Blad 8 Installatievergadering 16 februari 1999 niet over één nacht ijs. Onder uitstekend voorzitterschap van Peter den Oudsten, die vriendelijk, doch gedecideerd, de kandidaat, de orde en de klok in de gaten hield. Harte lijk dank leden van de vertrouwenscommissie voor het door u in mij gestelde vertrouwen. En natuurlijk gaat mijn dank ook uit naar de gemeentesecretaris, Frans Steijvers, die goed voor mij zorgde, mij koffie bracht met de begeleidende woorden "alstublieft, een kopje spraakwater". Bert, mijn man, dank je wel, zoals gewoonlijk was hij mij weer te snel af. Ik zei: "Leeuwarden?" "Ja natuurlijk Leeu warden, doen!" Dames en heren, met het omhangen van de ambtsketen en het overdragen van de voorzittershamer is het wettelijk gezag overgedragen aan de Burgi Magister, de meester van de burg. 'Burg' betekent: versterkte plaats, later ook stad. Ik ben dus nu burgemeester van de stad Leeuwarden. Meer dan 50 jaar vindt deze installatie bij burgemeesters benoemingen op dezelfde manier plaats. De heer Brandsma en de heer Te Loo, mijn voorgangers, u kunne daarvan getuigen. Sinds de Middeleeuwen is dat wettelijk gezag wel aan erosie onderhevig. Volgens professor Rosenthal mag politiek gezag niet degraderen tot naakte macht. Weliswaar is het een 'machtige' positie in alle opzichten, echter vaak eenzaam en toch ook weer niet alleen. De kracht van gezagsuitoefening ontleent de politicus aan de wijze waarop hij zijn positie heeft verworven en aan de manier waarop hij zijn invloed en macht aanwendt. De macht van het leiderschap zal moeten worden aangewend om dienstbaar te zijn en vooral niet om te overheersen. Daar voor is zelfdiscipline nodig, anders verval je in verspil ling van energie. Bij leiderschap moet je openstaan voor problemen. Béter is het om de problemen te voorkómen, een bindende factor zijn, kortom de zaak bij elkaar te houden. De eisen die vandaag de dag aan de burgemeester worden ge steld zijn sterk toegenomen. De macht en het vanzelfspre kende gezag daarentegen zijn aanzienlijk afgenomen. Het zal duidelijk zijn dat een geïsoleerde discussie over de al of niet gekozen burgemeester hiervoor geen oplossing biedt. Er is meer aan de hand, het gehele stelsel wordt dan ook ge analyseerd en afgezet tegen de huidige democratische ont wikkelingen. Geen eenvoudige taak. Wij wachten nieuwsgierig op het antwoord van de Staatscommissie Elzinga. Vaak zit er een tegenstelling tussen het externe beeld van de burgemeester - de burgemeester is de baas van de gemeen te - en de interne positie in het politiek bestuurlijke spel Blad 9 Installatievergadering 16 februari 1999 Anders dan bij kleinere gemeenten krijgt de burgemeester in grotere gemeenten, naast de wettelijke taak openbare orde en veiligheid, ook bestuursportefeuilles, zoals algemene zaken, voorlichting, promotie, participatie burgers. Deze bestuursportefeuilles zijn gericht op de politieke, bestuurlijke alswel maatschappelijke procesoriëntatie. Niet de inhoud van het beleid staat voor de burgemeester centraal, maar het soepel laten functioneren van het ge meentebestuur en de besluitvorming in de raad. De rol van de burgemeester is meestal die van een procesrol. Zij be middelt in geschillen, stimuleert, spreekt waar nodig streng toe of legt verbindingen. En juist bij het betrekken van burgers bij de gemeentelijke besluitvorming komt die procesrol tot uitdrukking. Dat vermogen wordt door Pieter Tops, hoogleraar Bestuurs kunde, burgemeesterschap genoemd. Deze procesrol geeft een zekere afstand tot die van de lo kale politiek. Daardoor kan ik feitelijk gezien meer open staan voor andere meningen, opvattingen. Ik heb immers geen verkiezingsbeloften hoeven doen! De politieke vraag vandaag de dag is of 'de duurste functi- onaristenaris' van de stad niet een politieke legitimiteit middels verkiezingen moet krijgen om inhoudelijk meer in vloed te kunnen hebben. De vraag is of je daar een verkiezing van de burgemeester voor nodig hebt. Zonder verkiezingen kun je de burgemeester ook meer bevoegdheden en inhoudelijke portefeuilles geven, zoals bijvoorbeeld in Zaanstad èn ook hier in Leeuwarden het geval is. Ik denk niet dat het de burgers een zorg zal zijn. Zij dichten de burgemeester steeds meer een symboli sche rol toe. Zij willen symboliek. Een gemeenschappelijk symboliek verankerd in burgemeesterlijk gezag. Kijkt u maar naar relevante maatschappelijke ontwikkelingen. Zoals de zaak recent in Gorinchem. En of het nu over het leiderschap van de burgemeester of over die van de korpsbeheerder respectievelijk korpschef gaat, gezag wordt ontwikkeld door overleg met de direct betrokkenen, het zoeken naar een gemeenschappelijke noemer en het realiseren van consensus. Leiderschap moet in deze zin worden opgevat als het vermogen om 'bruggen te slaan' belangen te verbinden en om samenhang te benadrukken, samen de heer Brouwer, als Hoofdofficier van Justitie, samen waarnemend korpsbeheerder de heer Van der Zaag, samen de heer Wagenaar, net een week geleden geïnstalleerd, samen met alle collega's in het regionaal college. Eén ding beloof ik u: in mijn hoedanigheid als korpsbeheer der zal ik, vooral in het begin, veel tijd willen investe ren om de organisatie van de politie, de cultuur en de ge voelens te leren kennen. Niet alleen van achter het bureau, maar vooral in de dialoog met de politieman ook op straat.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1999 | | pagina 5