Blad 44 Verslag van de raadsvergadering van 18 januari 1999 geboden wordt dan tot nu toe, dat het belang van Leeuwarden niet alleen is een goede prijs maar ook behoud werkgelegen heid en dat dat niet gegarandeerd wordt, dan heeft men onze fractie niet kunnen overhalen om tegen het college te zeg gen, ga opnieuw onderhandelen. Wat dat betreft, denk ik, dat wij er verstandig aan doen de motie niet te ondersteu nen Wat is nu de juiste prijs? De juiste prijs weet je pas ach teraf. Maar gelet op het feit dat waterleidingbedrijven van Groningen en Drenthe niet meer bieden dan 0,6% meer, daar uit zou je kunnen opmaken dat dit ongeveer de juiste prijs is. Wat dat betreft, vind ik, dat er goed is onderhandeld en het totale pakket overziend kunnen wij daar tevreden mee zijn. Kortom wij zullen op dit moment de motie niet ondersteunen. Dan kom ik nog op de Noordelijke samenwerking, die de heer Stoker genoemd heeft. Ik denk dat een Noordelijke samenwer king op zich, gelet op de voorgeschiedenis, niet op het spel staat op het moment dat Waterleiding Friesland ver kocht wordt aan NUON. Daar is het niet van afhankelijk. Bo vendien men weet dat de eerste keus ooit geweest is de sa menwerking met Groningen en Drenthe. Doorverkoop is goed afgedicht, dat hebben we samen kunnen constateren Nogmaals de CDA-fractie gaat akkoord. De heer Stoker: Naar mijn inschatting wordt inderdaad een verdergaande samenwerking van de Noordelijke waterleiding bedrijven geblokkeerd op deze manier, zo niet onmogelijk. De psychologische afstand tussen NUON en deze bedrijven is nog groter dan die tot nu toe al was ten opzichte van de overige Noordelijke bedrijven en Waterleiding Friesland. Voor de waterschappen geldt dit waarschijnlijk nog meer, zodat ook de totstandkoming van de Noordelijke samenwerking in de waterketen ernstig in gevaar komt. Ik denk aan zaken als waterspoor en dergelijke. Het Noordelijke bod is minder exact, maar juist daarom wil len wij graag nader onderzoek en onderhandeling. De heer Van Mourik: Gelet op datgene wat wij in de eerste termijn naar voren hebben gebracht ten aanzien van het late bod van Groningen en Drenthe, zal het duidelijk zijn dat wij de motie van NLP-fractie niet ondersteunen, waarin op nieuw wordt gevraagd om deze vorm van samenwerking te on derzoeken Verder kunnen wij ons vinden in de beantwoording van het college Blad 45 Verslag van de raadsvergadering van 18 januari 1999 Wij zijn blij met de toezegging dat er op korte termijn over de structuurfondsen wordt gesproken. De heer Jacobse: Ik heb in mijn eerste termijn heel helder proberen te maken dat datgene wat wij in de motie voorstel len ook door ons als second best wordt gekenmerkt. Wij streven er naar om de zeggenschap over essentiële goederen zo dicht mogelijk bij de burgers te houden, die de consu ment van die goederen zijn, omdat dat de beste garantie is dat zij daar de meeste invloed op dat product kunnen uitoe fenen. Echter als je moet komen tot schaalvergroting - zo wel de minister als het bedrijf zeggen dat dit moet om uit eenlopende redenen - dan kiezen wij dus voor een variant die het dichtst bij die mensen blijft. Dat is dan de samen werking in Noordelijk verband. Ik heb nadrukkelijk gezegd dat onze voorkeur uitging naar een fusie, waarbij de zeg genschap voor de drie waterleidingbedrijven, en dus ook voor de gemeenten in dat gebied, evenwichtig verdeeld is. Als dat niet kan, of als men toch tot verkoop over wil gaan, dan zou je overname kunnen onderzoeken. Mevrouw Waanders zegt, als ik die f 1 miljoen afzet tegen over de afspraken, dan kies ik voor die afspraken. Dan moet wel gezegd worden dat de Noordelijke waterleidingsbedrijven geschreven hebben dat zij ook tot afspraken over deze on derwerpen bereid zijn. Je moet natuurlijk wel de bereidheid hebben om dat gesprek aan te gaan. Inderdaad zal de uit komst niet hetzelfde zijn. De Noordelijke waterleidingsbe drijven hebben heel nadrukkelijk aangegeven dat - en daar mee zijn we het eens - zij de koppeling en de betrokkenheid met dit gebied als belangrijk uitgangspunt nemen. Dus niet alles centraliseren, maar zoveel mogelijk decentraliseren. Je kunt blijven navelstaren naar dingen die in het verleden zijn gebeurd. Dan moet ik toch even opmerken dat als je kijkt naar de sa menstelling van dit college vier jaar terug, partijen die nu nog in één college zitten, elkaar volstrekt uitsloten. Blijkbaar kan het wel eens zo zijn dat je na een bepaalde periode nog eens om de tafel moet en dat je tot hele andere uitkomsten kunt komen. Je moet wel de intentie hebben met elkaar dat gesprek aan te gaan. Ik vind het jammer dat partijen niet zijn ingegaan op de machtspositie die NUON verkrijgt door de samenbundeling van al deze nutsvoorzieningen bij één bedrijf. Ik vind dat toch een groot gevaar. Ik vind het jammer dat daar onvoldoende aandacht aan wordt gegeven. Ik had natuurlijk niet verwacht dat er hier vanavond een meerderheid zou zijn die de aandelenverkoop niet zou willen laten doorgaan, dus in zoverre ben ik niet verrast. De mo tie houden we wel, omdat die heel helder weergeeft waar wij

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1999 | | pagina 23