Blad 28 Verslag van de raadsvergadering van 18 januari 1999 nissen niet kan nemen, omdat een bepaald wiel aan die wagen niet goed functioneert. (De heer Sluiter: Dit is een prach tige steun, die de heer Jacobse nu aan de eenheid van het college aanbiedt, er zal vast een gelegenheid komen dat wij hem daaraan kunnen herinnerenHet gaat er niet om dat ik steun aan het college geef, het is dacht ik heel gebruike lijk dat het college als eenheid naar ons functioneert, dan komen ze ook het sterkst over. De heer BoorsmaNiet alleen natuur en milieu is van belang bij een afweging, natuurlijk is dat een feit. Maar als ik mij niet vergis, ten tijde van het rapport Leeuwarden Open Stad waren argumenten naast natuur en milieu kennelijk ook geen beletsel om in dit rapport vast te leggen dat Leeuwar den richting het zuiden moest bouwen. De voorzitter sugge reert nu een beetje dat die andere argumenten naast natuur en milieu een verdere uitbreiding richting het zuiden zou den kunnen tegengaan, terwijl wij mogen aannemen dat juist alle argumenten, dus ook natuur en milieu en de bereikbaar heid etc., zijn afgewogen voor de uitkomst van dit rapport. De markt kan inderdaad veranderen, dat is terecht, en de voorzitter onderkent dat en dat is natuurlijk volkomen te recht, maar juist dan denk ik dat het temeer een argument is om uitermate voorzichtig te zijn en om de Bullepolder vooralsnog te ontzien van woningen. De motie van de D66-fractie. Wij blijven bij ons standpunt, wij zullen de motie steunen, het voorstel van het college daarentegen niet. De heer DrewelVoorzitter, ik dacht dat wij elkaar in de commissie al hadden gevonden. Ik heb bewust geen aantal wo ningen willen noemen. Ik denk dat wij elkaar ook die vrij heid moeten laten. Ik was alleen content dat u zei dat in het onderzoek mee te nemen. Meer heb ik niet toe te voegen. Mevrouw Van Ulzen: Mevrouw Inberg valt over het begrip tijdnood, die tijdnood kan ontstaan omdat het opleggen van de Wet voorkeursrecht gemeenten maar twee jaar kan duren, dan moet het geheel kant en klaar zijn. Dat is wat er met tijdnood wordt bedoeld. De heer Stoker zegt dat wij wat lichtvoetig met de materie omgaan. Ik neem aan dat hij op zaterdagmiddag niet mee was in de Bullepolder. Alles wat je kan zeggen, maar niet dat wij daar lichtvoetig gelopen hebben. (De heer Stoker: Ik heb juist beweerd dat wij daar niet lichtvoetig mee wordt omgegaan.) Ik kon mijn voeten niet eens optillen. Blad 29 Verslag van de raadsvergadering van 18 januari 1999 Richting mevrouw Inberg, de habitatrichtlijn en de vogel richtlijn zijn totaal verschillende zaken. De ene is afge handeld, waarbij de waarde van het buitengebied door het provinciaal bestuur werd genuanceerd en de minister van Landbouw is niet tot aanwijzing overgegaan. De vogelrichtlijn heeft consequenties voor heel Friesland en daarvan is de uitwerking nog niet duidelijk. Het zou vreemd zijn om je zelf een MER-verplichting op te leggen, terwijl er elders in Friesland zonder MER tot in het IJsselmeer toe kan worden gebouwd. De heer Stoker: Ik wil dat toch nog even heel duidelijk recht zetten, ik heb juist gezegd dat er niet lichtvoetig mee wordt omgegaan. Voor het overige sluit ik aan bij hetgeen mevrouw Van Ulzen heeft gezegd, want daar ben ik het verder wel mee eens. De Voorzitter: De heer Jacobse zegt dat het hem niet uit maakt waar, als het maar goed wordt uitgezocht en die marktbeweging zo goed mogelijk in kaart wordt gebracht om straks zo helder mogelijk aan te geven waarom je kiest voor bepaalde zaken en waarom niet. Ik denk dat dat ook van ons verwacht mag worden. Als wij straks met een situatie komen dat wij voorleggen wat wij nu als verantwoorde oplossing voor dat gebied vinden, in de richting zoals wij denken, dan zal er uitgebreid beargumenteerd moeten worden waarom wij dat belangrijk vinden. Eén van die argumentatievelden. zal zijn, als wij praten over woningbouw in dat gebied, watvoor type woningen, hoe wij aan die informatie komen, waarom wij denken dat het juist dat zou moeten zijn. Wat dat betreft kan ik hem volledig gelijk geven. Dat de provincie ten opzichte van de bouwverdeling van de omliggende gemeenten, platteland en stad, de rug recht moet houden is denk ik duidelijk. Dat speelt niet alleen hier maar ook in de omstreken van Joure en Heerenveen. Ik moet ook zeggen dat zij op dit moment een ferm beleid inzetten. Wat dat betreft is de zaak wel in evenwicht. De heer Boorsma noemde nog even de structuurschets Leeuwar den Open Stad. Die wordt natuurlijk gewoon uitgevoerd. Dat betekent ook dat wij in de gebieden in het zuiden gaan bou wen, fors gaan bouwen en dat ook op tempo gaan doen. Alleen als je zegt wat er dan in de tijd is veranderd, dan is in de tijd wel veranderd dat de woningenaantallen die wij op dit moment voorzien te moeten bouwen, wij die in de be staande locaties niet goed kwijt kunnen. Daar zit nu net de kneep. Dat kun je verschillend wegen, maar wij wegen het zo dat wij zeggen dat wij nu ook op zoek moeten naar kwalita tief goede locaties om daar iets te doen. Dat is in dit ge val de situatie rondom de Bullepolder.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1999 | | pagina 15