Blad 44 Verslag van de raadsvergadering van 19 maart 2001 Een mooi voorbeeld van die onduidelijkheid vind ik het eer ste woord van de derde regel van het raadsvoorstel. Er wordt gesproken dat er gezocht wordt naar 'een lange ter mijn proefoplossing'Is dat een lange termijn proef en daar een oplossing voor? Of is het een vernederlandste ver sie van het Engelse 'proof' dat daar ingesloten is, een project dat bestand is tegen de lange termijn? Graag zou ik van de wethouder horen wat hier wordt bedoeld. Concreet ligt die onduidelijkheid natuurlijk in de onzeker heid met betrekking tot de eis en het geld voor de beschik baarheid van de gebouwen die nodig zijn en al die dingen die al genoemd zijn. Het viel mij op - ik heb het project plan nog gelezen, ik was er toen nog niet bij - dat de be schikbaarheid van de politiepost vorig jaar in week 20 be kend zou worden gemaakt en die is er nu nog niet. Ook blijkt uit stukken niets van concrete verschillen tussen de modellen in de zin dat wij nu zouden kunnen weten wat er precies gebeurt met belangrijke monumentale elementen als de hal en de trap als er een lift bij komt. Een gedeelte van mijn fractie heeft nog onduidelijkheid over het derde punt van het besluit dat eventuele studie naar model 3 niet in mag houden 'dat technische of archi tectonische belemmeringen kunnen ontstaan voor de omschre ven aanpak en uitvoering van model 2'. Het is dus duidelijk de bedoeling dat model 2 nu wordt uitgevoerd en dat model 3, dat de helft van ons nog wel wil zien en voor wil kunnen kiezen, de uitwerking daarvan niet vertragend zal mogen werken op model 2. Verder kan, voor zover ik het begrijp, met model 2 altijd model 3 weer opgebouwd worden. Voor onze fractie is dus eerste prioriteit dat het oude Stadhuis zo snel mogelijk weer in gebruik kan worden geno men De heer Bilker (weth.): Er is inderdaad lang gewerkt, het program van eisen is opgesteld, dat heeft de nodige tijd gekost. In één model zal alles wat het program van eisen betreft uitgevoerd kunnen worden, maar dat stuit op ver schillende bezwaren, van financiële aard en beschikbaarheid van benodigde panden. Er is natuurlijk behoefte aan nu een hele goede accommodatie. Het huisvesten van het college, het bijbehorend secretariaat en bodes en dan volgens de Ar- bo-voorschriften en natuurlijk de gewenste vergaderaccommo daties voor onze raadsvergaderingen, commissiebijeenkom sten, allerlei overlegsituaties, ontvangsten, kortom invul ling van de functie representatie. Als dan alles volgens het boekje en ideale situatie zou kunnen, dan hebben wij het inderdaad over model 3, met al die prachtige functies er in en dan ook nog voor de functie van trouwen en het sluiten van relaties, de heer Krol had het er al even over. Maar als dan gewerkt wordt rondom dat zogenaamde atrium in model 3, dan is er natuurlijk wel iets meer nodig dan wij Blad 45 Verslag van de raadsvergadering van 19 maart 2001 op dit moment over spreken. Dat schetsmatig uitwerken van die modellen heeft tijd, overleg en vooral tijd van discus sie gevraagd, vooral omdat daar overheen kwam, dat is een belangrijk punt dat moeten wij niet onderschatten, dat er tegelijk een totaalbehoefte is aan een goede planning van het huisvesten van de ambtenaren. Met andere woorden een onderzoek voor huisvesting ambtelijk apparaat fietste er ook nog eens doorheen. Daar was ook het wachten op. Uitkom sten, zij het wel globaal, van dit alles liggen er nu. Er is een rapportage van de huisvesting van ambtenaren, maar die is niet volledig, want de directieraad heeft ook ge zegd, nu het globale rapport er ligt gaat het ook om een dusdanig vervolgonderzoek te doen dat je kijkt naar flexi bel werken, thuis werken, enz. Zo lang, heeft het college gezegd, kunnen wij niet wachten. Het Stadhuis staat leeg, het gaat snel van ons af en om net als de heer Van Mourik ook een Friese uitdrukking te gebruiken 'it Stedhüs fertu- tearzet'Maar het college mist op dit moment een goede ac commodatie voor ontvangst, representatie en vergaderingen en de raad en de commissie mist de vergaderzalen en wij missen allemaal de raadszaal. Dus doorgaan wat model 2, het Stadhuis, betreft, met name om financiële redenen. De functie is duidelijk, wat er in kan, wat ik zojuist heb genoemd, minus de functie van het sluiten van huwlijken en partnerregistratie. Daar zijn redenen voor. Dat heeft met veiligheid te maken, dat heeft met de ruimte te maken, de logistiek en de overlast en er zijn voldoende alternatie ven Nu wij kiezen voor model 2, zal het zo zijn dat je het technisch mogelijk moet maken, dat als model 3 in beeld komt, je het dan uiteraard moet afwegen, maar het nu niet onmogelijk moet maken. Dan komt dat automatisch bij al die opmerkingen die daarover zijn gepleegd. [De heer Van Mou rik: Houdt hetgeen de wethouder zegt ook in dat indien je model 3 technisch niet onmogelijk moet maken, dat bij model 2 kostenverhogend wordt gewerkt om zaken van model 3 mee te nemen?) Ik ga op de vraag van de heer Van Mourik in omdat hij daar enkele vragen over heeft gesteld. Ik heb gezegd dat de eerste schriftelijke vragen, die vorige week door de VVD-fractie zijn ingediend, in de discussie meegenomen kon den worden, maar vragen 6 tot en met 10 een aparte beant woording vergen. Die krijgt hij dan ook zo spoedig moge lijk. Vraag 1 luidt: beschouwt het college de modellendiscussie op dit moment als afgerond? Het antwoord is: ja. Vraag 2: indien nee, waarom niet. Niet van toepassing. Vraag 3: indien ja, is er nu eenduidig gekozen voor alleen de aanpak van het oude Stadhuis, model 2? Ja. Vraag 4 is dan niet van toepassing. Vraag 5: kan het doorkijkje van model 3 nog leiden tot een voorstel waarbij alsnog dit model gecombineerd zou moeten worden met model 2? Model 2, de heer Boorsma vroeg daar ook

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 2001 | | pagina 23