Blad 18 Verslag van de raadsvergadering van 15 mei 2000 Ik kom bij de opmerkingen van de heer De Beer. In de commissie merkte hij op, en hij onderstreept het hier nog eens, nu dit is aangenomen, moeten we dat compact in een verhaal in de toekomstige communicatie verwoorden. Dat heb ik in de commissie toegezegd. Nu het beleidsplan, zoals het er naar uitziet, wordt aangenomen, kunnen we dat uitvoeren. U ziet het begin van zo'n compacte folder op bladzijde 1 en 2 van de nota staan met zo'n begrippenlijst. Zo stellen wij ons dat voor. Dan kom ik bij de twee concrete opmerkingen van de heren Drewel en Sluiter over de Emmakade, over de hoogte van de schepen. Er is nu inderdaad één procedure, dat is een bezwaarprocedure. Ten eerste moeten we die procedure formeel afwachten. Een tweede opmerking die ik daarover zou willen maken is dat het beleid gericht is om criteria voor ligplaatsentoe wijzing te hebben. Dat gaat inderdaad, dat wordt vanavond ook vastgesteld, over de lengte en de breedte. Dus in directe zin niet over de hoogte. De kwestie als zodanig is bekend. Ik kan me hier overigens wel iets bij voorstellen. Maar het college wil dan ook de hoogte betrekken bij de aan te wijzen ligplaats. Dat wil zeggen, als er een verzoek komt van een schip, moet er niet alleen worden gekeken naar lengte en breedte, daar zijn criteria voor, maar we gaan ook de hoogte erbij betrekken. Dat heb ik overigens ook in de commissie gezegd. Dan moet je dat - daar gaat het om - in relatie met de omgeving bekijken. Dus is het niet een generieke maatregel van dat is de maximale hoogte, dat kan niet. Het hangt ook van het type schip af. We kijken echt in relatie met de toe te wijzen plaats. Met andere woorden we studeren op een oplossing. De heer Drewel vraagt naar de resultaten in de commissie. Als deze kwestie een oplossing heeft, zal ik daar melding van maken. De heer De Jong heeft het gehad over gelijkwaardigheid en de kwaliteit van de ligplaatsen en de voorzieningen en een bepaalde mate van welstand. Ik denk dat al de elementen die hij noemt, verwoordt zijn in deze beleidsnota. Wij gaan uit van gelijkwaardigheid. De heer Sluiter heeft het aspect naar voren gehaald van het welstandstoezicht en acht dat positief, maar komt dan met het voorbeeld van wat op de wal wel eens kan plaatsvinden en het beruchte fietsenhok. Het experiment was op de HarlingertrekwegWij hebben inmiddels op de Harlingertrek- weg een nieuw ontwerp laten neerzetten. Het is uiteraard de bedoeling dat deze getoetst wordt bij Hüs en Hiem. Daar zal het vanaf hangen of het experiment voortgang vindt. We zijn, zoals u weet, verplicht om iets aan te bieden. Het hoeft niet, als er geen vraag naar is, gebeurt het ui Blad 19 Verslag van de raadsvergadering van 15 mei 2000 teraard niet. Maar we zijn verplicht om een dergelijke voorziening te treffen tegen een acceptabele huurprijs. Er staat maximaal f 25,- per maand. De heer Roekiman heeft een technisch voorbehoud in de commissie gemaakt en heeft gezegd dat zijn fractie nu akkoord is. Mevrouw Inberg heeft met name gesproken over Schenken schans. Ruimte genoeg zegt mevrouw Inberg. Dat is het probleem ook niet. U weet vanuit de historie waarom daar een uitsterfbeleid is toegepast. De raad heeft nu net een contract afgesloten, waarin over verlenging wordt gespro ken. Als wij dat nu zouden beëindigen, dan zou ik niet in willen staan voor wat ons dat eventueel zou gaan kosten. De omstandigheden zijn op dit moment niet van dien aard om op dat beleid terug te keren. Mevrouw Inberg vraagt naar handhaving in het buitengebied. Dat is een taak overgenomen van de provincie. Daar hebben wij op dit moment absoluut geen echte dienst voor. Dat betekent als er excessen zijn, dan zouden we kunnen overwe gen om in die uitzonderlijke gevallen handhaving in te zetten Dan is er de kwestie van de riolering, waar het college het niet eens is met mevrouw Inberg. Wij hebben het beleid, dat wanneer er - dat is recentelijk gebeurd aan de Emmakade - rioleringswerkzaamheden worden toegepast, dat we dan een aansluiting verzorgen, althans de mogelijkheid tot aanslui ting van riolering op schepen aanbieden. Men kan zelf een keuze maken, ook wat de tanks betreft. Ik zou niet graag septictanks willen voorschrijven. Dat is overigens ook een grote investering, maar dat is wel voor rekening van de scheepsbewoners zelf. Kortom, wij zullen met het beleid van de rioleringswerk zaamheden, zoals ook in het rioleringsplan is vastgesteld, voortgaan Mevrouw Inberg: Ik vind het heel spijtig dat de heer Bilker ons niet enige tijd gunt om toch een ander systeem, ook een milieubewust systeem, te onderzoeken. Er zijn systemen waardoor heel schoon op het oppervlaktewater kan worden geloosd, zodat het ook niet zo is dat schepen buiten de gemeente Leeuwarden hun vervuilde water in de vaart laten lopen. Het zou een pluspunt voor het milieu zijn, wanneer u die systemen een kans zou geven. Het zou een geweldig pilotproject voor Leeuwarden zijn om naar buiten toe hiermee te starten. Ik vind het wat een gemiste kans. Ik snap de haast ook niet. Zoals ik al gezegd heb, zijn er helemaal geen zware sancties wanneer men schepen niet op korte termijn aansluit op de riolering. Ik zou nogmaals

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 2000 | | pagina 10