Blad 12
Verslag van de raadsvergadering van 16 oktober 2000
komst sluit, wat de gevolgen zijn op het moment dat je
bepaalde dingen niet haalt.
De antwoorden als: we gaan ervan uit dat we de doelstelling
halen e.d., kunnen we eigenlijk niet mee volstaan.
Ook de verplichting uit het Giha, terecht zegt u: op het
moment dat we deze overeenkomst niet halen dan zitten we
aan het Giha. Ons inziens ligt dat toch even iets anders.
Ook om een andere reden is dat antwoord interessant, omdat
uit de raadsbrief blijkt dat met inzet van een kraakpersau-
to, de hoeveelheid aanzienlijk toeneemt, maar dat inmiddels
de subsidie over die kraakpersauto is afgebouwd. Dat bete
kent dat papier inzamelen met behulp van die auto nog 4
cent oplevert, uitgaande van 10 cent subsidie. In uw raads
brief staat dat het bij 4 cent netto voor de verenigingen
minder interessant wordt en dat men ook minder goed in
staat is om vrijwilligers daarvoor op pad te krijgen.
Er is dus alle reden om daar toch nog eens even heel duide
lijk antwoord op te krijgen. Wat gebeurt er op het moment
dat wij die doelstelling qua hoeveelheid niet behalen?
Mevrouw Hafkamp (weth.)Zoals u wellicht weet is er in de
commissie uitgebreid gesproken over dit probleem, wat een
probleem zou kunnen worden als het gaat om onvoldoende
vrijwilligers. Dat is door meerdere fracties ook aange
kaart. Daar ben je toch afhankelijk van. Toen heb ik ook
geantwoord in de commissie: het mes snijdt aan twee kanten.
Vrijwilligersorganisaties hebben er ook belang bij als zij
het oud papier wel inzamelen, de opbrengsten zijn voor hen.
Het klopt wat de heer Jacobse stelt, die kraakpersauto dat
kost ook weer geld. De realiteit heeft echter wel uitgewe
zen dat dat ook weer helpt om meer papier op te halen.
De eerste opmerking iswat te doen als het niet gehaald
wordt. Ja, dan heeft dit financiële consequenties, zoals u
in de nota ook heeft kunnen lezen.
De heer Krol: Ik weet verenigingen die zeggen: op het mo
ment dat die kraakpersauto betaald moet worden, is het
nettoresultaat voor verenigingen niet hoog en zie je dat de
animo terugloopt. Zou daar niet wat aan kunnen worden ge
daan, door bijvoorbeeld die auto minder duur te maken.
Mevrouw Hafkamp (weth.): Als wij die auto minder duur ma
ken, betekent dit dat het financiële verhaal er weer heel
anders uit komt te zien.
Ik vraag me af of dat tegen elkaar op weegt, ik kan er nu
geen antwoord op geven. Die berekening kan ik nu niet één,
twee, drie aan u leveren.
