Blad 16 Verslag van de raadsvergadering van 19 en 28 juni 2000 wordt in de raad en het uitwerken van strategische doel stellingen doe je niet even op een achternamiddag. Daarvoor zijn de problemen te complex, de belangen te divers en soms tegenstrijdig. De financiële middelen zijn in de regel niet toereikend. Stedelijke vernieuwing is een zaak van lange adem, geen rondje hardlopen, maar een marathon. Een zorg vuldige voorbereiding is zeker op zijn plaats. Stedelijke vernieuwing vereist ook een integrale aanpak, het gaat om het creëren en verbeteren van een aantal primaire levens functies: wonen, werken en recreëren in onze stad. Daar zijn de omgevingsfactoren van cruciaal belang. Hoe veilig zijn de wijken? Wat is het voorzieningenniveau? Is er vol doende groen? Zijn de straten schoon? Zijn er voldoende speelgelegenheden? Enfin, de doelstellingen van een Grote Steden Beleid in een notendop. Er is inmiddels sinds 1998 veel gebeurd op het terrein van Ruimtelijke Ordening en Volkshuisvesting. Wij hebben uitbreidingsgebieden gekregen of die zijn in ontwikkeling, nu de achterstandsgebieden nog. Wij hebben daarvoor een kadernota "Stedelijke vernieu wing" in december 1999 vastgesteld, dat was de tweede stap. We werken van grof naar detail, van beleid naar uitvoering. Nu het plan Achter de Hoven/Vegelin, kortom het schip ligt op koers, wij zijn de haven uit, de gemeente heeft de regie en voor de raad geldt: schipper houd je roer recht. De kunst is met z'n allen de vaart erin te houden, de raad aan het roer, maar wij moeten niet vergeten dat er meer mensen in de machinekamer staan en medeverantwoordelijk zijn voor de snelheid van het schip van Stedelijke vernieuwing. Een andere thema is de veranderingen op het terrein van het Volkshuisvesting, ik heb het wel eens eerder genoemd, de welvaart kent ook zijn keerzijde. De burger vraagt meer kwaliteit op het gebied van wonen, de verandering van huur naar koop zal nog even doorzetten, maar ook voor bestaande koopwoningen geldt: is er over pakweg 15 a 20 jaar nog markt voor. Volkshuisvesting is sterk in beweging. De nota van Heerma van 1990 is grotendeels uitgewerkt. De Staatsse cretaris van Volkshuisvesting heeft inmiddels een concept nota Wonen laten zien, waarin nieuwe instrumenten worden aangekondigd. Welke precies de effecten zullen zijn voor de Leeuwarden situatie is nog moeilijk te voorspellen. Maar dat de trend naar kwaliteitswoningen steeds voortzet, is duidelijk. Vraagprijzen en betaalde prijzen spreken daar boekdelen van. De markt dicteert en kopen is in. Dat geeft verplichtingen voor de locale overheid om zorg te dragen voor een volwaardige huisvesting voor de minst en minder draagkrachtige in onze samenleving, daarvoor zijn betaalba re en kwalitatieve woningen noodzakelijk, huur en koop. Wij hopen in ieder geval dat het instrument van subsidie voor goedkope woningen in de achterstandsgebieden, en dus ook in Achter de Hoven, ruim kan worden ingezet. Blad 17 Verslag van de raadsvergadering van 19 en 28 juni 2000 Een andere verandering op het terrein van het Volkshuisves ting is de nieuwe rol van de corporaties. Zij krijgen meer armslag, meer ruimte, mogen zich ook begeven buiten het huisvesten van de primaire doelgroep. Ook de rol van de gemeente is hierdoor veranderd, iedere participant heeft zijn eigen verantwoordelijkheid en bevoegdheid, de rol van de gemeente is regisseren. Ook een veranderende rol en in de discussie blijkt dat dit nog niet tot eenieder doorge drongen is. Maar de gemeente is ook uitvoerder en dus be langhebbende in het proces en dat leidt soms tot spannin gen. Voor zover dat zakelijke spanningen zijn, is dat ge zond. De liberalisatie van de regelgeving voor de corpora ties heeft een schaduwkanten. De gemeente heeft het niet alleen voor het zeggen, de gemeente zal ook uitkomsten moe ten accepteren, samenwerking en consensus over de gemeen schappelijke doelen zijn essentieel, dat is even wennen voor de gemeente, voor de raad en niet te vergeten voor de burgers, die het allemaal aangaat en die direct de gevolgen van het beleid ondervinden. Ik kom nog op een ander algemeen thema en dat is de publie ke private samenwerkingsvormen, die in de toekomst ook steeds meer gestalte zullen krijgen, ook in het proces van de stedelijke vernieuwing. Participanten in een ontwikke lingsmaatschappij zullen risicodragend kapitaal moeten in brengen. In den lande liggen een aantal voorbeelden, dat tot succes heeft geleidt, dat stelt hoge eisen aan samen werking en samenwerkingsvormen. Dat stelt ook andere eisen aan de ambtelijke organisatie, die tot nu toe opereerde vanuit en kaderstellende regelgeving. Voor PPS-vormen kun nen geen standaard formules worden toegepast. Als de ge meente PPS-constructies toepast, moet wel helder zijn wat de stedenbouwkundige uitgangspunten zijn. We moeten weten wat we willen bereiken, de doelen moeten helder zijn, maar ook financieel haalbaar, voor zover dat in een visie op een structuurplan mogelijk is. Ook moet het duidelijk zijn wat je soms beslist niet wilt. Buitengewoon essentieel in de volgende fase in het ontwerpen van de stedenbouwkundige uitgangspunten voor dit gebied. We zullen afwachten in hoe verre de resultaten van de wijkontwikkelingsmaatschappij voor Achter de Hoven succesvol zijn, in tijd, kwaliteit en in geld. Voorzitter, dan ik kom bij het thema communicatie. Dat is een thema waar al heel veel over gesproken is. Wij werken met open planprocedures, zoals dat tegenwoordig heet. Wij gebruiken ook de termen van participatie, inspraak, hea rings, overleg, etc. Het onderscheid is soms subtiel soms heel duidelijk te onderscheiden. Op dit punt laat de poli tiek het vaak afweten, in elk geval is het de burger zeker niet duidelijk. Wij bedoelen het met z'n allen goed. De inzet hiervan is de bewoners, bedrijven, alle belanghebben den in een vroegtijdig draagvlak te betrekken. Draagvlak,

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 2000 | | pagina 9