Blad 8 Verslag van de raadsvergadering van 11 oktober 1999 Ten eerste is de oplevering formeel nog niet geweest en er zal terdege worden gekeken of het werk wat is uitgevoerd ook de gewenste kwaliteit heeft. Ik weet bijvoorbeeld nu ook al dat in de aanloop naar november alle natuurstenen banden waar een stuk af is zullen worden vervangen. Dat is allemaal nog voor de verantwoordelijkheid van de aannemer. Ik denk ook dat het goed is dat op het moment dat die ople vering heeft plaatsgevonden ik de commissie daarover infor meer op welke manier dat is gebeurd en wat in grote lijnen de uitkomst is. Wij moeten ons denk ik niet met de opleve ring zelf gaan bezig houden, maar ik denk dat het wel goed is dat de commissie daarover wordt geïnformeerd. Het tweede punt is wat lastiger, dat is de wijze waarop de aannemer werkt. Wij hebben een contract en er wordt terdege toezicht gehouden, ik weet dat een aantal mensen voortdu rend rondloopt, dat er veel gesprekken zijn. Ik kan zeggen dat wij voor de volgende fase misschien nog de wijze waarop het werk wordt uitgevoerd en waarop de straat erbij ligt tijdens de uitvoering moeten aanscherpen. Ik neem die op merking ter harte. De heer Feddema: Het is al weer enige tijd geleden, name lijk in het vroege voorjaar, dat ik namens de VVD-fractie aandacht vroeg voor de vele grote en middelgrote infra structurele werken die in 1999 een aanvang zouden nemen. Ik heb toen ook gewezen op de vaak voorkomende overlappingen in de tijd, de krappe planning en/of combinaties hiervan. Lange tijd achtereen was het vooral vanuit Leeuwarden-Oost en de binnenstad en ook nog andere delen, u weet en kent ze allemaal, één grote zandbak. Onze zorg was en is vooral de bereikbaarheid van en naar Leeuwarden en vooral ook naar de bedrijvigheid die in die gebieden zit. Geloof mij, ik kan over dat laatste meepraten. Ook in de Commissie Stadsont wikkeling heb ik de afgelopen maanden regelmatig signalen gegeven of vragen gesteld over dit onderwerp. Ik kan mij voorstellen dat als u heel simpel en snel van mij af wilt zijn dat u zegt, kom er maar opnieuw mee naar de Commissie Stadsontwikkeling. Maar ik denk, bijna aan het eind van dit bouwseizoen, dat u en velen met mij het er over eens zijn dat deze planning wat te krap was en daardoor voor veel overlast heeft gezorgd. Wetende dat de planning voor 2000 dezelfde strakke opbouw kent, vraag ik u nogmaals, en voor al voor 2000 en verder, iets meer rekening te houden met de uitloop, de tegenslag en vooral ook de weersomstandigheden die daarmee te maken hebben, zodat dit soort ongewenste ef fecten voor de economie zoveel mogelijk voorkomen kunnen worden Blad 9 Verslag van de raadsvergadering van 11 oktober 1999 De heer Bilker (weth.): Wij kennen de heer Feddema als een ijverig en achtenswaardig raadslid, maar nu stelt hij toch een vraag die naar de bekende weg leidtDe eerste opmer king is terecht, hij heeft aan het begin van het seizoen deze vraag ook gesteld. Toen hebben wij (college Den Oud sten en ik) een planningsoverzicht laten maken en dat ook in de commissie aan de orde gesteld. Ik heb het hier voor mij, het is gedateerd 16 juli 1999. Dat is precies de plan ning die nu uitgevoerd wordt. De raad heeft daar toen over kunnen spreken. Die planning wordt inderdaad gehaald, dat vind ik op zich al heel knap. In feite zegt de heer Feddema nu weer hetzelfde: weer zo iets in de commissie en dan moet het zo zijn dat we het goed plannen, zodat er zo weinig mogelijk overlast is. Toch zou ik niet graag willen dat we de zaak vertragen. Dat zegt hij ook niet. Ik zou ook niet graag willen dat de voorstel len die wij allemaal in de Commissie Stadsontwikkeling heb ben gehad, riolering, minirotondes, herinrichting, noemt u maar op, nu in de een of andere vorm gaan vertragen, want dan blijft het natuurlijk opeenhopen. Met andere woorden, de methodiek van de planning die wij nu hanteren komt telkens in de commissie en daar kunt u exact aangeven hoe u het zich gewenst had. Het is dus inderdaad aan de raad zelf. (De heer Feddema.: Ik wil hier nog één op merking over maken. U kunt toch kijken naar de planning voor volgend jaar om daar in ieder geval de spanning in tijd uit te halen?) Punt 3 De verslagen van de raadsvergaderingen van 14 juni 1999 en 12 juli 1999 worden ongewijzigd vastgesteld. Punt 4 Rondgezonden mededelingen Sub A, B, C, D en E. Deze brieven en uitspraken worden voor kennisgeving aange nomen Sub F. Adressante wordt bericht overeenkomstig de ter inzage ge legde concept-brief.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1999 | | pagina 5