Blad 8 Verslag van de raadsvergadering van 15 januari 2001 Natuurlijk moet er dan een vacature zijn, die is er voor alsnog niet. Bij het aftreden van de gemeenteraad en met name bij het aantreden van de nieuwe wordt ook opnieuw de Commissie van beroep- en bezwaarschriften benoemd. Het kan zijn dat er dan een vacature ontstaat, dat is van tevoren niet zeker. Het wordt al gezegd, dat er aan criteria vol daan moet worden, waarbij dan heel belangrijk is dat er een juridische achtergrond is. We kijken ook naar het curricu lum vitae zou ik willen zeggen, naar de lange staat van dienst op bestuurlijk vlak. De criteria, de kwalificaties zijn ook een heel aantal te noemen, maar de belangrijkste is natuurlijk allereerst dat je kennis moet hebben en be langstelling voor de verschillende uitvoeringsaspecten en toepassingsaspecten, die aan de regelgeving verbonden zijn van de één of meer kamers. U noemt dan één kamer, de Alge mene Sociale Kamer, maar er zijn natuurlijk meer. En men moet natuurlijk beschikken over de vaardigheid om de be sluiten, die genomen zijn door de bestuursorganen, te kun nen toetsen aan de bestaande wet- en regelgeving en het vastgesteld beleid. Kortom, voorzitter, het lijkt mij goed dat wij deze brief bewaren Punt 3 De Voorzitter: Aan de orde is het Vragenhalfuurtje voor raadsleden De heer Boorsma: In de vakantie ontvingen wij van de col lectief verontruste ijsclubs een brief, een brandbrief mag je wel stellen, waarin vrij gedetailleerd uit de doeken wordt gedaan welke schadelijke maatschappelijke gevolgen een privatisering kan hebben. In dit geval gaat het om een forse huurverhoging van de ijshal, de problematiek is be kend, denk ik. Ondanks een poging tot compromis van de ijs- clubs en een door de gemeente aangestelde bemiddelaar, is er vooralsnog geen oplossing. Sterker nog, de ijshal is zelf begonnen een schaatsschooltje op te starten. De fractie van de SP is van mening dat voor de gemeente op zijn minst een morele verantwoordelijkheid ligt voor een paar duizend schaatsers die momenteel verstoken zijn van schaatslessen. Het collectief van de ijsclubs heeft tot nu toe zelf geprobeerd haar eigen boontjes te doppen, maar klopt, ons inziens terecht, momenteel toch bij het gemeen tebestuur aan. Wij hebben twee vragen voor de verantwoorde lijk wethouder. Ten eerste, is de wethouder het met ons eens dat de gemeen te in ieder geval de morele verantwoordelijkheid heeft om een sluitende oplossing te vinden om de schaatsers tegemoet te komen? Ten tweede, zo ja, welke oplossingsrichtingen hebt u voor ogen, en wat vindt u van de suggesties, die onder andere zijn gedaan door het collectief van ijsclubs, om te kijken naar de bouw van een nieuwe ijshal bij de sportboulevard? Blad 9 Verslag van de raadsvergadering van 15 januari 2001 Een beetje naar Gronings model zou je kunnen zeggen. En in hoeverre zijn er mogelijkheden om de ijshal onderdeel te laten zijn van de BV Sport? Mevrouw Hafkamp (weth.): Zoals de heer Boorsma ongetwijfeld ook zal weten is in 1995 de ijshal geprivatiseerd. Dat be tekent dat de verantwoordelijkheid volledig bij het bestuur van de Stichting IJshal ligt. Dat er problemen zijn, is mij bekend. Onlangs is de brief gestuurd door de gezamenlijke ijsclubs. Een tijdje terug heeft diezelfde club van ijs clubs mij ook hierover benaderd. Maar nogmaals de verant woordelijkheid voor de exploitatie van de ijshal ligt vol ledig bij de stichting van de ijshal. De heer Boorsma zegt de morele verantwoordelijkheid, hij noemde het zelf al, er is ook al een bemiddelingspoging geweest, dat was overigens niet de eerste. Een tijdje terug heeft ook de KNSB, de schaatsbond, een bemiddelingspoging ondernomen. Die heeft geen vruchten afgeworpen. Ik ben toen opnieuw door de ijsclubs benaderd. Lodewijk Swierstra heeft toen op mijn verzoek een bemiddelingspoging ondernomen. Ook die poging heeft niet tot het gewenste re sultaat geleid. Ik zal u zeggen dat ik dat betreur. Maar nogmaals, de verantwoordelijkheid ligt niet bij de gemeen te. Het is ook niet de bedoeling dat wij in een private kwestie, zoals die er nu ligt, er ligt een geschil tussen de ijsclubs als de ijshal, ons hier tussen gaan stellen of ons daar verder mee gaan bemoeien. Hoewel ik de zorg die wordt uitgesproken ook deel, want het zou hartstikke jammer zijn dat het mis zou gaan met de ijshal. Maar nogmaals ik hoop dat beide partijen toch zo wijs zullen zijn om opnieuw met elkaar rond te tafel te gaan zitten en te proberen uit deze impasse te komen. Verder doet de heer Boorsma de suggestie om het mee te ne men in de sportboulevard. U weet dat wij binnenkort met de plannen zullen komen. Het is nu wat voorbarig om dat met ja of met nee te beantwoorden. De ijshal is daar en ik zie hem ook niet verplaatst worden naar een ander gebied. Hier wil de ik het bij laten. De hear Wijmenga: Yn it ramt mei wat der yn Volendam bard is, bin der op ferskate plakken al fragen steld oer feili- gens, bygelyks yn de horekagelegenhedenEinliks alle ge meenten reagearje dér ek al op. Der binne ek oare plakken dêr't in hiel soad minsken by elkoar komme, ik tink dan bygelyks oan de skoallen. Ek dêr is de feilichheid in hiel wichtich punt. Der wurdt foar alle skoallen ek wurke oan Arbobelied, dêr't de feilichheid diel fan ütmakket. No freegje wy üs of wat de taak fan de gemeente is op dit mêd. Hat de gemeente dêr ek ferantwurdlikheden? Hoe sit dat yn üs gemeente? Mevrouw De Haan (weth.): Ik vind het begrijpelijk dat, na alle discussies over veiligheid, nu ook gekeken wordt of in

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 2001 | | pagina 5