Blad 18 Verslag van de raadsvergadering van 18 januari 1999 nemens ook werkelijk gehaald wordt. Want voor zo'n ingrij pend recht is het van belang dat alles tegen elkaar afgewo gen wordt en dat mensen die daar nu een bedrijf uitoefenen straks niet met de kater blijven zitten. De bedoeling is, zoals wij hebben begrepen, dat er woning bouw met wat allure komt. Wij hopen dat als er werkelijk gebouwd gaat worden, er ook werkelijk met allure gebouwd gaat worden en dat door het bouwen met verstand en toe komstvisie het milieu en de natuurwaarden zo min mogelijk worden aangetast. De heer Stoker: Dit is een zaak waar beslist niet lichtvoe tig mee wordt omgegaan. Ons pleiten voor herindeling en de roep om ruimte voor Leeuwarder woningbouw hebben wij als GPV/RPF/SGP-raadsfractie dan ook stevig laten klinken. De provincie en de omliggende gemeenten hebben ons dat echter onmogelijk gemaakt. CDA-gedeputeerde Janssen heeft voor wo ningbouw altijd met de vinger richting Bullepolder gewezen. Door een herindeling was het de voorkeur van Leeuwarden om deze kant niet op te gaan. Het niet doorgaan van een herin deling was voor ons dan ook een behoorlijke tegenvaller, die het ons onmogelijk maakt om Leeuwarden Open Stad vol gens de letter uit te voeren. Hier ligt dus de samenhang met de plannen voor de Bullepolder. In andere plannen, zoals Goutum, Hempens-TeernsHavank- park, wordt uiteindelijk meer gebouwd dan de bedoeling was, omdat zonder het vestigen van een voorkeursrecht de grond door speculatie vaak zo duur wordt dat meer woningen wel nodig zijn om tot een sluitende exploitatie te komen. Daar om is het vestigen van een voorkeursrecht een goede garan tie om tot een lage bebouwingsdichtheid te komen. Het pleit van de CDA-fractie in de commissie om in de Bullepolder ook voor de middeninkomens te bouwen wordt door ons dan ook niet onderschreven. De compensatiegedachte voor wat de na tuur betreft lijkt mij heel erg belangrijk om zeer serieus verder te onderzoeken. Ik zou het college willen vragen wat dit betreft een maximale inspanning te verrichten. Wat ons betreft komt qua wegenaanleg het tracé Dokkum- Aldtsjerk niet meer in beeld. De heer DrewelWij vinden het een goede zaak dat het voor keursrecht gevestigd wordt. Het college heeft in elk geval slagvaardig gehandeld en speculatie is hiermede ingedamd, daar zijn wij mee akkoord. In de raadsvergadering van december 1998 heeft mijn fractie al aangegeven dat zij in beginsel instemt met woningbouw in dit gebied. De principiële keuze tot woningbouw is toen in feite gemaakt. Aankoop van grond en woningbouw zijn eigen Blad 19 Verslag van de raadsvergadering van 18 januari 1999 lijk onlosmakelijk met elkaar verbonden, immers als je niet wilt bouwen hoef je de grond ook niet te kopen, ik heb dat in de commissie ook gezegd. Bestemming en gebruik van de grond kan dan wel via het bestemmingsplan gehandhaafd of afgedwongen worden. In dit verband is het vreemd dat het collegelid de heer Brinks kennelijk die koppeling niet meer legt. Eerst is hij voor de aankoop zonder precies te weten wat de gemeente met de gronden voor doel heeft. De heer Brinks weet toch dat de gemeente geen beleggingsmaatschap pij is? Voor zogenoemde groenfondsen moet je op de beurs zi jn Over de planologische randvoorwaarden het volgende. Wij hebben in de commissie al gepleit voor meer woningbouw of in elk geval woningbouw te onderzoeken voor de midden groepen. Eenzijdige bouw, in een uiterst hoog marktsegment neergelegd voor enkelen, wijzen wij af. Variatie van wo ningtypes, eventueel twee onder één kap, moet naar onze me ning worden gerealiseerd, zo hebben wij toen aangegeven. De wethouder heeft in de Commissie Stadsontwikkeling toegezegd dat voor de te bouwen woningen niet alleen wordt gekeken naar het allerhoogste marktsegment, maar dat de middengroe pen ook zullen worden meegenomen bij het onderzoek. Mijn fractie is daar content mee. Wij kunnen dus met dit onder deel instemmen. Ook met de andere randvoorwaarden kunnen wij akkoord gaan. Het geheel aan randvoorwaarden vormt met elkaar een even wichtig geheel, enerzijds betrekking hebbende op de woning bouw, anderzijds de belangen van de Lekkumers en de natuur- belangen. Met de randvoorwaarde dat er niet gebouwd zal worden op het kwelderwalgebied denken wij dat wij op een belangrijk punt aan de bezwaren van de Lekkumers tegemoet komen. De dorpen Lekkum en Snakkerburen zullen hun speci fieke karakter behouden. De motie van de D66-fractie. Voor het pleidooi om een Mili eu Effect Rapportage te houden kunnen wij niet mee instem men. In de eerste plaats is er ooit al eens een MER gemaakt ook voor dit gebied, de toegevoegde waarde moet hiervan worden betwijfeld. In de tweede plaats, mevrouw Van Ulzen wees daar al op, is het heel tijdrovend en mogelijk leidt het tot onnodige vertraging. Dat is een procedureel aspect. Een derde motief is dat wij een nieuw onderzoek overbodig vinden omdat de CDA-fractie voldoende vertrouwen heeft in het onderzoek dat namens het college wordt uitgevoerd. Wij mogen toch aannemen dat alle achtergrondinformatie, ook de adviezen van deskundigen, ons te zijner tijd ter hand wor den gesteld? Wij stemmen hier dus mee in, inclusief het voorkeursrecht.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1999 | | pagina 10