Blad 40
Verslag van de raadsvergadering van 11 oktober 1999
Mevrouw WaandersWij gaan ermee akkoord. Het is wel zo dat
de SP-fractie het initiatief heeft genomen tot de interpel
latie en een tekst heeft voorgelegd waarvan een grote meer
derheid heeft gezegd, zo niet de hele raad, dat zij het
daar mee eens zijn. Daar moet ook recht aan worden gedaan.
Als wij nu vanavond besluiten dat de strekking overeind
blijft en het college legt vervolgens een brief voor waarin
die nuanceringen, zoals de heer Krol ze ook noemt, zijn
verwoord. Dat lijkt mij nog een hele klus, maar dat wachten
wij af. Wij vinden dit prima, wij geven het college de ge
legenheid om die brief op te stellen. Maar wel met inacht
neming van het besluit van de raad over de strekking van de
tekst die nu voorligt.
De heer Van Mourik: Ik heb mijn mening al gegeven. Ik kan
mij vinden in het voorstel van het college.
De heer P. de Jong: Je kunt alle moraliteiten bedenken, je
kunt theoretisch zelfs nog bedenken dat wij vanavond een
besluit nemen over de strekking en dat wij volgende week
een besluit nemen over de brief van het college. Het gaat
ons om de strekking van de motie. Daarvan heb ik gezegd,
die vinden wij prima. Als het college zegt dat zij toch
even een weekje tijd wil hebben om daar nog nuancering in
aan te brengen, dan ben ik uiteindelijk met de heer Krol
eens, dat je zegt dat dan de nuanceringen, zoals die van
avond door de diverse fracties in de raad zijn gemaakt,
meegenomen moeten worden.
De heer Roekiman: De meest elegante manier van het voorstel
van het college is om in ieder geval aan te geven dat zij
het met de strekking eens is en nog met een nadere formule
ring te komen op schrift. Dat wordt nog eens voorgelegd aan
de raad. Wij kunnen hiermee akkoord gaan.
De heer Jacobse: Ik heb aan het begin van de vergadering al
gezegd dat ik het een verstandig besluit vind om dit vol
gende week te doen.
Mevrouw T. de Haan: Wij kunnen ons hier ook in vinden, al
leen hoop ik niet dat de wethouder dan komt met 'mits',
want dat vind ik wel heel jammer en dat zou een stuk teniet
doen aan wat de SP-fractie heeft neergelegd.
De Voorzitter: Mag ik namens de raad vaststellen dat wij
met de strekking van de interpellatie akkoord gaan, dat af
Blad 41
Verslag van de raadsvergadering van 11 oktober 1999
hankelijk van de argumentatie die wij gebruiken in een con
cept-brief naar de overheid, waar nuances in voor kunnen
komen, eenieder vrij is om daar nog zijn zegje over te doen
de komende raadsvergadering, die wij zouden besteden aan
het MOP.
De heer BoorsmaIk kan mij natuurlijk best voorstellen dat
het college de eer aan zichzelf wil houden in deze, maar
het is natuurlijk wel zo dat wij, de reacties gehoord heb
bende, weinig keus hebben. Ik stel er wel tegenover dat er
volgens ons niks op tegen is om deze interpellatie te steu
nen en vervolgens dan alsnog de afweging te maken, als die
brief er ligt en die te steunen, ja of nee.
De Voorzitter: Wij zijn het volstrekt met elkaar eens,
mijnheer Boorsma, het politieke spel is dat u namens de SP-
fractie het voorstel heb gedaan tot een interpellatie. De
strekking accepteren wij allemaal, met kanttekeningen af
hankelijk van de brief van het college in concept met argu
mentatie. Wij hechten daaraan om dat genuanceerd op papier
te zetten, gehoord hebbende ook deze vergadering, dat wij
er dan op terug komen. Maar het is geheel aan u, uw inter
pellatie is in strekking akkoord bevonden.
De vergadering is gesloten, ik wens u wel thuis.
De Voorzitter sluit om 22.20 uur de vergadering.