons de achterliggende motivering om nu voor de tweede keer
met deze motie te komen. Als andere partijen zeggen dat zij
nu willen gaan afwegen wat dat rapport van de Grontmij ople
vert, dan wijst dat ook een beetje in de richting van wat de
heer Krol naar voren heeft gebracht. Toen het MTC werd afge
blazen is er in feite gezegd, geen MTC geen baggerslibdepot
Dat zweeft in feite bij elk raadslid in dit huis nog door
het hoofd. Er is toen door het college gevraagd of wij be
reid waren mee te werken aan nog een onderzoek van de Gront
mij Maar ik heb het de heer Krol ook al een keer horen zeg
gen vandaag, in feite hadden heel veel partijen hun markt al
opgemaakt en hadden gezegd er komt geen baggerslibdepot,
zeker niet nadat het MTC was afgeblazen ten westen van Leeu
warden. Ook daar houden wij aan vast, want wij waren tegen
dat vervolgonderzoek als fractie. Wat er nu gebeurt, is dat
het rapport van de Grontmij op een zeker niveau getild wordt
en dat het moet concurreren met De Wierde. Voordat we de
techniek verder ingaan, ik denk dat onze motie ervan uit
gaat dat De Wierde een uitstekende locatie is om daar in ie
der geval zwaar vervuild bagger naar toe te brengen. Wij
verzoeken het college om op zo kort mogelijke termijn in ie
der geval met een plan van aanpak te komen. De inventarisa
tienota is klaar, met andere woorden wij denken, anticipe
rend op de toekomst, dat het verstandig is om nu even te
gaan kijken welke mogelijkheden er zijn voor afvoer naar De
Wierde, anders klopt er volgens ons ergens iets niet. (De
VoorzitterHet college heeft de heer De Jong gevraagd of
hij bereid is de motie aan te houden. Dat is het punt waar
hij nog op moet reageren)
Gezien de ontwikkeling die ik geschetst heb, heb ik op dit
ogenblik niet de behoefte om de motie aan te houden. Ik wil
hem vandaag in stemming gebracht hebben.