Blad 46
Verslag van de raadsvergadering van 13 juni 2000
De samenleving verhardt. Dat geldt voor het bedrijfsleven,
de tv, de zorg, de overheid en de burger zelf. Slechts wei
nigen weten zich aan dit verschijnsel te onttrekken. Het
lijkt wel alsof alleen het eigenbelang op de korte termijn
maatgevend is. En de één wil niet onderdoen voor de ander.
Wij willen ons het komende jaar met name richten op het
stimuleren van die kant van het leven waar het niet om
geld, roem of macht gaat. En zoals u van ons mag verwachten
zullen we daarbij heilige huisjes niet onbesproken laten.
Zoals altijd zal onze leidraad daarbij zijn "wat ge niet
wilt dat u geschiedt, doet dat ook een ander niet"
De heer Boorsma: Voorzitterer zijn voor het begin van de
behandeling van deze Perspectiefnota door enkele mensen in
deze raad wat opmerkingen gemaakt over de procedure met be
trekking tot de spreektijd. Ik ben helemaal niet verbaasd
over de gang van zaken vandaag. Dit is de derde keer dat
onze fractie te maken heeft met de Perspectiefnota en alle
drie de keren is er nog sprake geweest van het overschrij
den van de spreektijd.
Er zal voor de gemeente de komende tijd een andere rol weg
gelegd worden: pro-actief, initiërend en stimulerend zijn
de kernwoorden die de laatste jaren worden gehanteerd. Dit
vereist veel van de ambtelijke organisatie. Terwijl de be
leidsontwikkelingen alsmaar doorgaan, vervaagt de aandacht
voor het gemeentelijke personeel, dat de ontwikkelingen
concreet op moet pakken. Onlangs konden we in de kranten
lezen dat gemeenten problemen ondervinden met het aantrek
ken van nieuw personeel. Op zich niet verbazingwekkend, ge
zien de landelijke ontwikkelingen op de arbeidsmarkt, waar
het vinden van geschikt personeel steeds moeilijker wordt.
Des te meer een reden om uitermate zorgvuldig om te gaan
met het huidige, maar zeker ook met het nieuw aan te trek
ken personeel. Terecht stelt de Ondernemingsraad dat de ge
meente als werkgever aantrekkelijk moet zijn en blijven en
vraagt om een personeelsnotaHoe staat het college tegen
over de vragen en opmerkingen van de OR als het gaat om de
nieuwe beleidsontwikkelingen in relatie tot het personeels
beleid; en dan vooral de zorg die de OR hierover uit
spreekt?
Wij hebben vraagtekens en twijfels bij de haalbaarheid van
de ambities van het college. Het is de SP te cru gesteld
om, zoals op blz. 12 te lezen is: dat het 'eerder regel dan
uitzondering is dat anderen dan de gemeentelijke overheid
de hoofdrol vervullen'Evenals het op afstand zetten van
diensten de laatste jaren meer als doel dan als middel
wordt gepresenteerd, betekent dit volgens ons een verdere
kloof tussen beleidsmakers en de burgers. De bestuurlijke
helderheid, die zou moeten worden nagestreefd, verandert
Blad 47
Verslag van de raadsvergadering van 13 juni 2000
voor de inwoners van de gemeente zo in troebel water, waar
in het heel moeilijk is iets te vangen. Voor ons zijn ge
noemde zaken helemaal niet zo vanzelfsprekend als ze in de
Perspectiefnota worden gepresenteerd, maar we willen per
onderdeel bekijken of er een meerwaarde voor zulke ontwik
kelingen is. Woorden als 'wisselende samenwerkingsverban
den' en 'netwerkorganisatie' als titel voor de zgn. 'be-
leidsclub' doet ons vrezen voor een nog grotere kloof tus
sen politiek en burger. We vragen ons echt af in hoeverre
de gemeenteraad van Leeuwarden dit wil.
Gevolg van de voorgenomen ambities is het ontwikkelen van
vele uitvoeringstrajecten. Vooral de Commissie Stadsontwik
keling heeft in deze beleidsperiode overuren gemaakt en er
wordt geklaagd over hoge werkdruk. Zeker voor kleine frac
ties is dit een probleem. Het komt de besluitvorming niet
ten goede. En ook de burgers, vooral in de stad, worden
niet ontzien. Een concreet voorbeeld is de wellicht te
voortvarende manier waarop de gemeente op dit moment bezig
is met vele projecten ten aanzien van de wegen in de stad.
Ambulances, brandweer en zelfs taxi's klagen steen en been
over de bereikbaarheid in de stad. De vraag dient gesteld
te worden of het persé nodig is om alle ambities zo snel
mogelijk te willen realiseren, of dat het verstandiger zou
zijn om eerst alles eens rustig op een rijtje te zetten en
een pas op de plaats te maken. Voorzitter, mijn fractie
pleit voor het laatste en acht temporiseren van de in gang
te zetten projecten op zijn plaats, tenzij het gaat om echt
dringend noodzakelijk uit te voeren beleid.
Naast twijfel over de weg die het college is ingeslagen als
het gaat om de positie van de politiek, waar ik het zonet
over heb gehad, hebben we ook ernstige twijfels over de ma
nier waarop het college, gedekt door een meerderheid in de
raad, het afgelopen jaar tot besluiten is gekomen in rela
tie tot de wensen van de Leeuwarder burgers. Dit valt het
best te typeren aan de hand van een aantal concrete voor
beelden:
1. Het college en een meerderheid van de raad wenste wo
ningbouw in het Bullepolder gebied. Bewoners van o.a.
Lekkum en Vrijheidswijk-oost en milieugroeperingen kwa
men hiertegen in verzet. Woningbouw in dat gebied is en
was op z'n zachtst gezegd dubieus, maar gaat ondanks
breed protest gewoon door.
2. Het aanzicht van de Leeuwarder binnenstad verandert
drastisch. Alom verzet kregen plannen voor woontorens
naast de Prinsentuin en het weghalen van de hekken op de
Nieuwestad. De politiek heeft het aangehoord en vervol
gens de plannen doorgezet.
3. De Stedelijke Vernieuwing heeft in de Vegelinbuurt de
sloopkogel rijkelijk omarmd. De bewoners zijn goed geor
ganiseerd en komen met een prima alternatief. Het colle-