Blad &2 61 Verslag van de raadsvergadering van 19 februari 2001 Ik heb nog eens even nagekeken hoeveel van die instellingen de afgelopen jaren nu echt aanspraak hebben gemaakt op de subsidiemogelijkheden en dat is buitengewoon verwaarloos baar. Dus als vanavond de Cultuurnota op deze punten wordt overgenomen is daar op zich een ruimere mogelijkheid voor die disciplines, waar ik het zo juist over heb, om ook in de toekomst plaats te kunnen blijven nemen en te krijgen in Theater Romein. Bovendien zijn er natuurlijk meerdere podia hopelijk in de stad. Ik heb in dit verband benoemd dat wel licht ook een optie is - en ik wil dat toch vanavond ook nog een keer zeggen - het podium van Tryater. Weliswaar is in het verleden gezegd door het college dat het niet direct concurrerend zou zijn met Theater Romein, maar in de bele ving van het college is het toch te gek voor woorden dat wat door de Raad van Cultuur, maar ook door de staatssecre taris is benoemd als zijnde hèt voorbeeld van hoe een regi onaal theatergezelschap moet functioneren, dat we niet toe laten dat die instelling de luiken, de deuren openzet, om ook een actief podium in onze binnenstad te zijn. Het col lege ziet de ontwikkelingen van Tryater en ook in de loca tie, waar ze binnenkort het hoogste punt gaan bereiken - deze vrijdag om precies te zijn - met veel vertrouwen tege moet Hoe gaan we nu verder als we hebben over die popmuziek? Daar hebben velen van u aandacht voor gevraagd in de eerste termijn en eigenlijk heeft u het college gevraagd om daar sterk de regie op te voeren, omdat - en dat hebben sommigen van u ook gezegd - het overzicht op een gegeven moment er niet meer was over hoe nu precies te handelen. Krijgen we wel waar voor ons geld en wordt het beleid, zoals wij het op het netvlies hebben als raad, als fracties, althans een merendeel van de fracties van onze raad, ook wel goed geïm plementeerd? Ik kom daar zo dadelijk bij de moties nog op terug. Ik denk dat het besluit van de motie, zoals die in gediend is door de PAL/GroenLinks-fractie, heel goed uit voerbaar is en dat het college graag de regie naar zich toe trekt om die programmeringsraad ook in te stellen. Laat mij daarbij heel duidelijk opmerken dat het natuurlijk zo is, daar is de afgelopen week wel eens misverstand over ge weest, de mensen hebben mij dat ook gezegd omdat zij zich daarin miskend hebben gevoeld, dat daarbij natuurlijk de expertise nodig is van ook instellingen zoals de Opzet en de Ooievaar, maar ook van nieuwe initiatieven zoals die daar zijn. Het college ziet het zo voor zich, dat iedere instelling, die zich heeft aangemeld, ook vraagt om iemand voor de programmeringsraad te leveren. Daar zit heel veel expertise, daar zit heel veel kennis en die moeten we ook in die programmeringsraad, al helemaal aan het begin, goed weten te benutten. Daarbij is het natuurlijk wel zo dat de programmeur niet slechts een uitvoerder is van hetgeen in die programmeringsraad wordt besloten, zo werkt dat natuur lijk niet, zo kun je ook helemaal niet flexibel inspelen op Blad &3 62- Verslag van de raadsvergadering van 19 februari 2001 datgene wat er is en op het aanbod zoals dat er is. Ik denk dat die programmeringsraad een goed raamwerk moet neer we ten te zetten en vervolgens dat de programmeerder zich be zig moet houden met de contracten en het afspreken met al lerlei bandjes en belangenbehartigers om dan vervolgens ook die invulling in te kleuren. (De heer Boorsma: Zou de wethouder kunnen uitleggen wat hij verstaat onder dat raamwerk, want dat is mij een raadsel.) Dat wil ik heel graag uitleggen. In de popmuziek zijn vele disciplines, meneer Boorsma, en ik kan mij voorstellen dat die programmeringsraad vraagt in zo'n vergadering om aan dacht te schenken aan de verschillende disciplines, zoals die daar zijn in de popmuziek en niet louter de programmeur te laten beperken bij de inkleuring tot een of twee disci plines Er wordt gezegd, dat is een heel subjectief iets. Maar ik ga ervan uit dat er in die programmeringsraad heel veel kennis zit, daar heb ik zojuist al iets over gezegd, en die mensen zijn heus wel mans genoeg om daar een beeld bij te geven van waar ook behoefte aan is. Sterker nog, ik denk dat het ook heel erg goed is om popconcerten te programme ren waar weinig behoefte aan is, als we het hebben over pluriform aanbod, maar waarvan het goed is dat het aangebo den wordt. Daarom in dit verband en met de formulering, zo als wij die gekozen hebben in de reactienota, dan heb ik het over de programmeur, zoals die beschikbaar is gesteld door Theater De Harmonie, omdat daarmee de samenwerking verder wordt vorm gegeven. Ik wijs er op dat één van de speerpunten van onze Cultuurnota is de bundeling van krach ten. Er worden ook geen extra kosten gemaakt, in tegenstel ling tot het voorstel van de heer Boorsma, in zijn motie. Het geld, de ruim f 100.000,-, is ook echt beschikbaar voor Theater Romein, voor die programmering van de popmuziek en er worden dus geen kosten gemaakt voor andere zaken. Voorzitter, ik ga nu over naar de algemene reacties, zoals die verder nog uit de fracties gekomen zijn en die niet te maken hebben met de onderwerpen die ik zojuist heb benoemd. De woordvoerder van de Partij van de Arbeid-fractie heeft nog een keer gewezen op het grote festival, het straatfes tival zoals we dat al kennen, Sirkus Ljouwert, en heeft daarbij gezegd dat het op dit moment toch wel een elitair tintje heeft. Ik ben dat niet met haar eens. Wij hebben in de pijlers van de Cultuurnota gezegd dat we inzetten op productie en participatie en dat het dan ook niet zo kan zijn dat je het profiel van zo'n Sirkus Ljouwert alleen een straatfestival laat zijn. Als we het hebben over participa tie, wat ook een pijler is, dan is het college het er wel van harte mee eens, dat staat ook in de reactienota, dat het straatfestival weer opnieuw het karakter moet krijgen, zoals het dat ook vroeger had. Dat is een toezegging van mij, we zullen dat ook opnemen in de subsidievoorwaarden en

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 2001 | | pagina 32