Blad 18
Verslag van de raadsvergadering van 15 januari 2001
voortdurend toch ook erg kritisch wordt gekeken naar die
parkeerbalanshelemaal niet zo gek zou zijn om het open
stellen van het parkeerdek van het Zaailand wat vooruit te
laten lopen op de feitelijke uitvoering van het Oldehoof-
sterkerkhof. Daarmee komen wij de ondernemers een beetje
tegemoet, die dat graag willen, en tegelijkertijd helpen we
niet daarmee de parkeerbalans volledig om zeep. Dat is uit
eindelijk een raadsbesluit geweest, omdat wij nog niet toe
zijn aan die uiteindelijke parkeerbalans. Want daar zit ook
een aantal plekken, bijvoorbeeld in de garage Oldehoofster
kerkhof, wat groter is dan wat er op dit moment op kan par
keren. Het is overigens niet zo dat het parkeerdek openge
steld wordt bij voortduring, het idee is dat zodra de gara
ge Zaailand vol is, geparkeerd kan worden op het dek tot
dat vol is, dan kun je natuurlijk naar de andere parkeer
plaatsen. In die zin wordt daar op dit moment naar gekeken.
Dat is de toezegging, die wij ook aan de commissie hebben
gedaan, om dat vooruitlopend daarop nog eens te bekijken.
Ik begrijp dat de heer Roekiman en zijn fractie het daar
niet mee eens zijn, maar ik denk dat het uiteindelijk aan
de commissie is om te kijken of we dit in meerderheid een
goed idee vinden of niet. Ik ga ervan uit dat dit binnen
kort in de commissie komt, want we moeten het daar verder
uitwerken. Er wordt vanavond niet over het memo besloten.
In het memo staat een aantal vragen die gesteld zijn, er
staat een mening van het college in. Ik kan dat hele plan
van aanpak niet letterlijk uit mijn hoofd citeren, maar als
ik het goed heb, staat er niet in dat wij het parkeerdek
van het Zaailand gaan benutten voor extra parkeerplaatsen.
Het plan van aanpak 2001 besluit u over vanavond.
De parkeerbalans zelf is een punt dat wij in de raad beslo
ten hebben. We weten allemaal dat die onder druk staat in
die zin dat er ook bij enkele fracties toch opmerkingen
zijn gemaakt van 'zou je daar niet eens opnieuw naar moeten
kijken'De opmerkingen in die zin worden ook vanuit de
ondernemers gezien relatief gemakkelijk gemaakt, omdat men
niet staat voor de verliezen die de gemeente zou moeten
lijden op de onrendabele top van de aanleg van parkeergara
ges. Ik laat het onderwerp nu liggen, maar het is wel een
heel belangrijke factor. Als je dan kijkt naar de totale
parkeerbalans, de heer Ten Hoeve heeft al de Bastiongarage
of de Hoeksterendgarage genoemd. Dan zie je dat de Hoekste-
rendgarage bij lange na niet vol is, dat is nu een gewen-
ningssituatie, die ook moet optreden. De tarieven zijn
goedkoop. Je ziet zelfs dat bij de Arendstuin, waar je een
tarief betaald dat twee keer zo hoog is als in de Bastion
garage, wel geparkeerd wordt en in de Bastiongarage wat
minder. Maar we moeten wel heel goed in de gaten houden -
dat is ook uw verantwoordelijkheid - wat nou redelijk is
als het gaat om de bereikbaarheid en de parkeergelegenheid
in het centrum in relatie tot de hoeveelheid geld, waarvan
wordt verwacht dat de overheid die er automatisch in
steekt. Ik ga die vraag nu niet beantwoorden, maar het is
wel een punt, dat wij weer opnieuw op tafel zullen krijgen.
Blad 19
Verslag van de raadsvergadering van 15 januari 2001
Datzelfde geldt natuurlijk ook als het überhaupt gaat over
de bereikbaarheid van het centrum. De heer Ten Hoeve heeft
er een paar opmerkingen over gemaakt en ook de heer Fedde-
maDe kern van het verhaal was de verschillende interpre
taties van de bijdragen van de ondernemers op die avond. Ik
ga niet over toonzettingen praten, maar er is wel één ding,
nu u mij de gelegenheid biedt om dit onderwerp aan te snij
den, dat ik graag ook nog even kwijt wil. Als je praat over
het belang van het centrum voor het functioneren van de
stad, dan kan de gemeente hooguit stimuleren dat het cen
trum zo aantrekkelijk wordt dat ook daar meer bezoekers
komen, dus ook in commerciële zin aantrekkelijk wordt, door
de openbare ruimte zo aan te pakken dat die aantrekkelijk
heid daaruit blijkt. Maar de commerciële aantrekkelijkheid
kan alleen maar vergroot worden als de ondernemers zich
gezamenlijk en massaal, met hoofd en hart, ook op dat cen
trum storten. Dan mag die discussie niet alleen beperkt
blijven tot verkeer, dat is wel een belangrijk element. Ik
vind ook, ik dacht dat zowel de heer Ten Hoeve als de heer
Feddema dat gezegd hebben, dat wij er open voor moeten
staan, dus daar zit het probleem niet, maar de gemeente kan
alleen maar dat centrum meehelpen echt goed op te bouwen
voor de toekomst, zodat het weer het koopcentrum van Frys-
lan wordt, als ondernemers zich daar ook echt achter en
onder scharen. Dat betekent dat van ondernemers ook meer
verwacht mag worden dan achteraf klagen over verkeer. Dat
is het enige wat ik ervan wil zeggen.
Dan heeft de heer Feddema nog een opmerking gemaakt over
zowel het BRO onderzoeksrapport als de woonfunctie in rela
tie tot de Voorstreek. Ik denk dat hij gelijk heeft dat dat
moet worden betrokken bij de structuurplandiscussie. Die is
overigens al gestart, dat weet de heer Feddema ook, want we
hebben het Zuiderplein al achter de rug. Dat loopt nu in
verschillende onderdelen door en dan komen ook dit type
zaken aan de orde en ook zaken als 'hoe ga je nu distribu-
tieplanologisch om met de ruimtegebruik in het centrum'
Dat zijn zaken die onder leiding van collega Brok op dit
moment ook met de ondernemers al in discussie zijn. Ik denk
ook dat wij er uiteindelijk met elkaar wel komen om daar op
een goede manier een visie op te ontwikkelen.
Het herstraten gebeurt volgens mij precies zoals de heer
Feddema zegt, de hele Nieuwestad gaat er niet in één keer
uit. Dat wordt voortschrijdend, elke keer een aantal meters
eruit, opnieuw herstraten, dan weer erin. Het is ook niet
een operatie, zoals we die gehad hebben. Het gaat allemaal
veel sneller, met veel minder overlast.
Als het gaat om de herinrichting van de Kelders, dan ga ik
ervan uit dat het zo gaat zoals hij zegt, maar ik weet dat
niet zeker. Zo in detail in de planning ken ik dat niet uit
mijn hoofd, we zouden dit nog eens even moeten nagaan, om
te zien of dat ook werkelijk zo is. Mocht dat niet zo zijn,
of het mogelijk is dat op die manier te realiseren.