Blad 24 Verslag van de raadsvergadering van 12 april 1999 De heer Den Oudsten (weth.): De heer Feenstra heeft in de commissie deze opmerking ook gemaakt, dat heeft ook tot een debatje hierover geleid. Het is noch het één noch het an der. De gemeente is niet een normale onderneming waarbij je zegt, dat als het gaat om risicodragende deelnames dan zet ten wij het op de balans. Dat is in een onderneming een normale situatie. Tegelijkertijd denkt de gemeente ook niet dat wij daar niet ooit nog eens een stukje winst uit zouden kunnen halen, hoewel op zichzelf is natuurlijk de oprich ting van de CV/BV bedoeld om daar economische ontwikkelin gen mee aan te jagen. Wat dat betreft heeft het natuurlijk een specifiek doel. In die zin is het denk ik een vorm van solide financieren, door ook onmiddellijk het bedrag dat wij investeren in het aandelenkapitaal in één keer als het ware af te schrijven, want dat is wat wij nu doen. Wij den ken daar verschillend over, maar dit heeft niet geleid tot het wijzigen van het voorstel. De Voorzitter: Aan de orde is de stemming. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. Voordracht aan de algemene vergadering van aandeelhouders voor benoeming tot commissaris in de raad van Commissaris sen Aanbeveling burgemeester en wethouders: de portefeuillehouder Economische Zaken. Benoemd wordt de aanbevolen met 34 tegen 1 stem. Punt 8 (bijlage nr. 43) De Voorzitter: Aan de orde is BV Sport Leeuwarden - oprich tingsdocument De heer Veldhuis: Zonder de commissie over te willen doen heeft de PvdA-fractie nog behoefte om bij een aantal zaken stil te staan. Zoals u wellicht weet heeft de PvdA-fractie bij de behande ling van de verzelfstandiging van de BV Sport zeer verdeeld gestemd. Wij vinden het belangrijk om aan te geven dat de beoordeling van dit document op basis is gegaan van het raadsbesluit van de verzelfstandiging. Binnen de fractie is Blad 25 Verslag van de raadsvergadering van 12 april 1999 gebleken dat één van de leden niet voor dit raadsvoorstel zal stemmen. Ik heb een viertal punten. 1. De PvdA-fractie gaat akkoord met de argumentatie bij het voorstel ten aanzien van het benoemen van een raad van commissarissen. 2. Wij willen in de raad het alleenrecht van de BV Sport verhelderd zien door de wethouder. Hierbij hebben wij twee vragen. Houdt het alleenrecht in dat de gemeente Leeuwarden te allen tijde alle sport- en recreatieactiviteiten onder moet brengen bij de BV Sport? Moet de BV Sport te allen tijde betrokken worden bij de exploitatie als de gemeenteraad besluit dat een parti culier initiatief een accommodatie wil exploiteren, bijvoorbeeld de Sportboulevard. 3. Op welke termijn zal welke evaluatie worden gedaan? In de raadsbrief wordt gesproken over een evaluatie en in het oprichtingsdocument wordt ook gesproken over een evaluatie. Zijn dit dezelfde evaluaties? Zo ja, dan zit er een jaar verschil in de twee documenten? Zo nee, welke soorten evaluatie worden er dan bedoeld? 4. Bij de verdeling van de bestuurlijke bevoegdheden en verantwoordelijkheden bij het punt het oprichten of deelnemen in vennootschappen is de vraag waarom de raad hier ook niet een bevoegdheid heeft gekregen. Wij vinden het ook belangrijk te vermelden dat wij vinden dat er heel hard en goed gewerkt is aan dit oprichtingsdo cument, wij willen hier onze waardering voor uitspreken. De heer Jacobse: Je zou haast denken dat discussiëren over de portefeuille Sport de sport van de gemeenteraad is. Op zichzelf is dat niet onterecht, sport is belangrijk voor burgers, individueel, maar ook voor de samenleving als ge heel. Uiteindelijk proberen wij te komen tot een organisa tie voor sportaanbieding die tot een zo hoog mogelijk aan bod en zo groot mogelijke klantvriendelijkheid en dat alle maal tegen zo laag mogelijke kosten kan leiden. Uit het lange proces dat aan het besluit ten grondslag ligt, blijkt al dat het niet eenvoudig is aan te geven wat nu klip en klaar de voordelen zijn van het op afstand zetten van de sector Sport, het verzelfstandigen van die sector, en welke voordelen of nadelen niet als staande organisatie binnen onze eigen organisatie behaald zouden kunnen worden. Wij zijn overtuigd geraakt van het feit dat externe verzelf standiging objectief gezien het best aansluit op wat wij als doelstellingen hanteren. Maar wij houden ons hart wel een beetje vast. Wij hebben dan ook volop begrip en respect voor diegenen in deze raad die uiteindelijk tot een andere conclusies zijn gekomen. Wij houden ons hart vast omdat wij ons afvragen of wij wel in staat zullen zijn via het con-

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1999 | | pagina 13