Blad 44 Verslag van de raadsvergadering van 13 november 2000 De heer Den Oudsten (weth.): Er zijn twee punten overgeble ven die een antwoord behoeven, andere punten die een beetje op het snijvlak lagen van de heer Bilker en mij, heeft hij voor zijn rekening genomen. Allereerst de opmerking van mevrouw Uiterwijk Winkel over de zone tussen het spoor en de Julianalaan. Ik heb net even geverifieerd welke zone nu precies bedoeld wordt, want tus sen die twee uitersten ligt namelijk de hele wijk. Waar het hier om gaat is de visieontwikkeling van de spoorzone in relatie tot de plannen die ook het wijkcomité van de Hol landerwij k heeft. Om daar nu uitspraken over te doen, gaat mij wat ver. Volgende week dinsdag wordt er in de commissie gesproken over de plannen van de Hollanderwijk, met name over het weer open maken van de spoorsloot en allerlei ont wikkelingen, die nu gaande zijn, die dat mogelijk voor de toekomst zouden frustreren. In die zin wordt er al een uit gebreid politiek debat over gevoerd, op grond ook van een collegenotitie waarin staat, dat wij eigenlijk voorlopig geen mogelijkheden zien om aan zo'n plan mee te werken, om een aantal inhoudelijke redenen. Daar zullen wij nu niet op ingaan. Dat betekent dat volgende week die discussie er al is. Afhankelijk van de uitkomst van die discussie zouden wij moeten kijken of er een noodzaak bestaat om tot een vi sieontwikkeling voor het hele gebied te komen. Waarbij ik wel wil zeggen, dat als wij hier spreken met elkaar over het prioriteren van activiteiten, dan lijkt mij dit niet een activiteit die daarmee dan ook de hoogste prioriteit heeft. Maar dit even terzijde, dat is ook weer een politie ke afweging, die al of niet moet worden geaccordeerd door de raad. Een ander punt dat aan de orde is geweest, is de opmerking die de heer Boorsma maakt over het openbaar vervoer. Het plantje zal ik laten prijken op de collegetafel, zodat de collectieve verantwoordelijkheid ten aanzien van dit punt nog eens extra wordt benadrukt. Ik vind het een leuk ge baar. Ik denk ook dat het een punt is, wat hij terecht sig naleert, dat leeft bij een aantal mensen, met name in de wijken. Het is in die zin een beetje vervelend, dat wij een hele inspraakprocedure hebben gehad over het nieuwe sys teem, daar heeft bijvoorbeeld het wijkorgaan Bilgaard ook aan deelgenomen, dat ziet u ook in de memorie van antwoord terug. Pas later zijn die zaken teruggekomen en met name ook die zaken, die de heer Boorsma noemt, heb ik ook opge vangen. Er bestaat nog een mogelijkheid om daar op in te spreken, dat is bij de commissievergadering, waar dit ge heel politiek behandeld wordt. Ik neem aan dat hij dan ook alle kaartjes, die aan ons worden geadresseerd, meeneemt om eens te kijken hoe breed dit nu leeft onder de bevolking. Blad 45 Verslag van de raadsvergadering van 13 november 2000 De heer Brok (weth.): Met betrekking tot de portefeuille Grondzaken zijn er een aantal opmerkingen gemaakt. De gemeente voert de laatste jaren een pro-actief grondbe leid. Dat betekent in ieder geval dat de gemeente als zijn de actor in bijvoorbeeld de uitleggebieden, in relatie met andere partijen die daar actief in zijn, zich bewust moet zijn van de rol die men daar, maar ook in andere gebieden, moet spelen. Dit betekent, gezien de grote uitdagingen die voor ons liggen, dat in de nabije toekomst nog veel en van uit verschillende invalshoeken, gediscussieerd zal gaan worden, ook met de raad, van hoe wij ons verder in die dis cussies moeten positioneren, met uiteindelijk als doel om ons daar als marktpartij verder in op te stellen met de hoop dat wij daar - helemaal met de huidige economie - ook geld kunnen verdienen. De afgelopen jaren hebben wij gekozen als college om ons grondbeleid meer transparant te maken. Het college is be gonnen met het vervaardigen van een hercalculatie voor al lerlei gebieden en projecten zoals die daar zijn. Binnen kort doen wij een laatste hercalculatie voor de kleinere overige projecten zoals die er zijn in onze gemeente. Als wij dat hebben afgerond, hebben wij een totaalbeeld van al die projecten zoals die er zijn, uitmondend in een keer per jaar het opstellen van een egalisatienota, waarin ook pre cies transparant gemaakt wordt waar de risico's zijn en ook de positieve verwachtingen naar de toekomst toe. Dat moet jaarlijks terug komen. Vorig jaar hebben wij besloten in de raad dat daar een buffer in zit, een ruimte in zit, waar door wij ook vanuit die egalisatiereserve een kleine f 2 miljoen incidenteel terug kunnen laten stromen naar het SIOF. Het spreekt voor zich dat het college er naar streeft dat in de toekomst ook meer dan eens te laten voorvallen, sterker nog de raad heeft bij de Perspectiefnota besloten om vanaf 2004 structureel een bedrag van f 1 miljoen in te boeken vanuit het Grondbedrijf, dat moet terug vloeien naar de algemene middelen. Maar, zegt het college daarbij, en onlangs in de Commissie Stadsontwikkeling heeft de heer Drewel daar namens zijn fractie ook een hele beschouwing op losgelaten, dat was ook beleidsondersteunend, net als de opmerkingen van de heer Van Mourik, wij moeten wel waakzaam blijven en zorgen dat wij eerst het geld verdienen, alvo rens wij het uit gaan geven. Het college stelt zich nog steeds op het standpunt dat wij verder moeten blijven wer ken aan het nog transparanter maken van ons Grondbedrijf. Vervolgens moeten die egalisatiereserves jaarlijks terug komen en als er dan al sprake kan zijn van een afroming voor wat voor functie - wij hebben in het verleden al wel eens gediscussieerd met de raad over welke projecten, welke items dan prioriteit hebben - dan moet dat op dat moment plaatsvinden. De druk vanuit de organisatie, maar ook heel sterk vanuit de raad, om tussentijds gelden vanuit het Grondbedrijf te halen om interessante dingen mee te bekos-

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 2000 | | pagina 23