Blad 9S Verslag van de raadsvergadering van 19 februari 2001 Dan de andere twee voorstellen om hier en daar plaatsen aan te wijzen om ook graffiti op te spuiten, vinden we op zich wel mooi als het om kunstenaars gaat, maar wij zijn ook bang, dat er dan een hoop mensen zeggen, wij kunnen ook on ze spuitbus wel even meenemen en hier en daar in de omge ving van waar op dat moment de activiteit is, maar eens wat rommel op de muren te spuiten. Het trekt misschien wat te veel aan. Willen wij als gemeente daar aansprakelijk voor zijn, voor die mensen die in de directe omgeving zijn waar dit soort locaties dan tijdelijk komen? De heer Hoogeveen: De nota over het graffitibeleid, zoals we die nu uiteindelijk voorgelegd krijgen in de raad, is een goede poging naar onze indruk om een evenwicht te zoe ken in de aanpak enerzijds van de kladderaars en aan de an dere kant het stimuleren van de kunstenaarsOver beide kanten, zowel de kladderaars als de kunstenaars, zijn door anderen voorstellen gedaan om dat nog wat verder aan te scherpen. Mede namens ons heeft de heer Stoker een motie ingediend om toch die nulbeurt uit te gaan voeren. In de commissie heb ik al gezegd dat ik daar graag een andere naam voor wil hebben, want dit heeft bij ons in de fractie in ieder geval tot allerlei fantasieën geleid over wat dan wel zo'n nulbeurt is. Het leidt tot grote verwarring. Maar het doel om een grote korte schoonmaakactie in de binnen stad te houden, zodat we vanaf dat moment ook echt met de aanpak kunnen starten, de start goed te markeren, heeft on ze sympathie. Vandaar dat we de motie graag wilden onder steunen, zoals die door de heer Stoker is ingediend. Aan de andere kant is er gesproken door vertegenwoordigers van VVD- en CDA-fractie over die dadergerichte aanpak. Ik denk dat dat heel erg belangrijk is, wanneer je echt iets wilt doen. De heer Van Mourik noemde het een relatief be perkt probleem. In het aantal daders is dat wellicht zo, maar voor de mensen die getroffen worden door het probleem is het zeker niet relatief beperkt. Daarom willen we toch wel graag dat die dadergerichte aanpak goed vorm krijgt. De andere kant, het stimuleren van de kunstenaars, daar zijn ook voorstellen over gedaan, eerder vorige week al bij de Cultuurnota. Ik moet zeggen dat daarbij het voorstel van de PvdA-fractie ons iets meer realistisch overkomt, dan dat van de PAL/GroenLinks-fractie, maar ik wil graag ook de re actie van de wethouder daar nog op horen. Als je dan het verhaal, de start bij de Cultuurnota over dit onderwerp, wat doortrekt, zouden wij graag een beetje in dezelfde sfeer willen blijven en zouden wij eens willen vragen, ook aan de wethouder die over het Cultuurbeleid gaat, of het niet tijd wordt voor een cursus graffiti bij Parnas. Blad 9? 96 Verslag van de raadsvergadering van 19 februari 2001 De heer Jacobse: Voorzitter, de conclusie in de commissie was eigenlijk als volgt: laten we het eerst maar eens pro beren op deze manier. Er wordt een aantal maatregelen voor gesteld voor vergroten van de pakkans, voor het verbeteren van de mogelijkheden om de schade te verhalen. Ook een an dere aanpak, meer samenwerking door diverse actoren in dit geheel zou uiteindelijk tot een bepaald resultaat moeten leiden. Natuurlijk hebben wij ook toen gezegd dat je eigen lijk meer zou moeten doen, maar ook toen in die commissie hebben wij uitgebreid gesteggeld over het geld. De heer Stoker dient dan een motie in en zegt: we gooien er even een tonnetje tegenaan en dan kunnen we een begin maken met de schoonmaakbeurt. Gaan wij dat zo doen? Ik vind hem dan voor zijn doen niet zo erg normvast, door te zeggen dat dekken we uit Perspectief. Ik weet wel, het college doet het zelf ook, dus ik kan me dat voorstellen, het is zo langzamerhand een modebegrip, maar eigenlijk is de bena ming, wij dekken het bij Perspectief niet anders dan dat je zegt: we geven het nu uit en we zien later wel waar we het geld vandaan halen. Dat betekent dat we nu nog niet weten waar we het geld dan vandaan halen. Ik vind het te gemakkelijk om dat nu zo te zeggen. Het is heel aanlokkelijk en ook volledig in lijn met datgene wat in ons verkiezingsprogramma staat, maar we hebben ook met elkaar afgesproken, dat staat ook in ons verkiezingspro gramma, dat wij op een deugdelijke manier met elkaar de fi nanciering zouden regelen. Nu kom ik even bij de positieve kant, die door een aantal wordt weergegeven, ook onder andere door de motie van de PvdA-fractie. Dan lees ik toch uit de nota dat met nadruk dient te worden aangegeven dat naar alle waarschijnlijkheid het slechts voor een beperkt deel zal lukken om wildschrij- ver en/of -spuiters met hun activiteiten te laten stoppen door ze te interesseren in en te stimuleren tot een meer kunstzinnige vorm van graffiti. Met andere woorden, de ver onderstelling dat het graffitiprobleem zal worden opgelost door een regulering van de artistieke waarde van graffiti is, onjuist (bladzijde 19) Als je dat dan ziet en je plaatst dat in dat kader, dan geeft het geen bijdrage aan de oplossing van het probleem, waar we eigenlijk voor staan. Dan is het dus niet meer, maar ook niet minder, dan een aardigheidje dat je doet op Bevrijdingsfestival, waarbij je ook nog wat aanverwante ar tikelen doet. De associatie kwam dan toch een beetje bij mij op met vroeger op Koninginnedag, dat je straattekenin gen had met stoepkrijt en zo, alleen dan nu voor wat grote ren. In hoeverre je nu echt hierdoor een bijdrage levert aan het probleem, daar heb ik wel mijn vraagtekens bij. Op zichzelf is er niks tegen om zoiets te organiseren, maar dan is het gewoon een aardigheidje, dat je op zo'n dag or ganiseert. Dan ben ik het wellicht nog met mevrouw Dolstra

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 2001 | | pagina 49