Blad 72
Verslag van de raadsvergadering van 13 november 2000
tair' gebruikt, maar ik heb meer gebruikt, ik heb meer over
beelden gesproken.
Naar aanleiding van de heer Boorsma, ik heb het woord
'trendbreuk' niet gebruikt, maar ik heb wel omschreven wat
het is, dat is die woningmarkt en de onderkant van de wo
ningmarkt om daar een trendbreuk in toe te passen. Ik heb
gezegd dat het over de hele woningmarkt gaat en ik heb het
woord 'samenhang' gebruikt, tenslotte het ik nog gebruikt
het woord 'complementair' (De heer Van Mourik: Ik denk dat
het daar juist om gaat. Ik denk dat nieuwbouw in de huidige
positie van Leeuwarden aan de buitenkant van de stad geen
aanvulling is, maar dat het gegeven onze positie en onze
ambities een doel op zich is. Dus die samenhang hoeft niet
per definitie aanwezig te zijn.) Ik denk dat in de grond
van de betogen wij het zeer met elkaar eens zijn, alleen
wij moeten toch trachten integrale aanpak, samenhang aan te
brengen, daar gaat het mij wel om. (De heer Krol: Ik denk
dat de CDA-fractie er op gewezen heeft, dat is ook niet he
lemaal onterecht, dat wij ook geen concurrent van onszelf
moeten worden. Op het moment dat wij dat uit het oog ver
liezen, gaat het natuurlijk helemaal mis in relatie tot
Stedelijke Vernieuwing en de uitleggebiedenDus ook daar
voor vraag ik aandacht van het college om dat heel scherp
in het oog te houden, want anders gaat het helemaal mis.)
Ik denk dat de standpunten daarover zowel van het college
als van de raad helder zijn.
De Wijkontwikkelingsmaatschappij
In december komen de stukken over Achter de Hoven/Vegelin
in het college. Dat is natuurlijk weer gestoeld op cijfers,
op de inzichten van de plannen zoals die worden ontwikkeld
naar aanleiding van de besluitvorming, met de cijferverta
ling. Kloppen de ramingen nog, vraag de heer Van Mourik. Er
komen natuurlijk weer andere cijfers uit voort, dat is dui
delijk. De heer Van Mourik zegt over de Wijkontwikkelings
maatschappij: er wordt al zoveel naar toe gerekend. Ik heb
dat niet weersproken, dat klopt, maar ik heb gezegd dat er
in het begin veel is geïnvesteerd, er wordt nog veel geïn
vesteerd, er wordt ook veel gevraagd, beleid, uitvoerings
plannen, communicatie en er wordt nu nog veel meer ge
vraagd, ook vanavond weer. Dat zijn investeringen. In het
begin heb je natuurlijk altijd dat bij projectbureaus veel
geïnvesteerd moet worden, zeker bij een omstandigheid als
deze. (De heer Van Mourik: Maar als de wethouder december
noemt, wat er ligt er dan? Is het dan een uitvoeringsplan
op grond waarvan uitvoeringsactiviteiten enkele weken later
in gang kunnen worden gezet of is dat een procedureel tus-
senverhaal of een soort tussennotitie hoe een verdere aan
pak plaats zou kunnen vinden. Wat ligt er precies in decem
ber, is dat een stuk aan de hand waarvan de individuele be
woner van Achter de Hoven/Vegelin duidelijk kan afleiden of
Blad 73
Verslag van de raadsvergadering van 13 november 2000
zijn woning wel of niet wordt gesloopt?) Het antwoord is
ondubbelzinnig: ja.
De motie van de SP-fractie, de nieuwe ontwikkelingen op het
gebied van Stedelijke Vernieuwing.
Wij weten best wat wij bedoelen als het gaat over de leeg
stand. Maar ik heb altijd betoogd, leegstand is niet de
drive voor de Stedelijke Vernieuwing, het is een van de
verschijnselen bij de Stedelijke Vernieuwing geweest in
Leeuwarden. Groningen en Leeuwarden hebben dat verschijnsel
als enige stad in Nederland als het gaat over Stedelijke
Vernieuwing. Nu de spanning op de woningmarkt wat dat be
treft is toegenomen en wellicht nog toeneemt - er is één
procent leegstand overigens - betekent dit dat je niet je
hele beleid daarop gaat wijzigen, want dan zou het best
kunnen zijn dat je het over twee of drie jaar, als het weer
anders is als je het over leegstand hebt, weer moet wijzi
gen. Dat wil de heer Boorsma ook niet, evenmin als het col
lege. Als de heer Boorsma zegt dat de wethouder nooit op
die leegstand ingaat, dan moet ik dat ontkennen. Kennelijk
spreken wij dan langs elkaar heen of hebben wij een ander
taalgebruik, maar wij bedoelen natuurlijk dat die leegstand
slechts een onderdeel is van de Stedelijke Vernieuwing. (De
heer Boorsma: En dit is nu exact wat ik bedoel, want dit
zegt de heer Bilker altijd en dat blijft hij ook zeggen en
dat vind ik zo teleurstellend. Want het is ook niet zo dat
wij de uitgangspunten van de Stedelijke Vernieuwing kom
pleet weg willen vagen, allerminsthet gaat ons er om dat
er nieuwe ontwikkelingen zijn op het gebied van leegstand
het afgelopen jaar. Eén van de dragers van de Stedelij ke
Vernieuwing is leegstand geweest, dat kan de wethouder niet
ontkennendat is een aanleiding geweest om te komen tot
het Kaderplan Stedelij ke Vernieuwing. Een van die pijlers
is dus nu niet meer relevant of niet meer zo relevant als
anderhalf jaar geleden, toen het hele proces in gang is ge
zet. Daar willen wij eindelijk eens over discussiëren, want
opmerkingen over een kwaliteitsslag maken, zijn dingen die
twee jaar geleden golden en nu nog. Het gaat ons er om dat
die nieuwe ontwikkelingen worden meegenomen in de mening
vorming en als het ons aangaat ook in de uitvoering.Het
voert te ver om daar nu op in te gaan, alhoewel ik dat heel
graag zou willen. Ik stel voor om dat in de commissie te
doen, want dat hebben wij gepland en laten wij ons daar
alstublieft aan houden.
Mevrouw Hafkamp (weth.): Als het gaat om de maatschappelij
ke opvang heeft de PAL/GroenLinks-fractie gevraagd hoe het
zit met Smalligerland. Leeuwarden en Smallingerland krijgen
beide een budget van het Rijk als het gaat om maatschappe
lijke opvang, elk voor hun eigen werkgebied. Die situatie
verandert met ingang van 1 januari 2001, dan wordt Leeuwar-