Blad 16 Verslag van de raadsvergadering van 15 januari 2001 (De heer Roekiman: Waar het mij om gaat is dat de heer Fed- dema toch anders naar de werkelijkheid kijkt. Er zijn wel toezeggingen gedaan, maar in samenhang met de start van de bouw van het Oldehoofsterkerkhof als het gaat om de garage. Maar nu is dat in ieder geval vertraagd, althans er wordt pas gestart in 2003. In die richting is er een toezegging gedaan maar niet anders.) Ik denk dat de wethouder dadelijk wel in kan gaan op die toezegging, want ik heb hem wel gehoord. Mevrouw Inberg: De D66-fractie wil niet op het hele plan ingaan, het is een enorm groot plan, met de complimenten voor alle mensen die eraan meegewerkt hebben. Wij willen met name op de financiële besluitvorming toch nog, het zal de heer Den Oudsten bekend voorkomen, eventjes ingaan. Wij moeten voor dit jaar een extra aanvullend krediet be schikbaar stellen van bijna f 5,5 miljoen. Het restant kre diet van de aantal jaren, dat er nu aan het Binnenstad- Nieuwe Stad project gewerkt wordt, bedraagt f 1 miljoen. Die f 1 miljoen maken wij ons ook nog wat zorgen over, want het is nog steeds niet duidelijk, er zitten nog een aantal onzekerheden in de afrekening van een heleboel projecten. Ik noem het herstraten, een aantal aspecten die nog lopen van de herinrichting. Dus die f 1 miljoen weten wij ook nog niet of dat helemaal zeker is. Dan gaan we nu een krediet van f 5,5 miljoen ter beschikking stellen. De D66-fractie heeft al eerder gevraagd: het is voor raadsleden heel moei lijk te overzien waar al dat geld heen gaat en hoe het be steed gaat worden. Ik weet wel dat wij alle vrijheid hebben om op de dienst alle boeken door te nemen die er zijn, maar dat is een gigantische hoeveelheid werk. Wij zouden wat dat betreft de besluitvorming terug willen leggen in de raad per deelproject. Dan niet alleen in de commissie maar ook in de raad zelf. Zoals de opbouw nu is van het financieel overzicht, staat er voor planbegeleiding f 1,3 miljoen, reconstructie binnenstadsring staat bijvoorbeeld dik f 2 miljoen, kademuren f 5 miljoen. Dat zijn bedragen, die voor ons op dit moment niet in te schatten zijn, wat nou bij welk project hoort. Hoort die planbegeleiding, die f 1,3 miljoen voor het grootste deel bij de kademuren, bij de pijpen of hoort dat bij toerisme? We weten het niet. Dus wij vragen u nogmaals die beslismomenten terug te leggen in de raad. Voor wat betreft de markt sluiten wij ons opnieuw aan bij wat de heer Ten Hoeve heeft gezegd. Wij willen ook graag dat de markt bij de Waag een plek kan vinden. Voor wat betreft het Stadhuis zouden wij ook erg blij zijn als dat inderdaad snel afgerond zou kunnen worden. De heer Den Oudsten (weth.): Er zijn in het kader van de komende jaarschijf van het plan 'Binnenstad Nieuwe Stad' een flink aantal vragen in de commissie gesteld en we heb ben een uitgebreide behandeling gehad. Ik kom straks nog Blad 17 Verslag van de raadsvergadering van 15 januari 2001 even op onderdelen van de behandeling terug, omdat ook u daarop teruggekomen bent. De zaken die daar aan de orde gekomen zijn, zijn ook vanavond toch weer onderwerp van gesprek. Ik zal ze even langslopen. Allereerst de evaluatie, eenieder van u heeft gezegd daar belang aan te hechten. Ik heb de vorige keer gezegd dat die er eigenlijk al ligt, alleen het college heeft in een eer ste beraad gezegd dat er toch nog een aantal scherpe be leidsconclusie getrokken moeten worden. Vandaar dat die niet is meegezonden met dit plan, wat oorspronkelijk de bedoeling was. Wij verwachten dat die begin februari aan de commissie kan worden aangeboden ter bespreking. Dat is een uitgebreid verhaal, waarin onder andere ook de resultaten van een opinieonderzoek zijn meegenomen. Ik verwacht dat daar in ieder geval voldoende informatie ligt voor een in teressante discussie. Een tweede punt, dat aan de orde is gebracht door de heer Ten Hoeve, is de planning. Wij zijn absoluut niet bij voor baat van plan om daar waar het niet nodig is te schuiven in de planning, maar wij worden wel eens geconfronteerd met zaken die zich plotseling voordoen. We hebben dat in eerde re periode gehad, toen bijvoorbeeld de situatie rondom de Nieuwe Pijp zo slecht was dat daar een restauratie moest plaatsvinden. We hebben nu die situatie rond De Kelders gehad. Dan is het logisch dat je in zo'n meerjarensituatie en een voortschrijdende planning, daarop reageert en dus dat er ook elke keer toch situaties zich voordoen waardoor die planning per jaar zou moeten worden bijgesteld. We ho pen dat dit op grote lijnen niet meer echt nodig is voor de komende jaren, maar zeker weten doe je dat nooit. Eén van de andere dingen die aan de orde is gekomen, is de planning van bijvoorbeeld het Oldehoofsterkerkhofook in relatie tot het Bastion. Ik denk dat het goed is in dit verband ook gelijk even in te gaan op de opmerking van de heer Feddema en de heer Roekiman, die ook over het parkeren opmerkingen hebben gemaakt. De planning van de Oldehoofsterkerkhof staat hier vanavond niet ter discussie, er is een uitgebreid verhaal aangeboden aan de commissie, dat komt morgenavond in bespreking. Ik denk dat het goed is daar op dat moment nog even op in te gaan. Wat wel aan de orde is, dat is dat wij indertijd heb ben gezegd: als je het Oldehoofsterkerkhof gaat aanpakken, zul je, omdat het Oldehoofsterkerkhof er dan ook tijdelijk uitligt - en daar kunnen nu op dit moment rond de 250 au to's op staan - ook voldoende vervangende parkeergelegen heid moeten aangeven. Eén van de mogelijkheden om dat te bereiken is bijvoorbeeld het parkeerdek van het Zaailand daarvoor te benutten. De heer Roekiman zegt terecht dat dit in dat verband aan de orde was. Tegelijkertijd hebben wij ook gezegd vanuit het college, dat is nog niet ter besluit vorming in uw commissie geweest, hoewel ik wel als zodanig heb aangegeven dat dit onze gedachtegang was, dat het op zichzelf, ook vanwege de vertraging en het feit dat er

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 2001 | | pagina 9