Blad 114
Verslag van de raadsvergadering van 31 mei 1999
Daarnaast is het zo dat er bepaalde kleinere verenigingen
door vergrijzing of een aantal andere zaken moeilijkheden
hebben om incidenteel bepaalde uitgaven te doen, waarvan het
toch gezien de cohesie in dat dorp belangrijk is dat zo'n
vereniging blijft bestaan. Dan zou je toch als gemeente iets
moeten kunnen doen.
De zogenaamde open deur moties 1, 2, 4, 5, 6, 16, 19 en 21
ga ik verder niet op in.
Wij zijn het eens met het college als het gaat over het af
wijzen van het referendum over het baggerdepotJuist dit
soort zaken spelen erg sterk op de emotie. De kans is groot
dat het dan daar komt waar de minste mensen wonen.
De motie over de Skinkeskans om nu al de locatie uitsluiten.
Ik ben het direct eens met iedereen die zegt dat je dan toch
een bepaalde keuzemogelijkheid uitsluit, aan de andere kant
zijn wij al jaren met die discussie bezig. De heer Van Mou-
rik heeft het goed verwoord, wij hebben inderdaad verwach
tingen gewekt dat die deur dicht zou gaan. Het was eerst
wel, toen weer niet, toen misschien weer wel en nu lijkt het
weer niet. Op een gegeven moment moet je ook naar burgers
toe die consistentie in het overheidsbeleid houden. Ik heb
daar in mijn eerste termijn ook het een en ander over ge
zegd. Ik vind dat wij dat nu maar eens moeten geven.
Motie nr. 7 over de geluidsoverlast. Wij hebben indertijd
tegen die nota gestemd omdat wij vonden dat de geluidsover
last in zijn algemeenheid generiek verder beperkt zou moeten
worden. Wat niet betekent dat je dus voor alle activiteiten
die tent op slot zet. Wonen in de binnenstad betekent dat je
daar op zeg maar 360 dagen van het jaar heel rustig moet
kunnen wonen, maar er zijn natuurlijk bepaalde activiteiten
die in een stad moeten kunnen plaatsvinden en daarvoor moet
je de deur niet bij voorbaat op slot zetten. Wij vinden dat
het onderzoek daar ook uitsluitsel over moet geven.
Motie nr. 8 over de milieuvoorlichting. Mevrouw Hafkamp
heeft gezegd dat wij doorgaan met die milieuvoorlichting en
het college komt zelf met een structurele dekking. Daar heb
ben wij geen moeite mee, dat betekent dat wat ons betreft
ook geen behoefte meer is aan de moties nr. 8 en 16, want
volgens mij worden die hiermee uitgevoerd.
Blijft dat wij als dekking hadden het feit dat de wielerron
de niet door zou moeten gaan. Wij blijven van mening dat de
kosten ten opzichte van de opbrengsten in publicitaire zin
onevenredig zijn. Om die politieke helderheid te creëren ko
men wij in tweede termijn toch maar met die motie. Dat bete
kent dat ik u mede namens de GPV/RPF/SGP-fractie voorstel
uit te spreken voorstel 1 af te wijzen.
Blad 115
Verslag van de raadsvergadering van 31 mei 1999
"De raad van de gemeente Leeuwarden,
in vergadering bijeen op 31 mei 1999;
behandelende de Perspectiefnota 2000-2003-2010;
overwegende
dat de kosten van de organisatie van de wielerronde te
hoog zijn in verhouding tot de te verwachten publicitaire
opbrengsten;
besluit
voorstel II af te wijzen."
De Voorzitter: Dit is motie nr. 24.)
De inzameling van het klein gevaarlijk afval. Wij hebben al
tijd gezegd dat als je de inzameling optimaal wil houden,
dan moet je mensen ook financieel stimuleren om het in te
leveren. Dan zou je een systeem moeten bedenken dat overeen
komt met zoals dat bijvoorbeeld bij oud papier het geval is.
Dan is de kans het grootst dat de inzameling het hoogst is.
Ik vind dat wij die discussie maar eens met elkaar moeten
voeren. Het college zegt, laten wij dat doen. De D66-fractie
zegt nu al heel stellig dat wij het huidige systeem moeten
afschaffen, dat gaat ons voor dit moment te ver. Laten wij
die discussie voeren en kijken wat de alternatieven zijn.
Dat krijgen wij dan binnenkort wel op onze agenda.
De energiecoördinator, allemaal heel wenselijk, maar ik con
stateer dat wij keuzes moeten maken in allerlei prioriteiten
die er zijn en dat ik daarvoor geen dekking heb.
Het experiment met de trein. Het college zegt laten wij dat
meenemen in een wat groter pakket. Daar heb ik geen moeite
mee, ik heb begrepen dat de heer De Jong dat ook niet heeft.
Ik wacht even zijn bijdrage af. Maar wij zijn het blijkbaar
allemaal met elkaar eens dat wij naar dat soort zaken moeten
kij ken
Wat het witgoedfonds betreft zegt het college, laten wij die
discussie afwachten bij de totale afweging die wij rond mi
nimabeleid en bijzondere bijstand moeten maken. Mijn fractie
is het daarmee eens.
De betere publicatie en communicatie van de kwijtschelding.
In constateer, althans als ik het goed beluisterd heb in
eerste termijn, dat het college alsnog f 15.000,- gevonden
heeft. Als dat zo is hebben wij daar geen probleem mee.
De bijdrage aan het leerlingenvervoer. Het college zegt la
ten wij dat aanhouden en die discussie later voeren. Dat is
mij ook goed.
Dat brengt mij bij de laatste motie over Looft den Heere.
Wij hebben bij de discussie over Cambuur, een vereniging die