Blad 36
Verslag van de raadsvergadering van 11 oktober 1999
De manier van presenteren en de opvatting van de SP-fractie
ter zake is niet de onze, maar met de strekking van het
voorstel kunnen wij akkoord gaan.
De heer Van Mourik: Staatssecretaris mevrouw Verstand heeft
het voorstel gelanceerd om bijstandsmoeders per week maxi
maal 24 uur buitenshuis te laten werken. Er is daarna lan
delijk gezien nogal wat commotie ontstaan over dit voorne
men, waarbij met name de hoeders van het gezin de staf ge
broken hebben over de voorstellen. Toch doet het een beetje
vreemd aan als je kijkt naar de recente ontwikkelingen op
het gebied van vrouwen en arbeid. Eén van de grootste
speerpunten van de laatste twintig a dertig jaar is altijd
geweest het streven naar economische zelfstandigheid van
vrouwen. Daarvoor werd vrouwen altijd ingeprent - daar
doelde de heer Jacobse al op - dat ze onmisbaar waren in
het gezin. Die strijd om economische zelfstandigheid is
grotendeels gestreden en nu wordt er gestreden voor het
recht om thuis te mogen blijven zitten. (De heer Jacobse:
Hoe komt u erbij dat die strijd inmiddels gestreden is? Uit
alle onderzoeken blijkt dat dit helemaal niet het geval
is.) Ik denk dat die strijd grotendeels gestreden is. In
die zin is er in de interpellatie sprake van een trend
breuk, op het moment dat uit een recht ook verplichtingen
voortvloeien. De VVD wijst de plannen van de regering niet
a-priori af en heeft ze ook, ik dacht als enigste rege
ringspartij, niet meteen van de hand gewezen. Er zijn ge
noeg gezinnen of eenouder gezinnen waarbij beide ouders
werken en waarbij opvang voor de kinderen wordt geregeld.
Op het moment dat er sprake is van een bijstandssituatie
met jonge kinderen, het gaat dan in Leeuwarden om ongeveer
300 gevallen, hoeft die situatie niet per definitie anders
te liggen omdat iemand in de bijstand zit. Een lange pauze
van de arbeidsmarkt pakt altijd per definitie funest uit
voor een verdere arbeidstoekomst. Daarom is het niet ver
keerd dat hier ook op rijksniveau eens goed over wordt na
gedacht. Het is natuurlijk wel duidelijk, dat noemde de
heer Roekiman, dat deze plannen staan of vallen met het
voorhanden zijn van voldoende kinderopvang en dat is nu na
tuurlijk nog lang niet altijd het geval. Daarnaast is de
werkloosheid in onze stad nog altijd veel te hoog en ont
breekt de capaciteit bij een Sociale Dienst en andere in
stellingen om deze maatregel goed en verantwoord te kunnen
uitvoeren. Het is daarom echter naar onze mening nog niet
noodzakelijk om de plannen meteen af te serveren of om een
dergelijk signaal af te geven.
Er wordt op dit moment al experimenteel gewerkt, bijvoor
beeld in de Vegelinbuurtmet een groep moeders van jonge
kinderen. Daar worden faciliteiten voor gecreëerd en als
het goed is krijgt zo'n experiment een vervolg, want naar
onze mening hoort het een bij het ander.
Blad 37
Verslag van de raadsvergadering van 11 oktober 1999
Wij hebben de tekst van de interpellatie van de SP-fractie
serieus bestudeerd. Mevrouw Waanders is ingegaan op ver
schillende teksten en zinsneden die zij inhoudelijk niet
onderstreepte. Dat hebben wij ook met verschillende zinsne
den in de interpellatie. Daarom zullen wij die ook niet
steunen. Wij wachten de verdere rijksregels af.
Wij gaan er wel vanuit, vanuit de situatie zoals ik die heb
geschetst in Leeuwarden en dat is misschien een andere si
tuatie dan in de Randstad met een overspannen arbeidsmarkt,
dat hier voor een groot gedeelte sprake zal zijn van vrij
willigheid, gewoon omdat wij fysiek qua trajectbemiddeling,
qua kinderopvang aan onze grenzen zitten.
De heer Stoker: Deze motie heeft onze instemming. Eenouder
gezinnen met kinderen onder de vijf jaar te confronteren
met sollicitatieplicht vinden wij een slecht voorstel. Zon
der beïnvloed te zijn door pauselijke uitspraken vind ik
zelfs die vijf jaar nog te vroeg. Opvoeden is een maat
schappelijk nuttige en heel belangrijke zaak. Het is onder
andere een investering in de samenleving van de toekomst.
Goed gezinsbeleid is een investering in het welzijn van on
ze samenleving. Wij moeten er voor waken te kiezen voor de
economische korte termijnpolitiek, die er schuilt onder
voorstellen zoals een dergelijke sollicitatieplicht.
Mevrouw T. de Haan: Wij hebben wel het voorstel van de SP-
fractie gesteund, omdat wij inderdaad vinden dat de ver
plichting tot het solliciteren al een druk oplevert, zeker
voor alleenstaande mensen, want je hebt het over kinderen
jonger dan vijf jaar. Maar je hebt natuurlijk ook gezinnen
met kinderen van twee en zes. Als iemand twee kinderen
heeft en de ene is twee en de andere is zes moeten ze dan
gaan solliciteren als de een twee of als de andere zes is.
Ik vind dat een heel moeilijk iets. Als je zou stellen dat
beide ouders met kinderen kunnen werken, dan moet ook een
alleenstaande ouder kunnen werken met kinderen. Dat vind ik
gewoon een aanfluiting, dan zou je eerst zelf ervaring moe
ten hebben.
Ik stem zonder meer in met deze interpellatie.
De Voorzitter: Het lijkt mij goed om de vergadering even te
schorsen
De Voorzitter schorst om 21.50 uur de vergadering.
De Voorzitter heropent om 22.10 uur de vergadering.
