Blad 26 Verslag van de raadsvergadering van 13 november 2000 dan ook van mening dat de gevraagde evaluatie er snel moet komen. Vanwege de verschillende rollen, die partijen in de ze kwestie hebben, is een onafhankelijke evaluatie dringend gewenst. Om deze reden steunen wij de motie die zojuist door de heer Jacobse is ingediend. Tenslotte nog enkele woorden over de begroting zelf. In de begroting zijn de moties, die bij Perspectief aangenomen zijn, verwerkt. Met sommige moties waren wij het niet eens, maar er was een raadsmeerderheid, dus er is geen reden om daar nu opnieuw op in te gaan. Wel wil ik hier nog opmerken dat was toegezegd dat de begroting een duidelijk overzicht zou bevatten van de wijze waarop de moties zijn verwerkt en uitgevoerd. Dit overzicht heb ik gemist. In de commissie heb ik namens mijn fractie aandacht ge vraagd voor de autorisatiefunctie van de begroting. In de memorie van antwoord wordt door het college nader op dit onderwerp ingegaan. Tevens hebben wij nog enige verduide lijking gekregen uit onze contacten met ambtenaren. Wij hebben wat moeite met de ruime machtiging die wij verstrek ken aan het college om te kunnen schuiven met begrotings posten. Inmiddels is ons wel meer duidelijk geworden over de achterliggende reden. De gekozen formulering heeft te maken met het feit dat de nieuwe begrotingssystematiek nog in ontwikkeling is, waardoor een eenduidige afspraak nog niet goed mogelijk is. Wij hebben daar op dit moment begrip voor, maar hebben voor de toekomst behoefte aan meer een duidigheid in de systematiek. Ook bij de bespreking van de Tussenrapportage in de Commis sie Bestuur en Middelen hebben wij al gesproken over de noodzaak om te komen tot een snellere ontwikkeling van ons bedrijfsvoeringinstrumentarium Ik beschouw dit punt als een onderdeel daarvan. Ik verzoek het college om ons via de commissie te informeren over de wijze waarop in de Begro ting 2002 omgegaan zal worden met het onderwerp autorise ring. Voor dit jaar kunnen we dan volstaan met de vaststel ling dat weliswaar de begrotingsposten aan de inputkant verschoven kunnen worden, maar dat de outputafspraken ge woon blijven bestaan! Voorzitter, tot slot wil ik mijn dank uitspreken aan de ambtelijke organisatie die zoveel tijd heeft gestoken in de voorbereiding van deze begroting en zoveel tijd zal steken in de uitvoering ervan. Zij verdienen daarvoor onze dank en ons respect. De heer Boorsma: Tijdens de begrotingsbehandeling in de commissie liet wethouder De Haan weten dat Me financiële positie op basis van de begroting en de meerjarenraming vergeleken met de positie van een aantal jaren geleden, een betere is' en dat Me gemeente op langere termijn in rela- Blad 27 Verslag van de raadsvergadering van 13 november 2000 tie tot de ambities structureel niet veel overhoudt'. Daar om bereidt het college zich volgens de wethouder voor op een ombuigingsronde om de ambities waar te maken. Als ik kijk naar de ambities in het Meerjaren Investerings Pro gramma, dan constateer ik dat er voor een aantal ambities inderdaad tekorten zijn. En niet zulke kleine ook! Stede lijke Vernieuwing Noordrand tekort van f 47 miljoen (ik kom daar zo meteen nog op terug), f 20,8 miljoen tekort in Ve- gelin/Achter de Hoven, terwijl daar financieel nota bene nog helemaal niets in tijd is uitgezet, Binnenstad Nieuwe Stad vanaf 2001 oplopend naar 2004 een miljoentje of 5 te kort en diverse malen hoop op oplossingen in PPS verband, waar mijn fractie niet principieel op tegen is, maar wat wel een uiterst wankele indicatie geeft voor de mogelijke financiële vertaling voor de gemeente. Als dit de ambities zijn waarvoor het college van plan is ombuigingen door te voeren, dan moet het van verdraaid goede huize komen om de SP-fractie achter zich te krijgen. Ik zou hier graag en toelichting op willen, welke ambities u zoal voor ogen heeft en waarom kondigt u nu al een ombuigingsronde aan, terwijl de raad zich daar tot nu toe nog helemaal niet over heeft uitgesproken? Zou het misschien niet zo kunnen zijn dat u de raad eerst de vraag voorlegt óf bepaalde ambities wel zo noodzakelijk zijn? Los daarvan hebben we om genoemde redenen op z'n zachtst gezegd twijfel bij deze zaken uit het MIP. Trouwens, indien de verkoop van de gemeentelijke aandelen niet had plaatsgevonden, had u nu wellicht struc tureel meer ruimte over gehouden en had het geklaag mis schien achterwege kunnen blijven. Voorzitter, nog een ambitie uit het MIP. HBO Kennisstad wordt f 3,5 miljoen gevraagd voor de kosten van aankoop van gronden en opstallen en een raming van de bijdrage van de gemeente in de huisvestingskosten van de te verplaatsten objecten. Nu deze passage zo openlijk in het MIP staat, stelt de SP-fractie de vraag of de kinderboerderij en de manege (want daar hebben we het over) wel zo staan te springen om verplaatst te worden. Kunt u, vooruitlopend op het haalbaarheidsonderzoek Kenniscampus Leeuwarden'aan geven of er reeds gesprekken zijn geweest en in hoeverre de bereidheid om te verkassen bij de genoemde instellingen aanwezig is? Mijn fractie heeft omtrent dit probleem in ie der geval nog geen definitief standpunt ingenomen. In het verlengde van de Kenniscampus ligt het beleid, of beter het ontbreken daarvan, ten aanzien van studenten in de stad. Bij Perspectief heeft mijn fractie daar ook al aandacht voor gevraagd, toen in het kader van de mogelijke sloop van goedkope studentenhuisvesting. Er wordt in de be groting voor 2001 zo'n f 370.000,- uitgetrokken voor stimu lering van het HBO-onderwijs en promotieactiviteiten Leeu warden HBO-stad. Met een Kenniscampus moet het aantal stu denten in de stad toenemen. Hier liggen kansen voor Leeu-

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 2000 | | pagina 14