Blad 14
Verslag van de raadsvergadering van 28 en 30 mei 2001
Mevrouw Waanders (weth.): Ik zeg ook niet dat er geen enke
le vorm van opoffering van natuurgebied zal plaatsvinden.
Dat is sowieso onmogelijk, dat zal bij Leeuwarden-Zuid ook
onmogelijk zijn, alleen als u zegt dat dat een onaanvaard
bare manier van opofferen is van natuurwaarden, dan ver
schillen wij inderdaad van mening. Als je kijkt naar de
wijze waarop de natuurwaarde in dat gebied, en de overige
wat je als ontwikkelaar zou kunnen bestempelen als belemme
ring voor het ontwikkelen van een gebied, hoe die belemme
ringen zijn omgebouwd tot plannen en hoe daarmee rekening
is gehouden, dan denk ik dat dat tot een minimum is gerea
liseerd
(Mevrouw Inberg: Dan stelt de wethouder het nu veel genuan
ceerder. Dan zegt zij dat er rekening mee is gehoudendat
is wat anders dan wat zij zonet zei, dat ik niet hard kan
maken dat er geen natuurgebied wordt opgeofferd. Als zij zo
die nuances aanbrengtdan zijn er nog wel interpretatie
verschillen maar dat is dan iets subtieler dan wat zij zo
net zei dat ik niet hard kon maken dat er natuurgebied was
verdwenen
Okee, dan zijn we het daarover eens.
De Voorzitter: Aan de orde is de stemming.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig
het voorstel van b. en w., met de aantekening dat de leden
van de SP-fractie, PAL/GroenLinks-fractie minus de wethou
der, D66-fractie, mevrouw Dolstra en de heer Zwart van de
PvdA-fractie geacht willen worden tegen dit voorstel te
hebben gestemd.
Punt 9 (bijlage nr. 55).
De Voorzitter: Aan de orde is de OZB-problematiek
Mevrouw Sijtsma: In de commissiebesprekingen over de OZB-
problematiek kwamen steeds drie thema's aan de orde. Het
ontstaan van de problematiek op zich, het vraagstuk hoe om
te gaan met de gevolgen van de fout en tot slot de kwestie
van de politieke verantwoordelijkheid. In mijn eerste ter
mijn wil ik op deze drie thema's nogmaals ingaan.
Om te beginnen het ontstaan van de problematiek en het on
derzoek van PriceWaterhouseCoopers
Toen het college eind februari op de hoogte werd gebracht
van het ontstane probleem rond de opbrengsten van de OZB is
er onmiddellijk gereageerd met het besluit een onderzoek te
laten verrichten door PriceWaterhouseCoopers naar oorzaken,
verantwoordelijkheden en aanbevelingen voor de toekomst.
Blad 15
Verslag van de raadsvergadering van 28 en 30 mei 2001
Cruciaal, zo wijst dit onderzoek uit, bleek de fout die in
het begin van het hertaxatieproces werd gemaakt en die tij
dens het proces niet is hersteld. Het niet onderkennen en
niet meenemen van het onderscheid tussen courante en niet-
courante niet-woningen, wat betreft de waarde-ontwikkeling
Dit onderscheid was overigens wel aangegeven in het plan
van aanpak. De kans dat deze fout in de loop van het proces
ontdekt had kunnen worden, werd verminderd doordat er spra
ke was van een aantal andere geconstateerde tekortkomingen.
Ik noem hier bijvoorbeeld het voortijdig vertrek van de
teamleider belastingen, de gebrekkige overdracht en de pro
blemen rond het invullen van de vacature, het uitblijven
van de noodzakelijke procescontrole en het incorrect infor
meren van de wethouder.
In de commissievergadering is al aangegeven dat er geen ga
rantie is dat de beginfout zou zijn ontdekt als dit alle
maal wel goed was verlopen, maar de kans daarop zou in elk
geval groter zijn geweest. Het risicovolle bedrijfsproces
heeft dus een aantal tekortkomingen te zien gegeven, dit
terwijl het proces in grote lijnen volgens het LIS-model is
verlopen. Het is daarom de vraag of het LIS-model bij be
drijf skritische processen, zoals dit hertaxatieprojeet
voldoende waarborgen geeft op het gebied van verantwoorde
lijkheden en controle. Daarom zijn wij er als fractie voor
stander van ook andere kritische bedrijfsprocessen aan een
onderzoek te onderwerpen, zoals in deze raadsbrief wordt
voorgesteld
Aan het eind van mijn betoog zal ik nog ingaan op de met
dit punt samenhangende kwestie rond de politieke verant
woordelijkheid. Maar eerst stel ik nu aan de orde de gevol
gen van de fout en de mening van onze fractie hoe daarmee
om te gaan.
Uitgangspunt van het college was dat deze fout hersteld
moest worden. Om een inschatting te maken van de juridische
risico's, als er tot herstellen van de fout over zou worden
gegaan, is de deskundigheid van het bureau Monsma ingeroe
pen. Ik kom daar zo meteen op terug.
Wij zijn er met het college voorstander van om een poging
te doen de gemaakte fout te herstellen, om daarmee een aan
tal van de ons inziens ongewenste gevolgen, die met de fout
samenhangen, te kunnen ondervangen. Zou je namelijk de hui
dige situatie accepteren zoals die is, dan betekent dit dat
woningen relatief gezien teveel zouden betalen, teveel in
verhouding tot de afspraak die er in deze raad is gemaakt
omtrent de verdeling van de lasten. Die lastenverdeling
wordt nu scheef getrokken ten nadele van eigenaren en huur
ders van woningen, die nog jarenlang met dit gegeven gecon
fronteerd zullen worden en steeds relatief te hoge OZB-
aanslagen zullen krijgen. Niet herstellen betekent boven
dien dat op voorhand een enorme inkomensdaling wordt geac
cepteerd. Een inkomensdaling die alleen door bezuinigingen
of schrappen van nieuw beleid kan worden ondervangen. Als