Blad 84 Verslag van de raadsvergadering van 13 juni 2000 daarom wordt er op dit moment ook met de verschillende dis ciplines gesproken om deze nota in de steigers te zetten. Mevrouw De Haan heeft een opmerking gemaakt over de euro, er is toch nog één aspect dat ik daarbij even wil aanvul len. De draaiboeken zijn op dit moment in voorbereiding en wij hebben toegezegd dat die draaiboeken in de commissie aan de orde zullen komen en dat daar precies de financiële vertaling voor geldt. Overigens heeft de heer Stoker gezegd dat er al weer een extern persoon komt bij de euro. Dat is niet waar, dat mis verstand moeten wij direct de wereld uit helpen, dat is de interne projectleider. Wonen en stedelijke vernieuwing Mevrouw Waanders, de heer Krol, mevrouw Inberg en de heer Boorsma hebben opmerkingen geplaatst omtrent stedelijke vernieuwing, de communicatie, de inspraak en wat is wanneer het juiste moment en wat kan precies naar burgers worden verteld over wat hun invloed is. Ten eerste, zeg ik ook altijd, is stedelijke vernieuwing echt een nieuw proces in den lande, dus wij moeten het al lemaal met elkaar leren. Wij hebben ook landelijk overleg over hoe iedereen dat nu doet Ten tweede stellen wij ook inderdaad bij Achter de Hoven/ Vegelin vast dat er toch momenten zijn geweest waarop wij het anders hadden moeten inrichten. Ten derde stel ik ook vast dat bij een project als Achter de Hoven/Vegelin, maar dat zal ook zeker gelden voor de Noordrand, er altijd momenten zullen zijn waarop het draag vlak creëren, natuurlijk ten aanzien van een heel specifiek gebied als het gaat over sloop, heel moeilijk zal zijn, om dat, laten wij dat helder zeggen, mensen niet mee inspreken over exacte sloop van hun woning, dat is een heel lastig traject. Daarom is het ook zo dat Achter de Hoven/Vegelin, dat de Noordrand, in zijn totaliteit bekeken moet worden en dat elke keer ingegaan moet worden op concrete uitvoering. (Mevrouw Waanders: De opmerkingen die wij hierover gemaakt hebben waren in ieder geval niet bedoeld ais verwijt, mocht de wethouder dat zo opvatten dan is dat niet zo. Wij hebben ook heel goed naar onze eigen opstelling daarin gekeken. Juist de argumenten die de wethouder zelf aanhaalthet is een heel langdurig traject, dat ook tussentijds besluitvor mingsmomenten kent, dat maakt het juist noodzakelijk om aan het begin van zo'n proces zo goed mogelijk aan te geven waar de momenten van inspraak zitten en om welke mate van inspraak het gaat. Dus meteen aan het begin van het proces zoveel mogelijk duidelijkheid. Dan zal het nog wel een keer misgaan en dan zullen er nog teleurstellingen voorkomen bij burgers, dat valt niet te vermijden, dat heb ik in mijn eerste termijn ook genoemd. Maar het gaat om duidelij kheid in een zo vroeg mogelijk stadium.Ik heb het ook absoluut niet opgeval als verwijt. Het is een proces dat wij met el Blad 85 Verslag van de raadsvergadering van 13 juni 2000 kaar beleven en wij moeten ook met elkaar voortdurend die momenten vaststellen van wat hebben wij nu fout gedaan en wat moeten wij daarin verbeteren. Dat brengt mij op de laatste opmerking hieromtrent, dat wij voor de Noordrand ook specifiek een notitie voorbereiden voor communicatie, waar kan informatie worden gegeven - want het is eigenlijk voor 50% informatie - waar is precies het moment voor burgers wanneer er gesproken kan worden over wat hun invloed is. Ten derde is natuurlijk ook heel belangrijk de inspraak zelf, maar die procedures liggen in het algemeen wel vast. De heer Krol heeft nadrukkelijk gezegd het tempo opvoeren en het sociale aspect. Het tempo opvoeren hangt van een he leboel factoren af, het hangt met name ook af van de part ners waar wij de Stedelijke Vernieuwing mee voorbereiden. Het is niet meer zo dat zo'n project door één partij wordt voorbereid, daar hebben wij met z'n allen mee te maken. Het sociale aspect kan ik mij bij voorstellen dat daar nu, nadat wij veel gesproken hebben over de stenen, het fysie ke, natuurlijk ook de andere kwesties concreter aan bod ko men. Dan hebben wij het over de buurtschool; dan hebben wij het over werkgelegenheid, denk maar aan maatwerk in Heech- terp bijvoorbeeld; wij hebben het over portiekgesprekken of althans een afgeleide daarvan; wij hebben het over verhuis- bewegingen en het begeleidingsproces daarbij; wij hebben het over opbouwwerk en wij hebben het natuurlijk ook over allochtonen, ik kom daar zo nog eventjes op terug. Maar het lijkt mij niet dat wij dat sociale aspect nu weer in een aparte notitie moeten verwoorden, want wij hebben nu net de stedelijke visie, de stedelijke ontwikkeling wat Achter de Hoven betreft in de commissie gehad en volgende week in de raad; de Noordrand wordt nu voorbereid. Dus gaat het er om dat je in de uitwerkingsnotitie, nadat je de ste nen - het fysieke - hebt gehad, juist veel meer naar andere aspecten kunt overgaan. Dat sluit ook aan bij de opmerkingen van mevrouw Uiterwijk Winkel over huisvesting van bijvoorbeeld de sociale minima in Vegelin. Er wordt, ik hecht er aan om dat te zeggen, net als bij Hooidollen/Jokse een maatwerkpakket gezet op her huisvesting. Natuurlijk wordt de financiële positie daarbij betrokken, daar mag geen onduidelijkheid over bestaan. Bij Vegelin is dan nog een hele specifieke kwestie, dat is dat er goedkope koopwoningen zijn en dat er toch een aantal mensen bijstandsniveau hebben. Deze specifieke knelpunten moeten dan ook absoluut individueel worden bekeken. Ik heb dat ook toegezegd in de commissie. Dan is de heer Jacobse heel erg ingegaan op Vegelinbewoners en daar heeft hij een opmerking geplaatst van: dat zien wij dan wel weer, zo redeneert het college, als de subsidie maar veilig is gesteld. Dit is niet eens een simplificatie, dit is een valse voorstelling van zaken en dit is ook abso-

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 2000 | | pagina 43