Blad 58
Verslag van de raadsvergadering van 2 juli 2001
het college het voornemen om maatregelen te treffen tegen
de overlast en daar zou nu de dierenvriend voor. gestraft
moeten worden. Vreemde denkwijze. Daarom dient onze fractie
de volgende motie in:
"De raad van de gemeente Leeuwarden,
in vergadering bijeen op 2 juli 2001,
behandelende de Perspectiefnota 2002 - 2005;
overwegende
dat er jaren achtereen een netto opbrengst is be
haald van 330.000 gulden per jaar zodat er vol
doende reserves zijn opgebouwd (dit exclusief de
rente
dat de specifieke hondenbelasting aan andere doel
einden is besteed anders dan waar ze voor bedoeld
was
dat er uitlaatvelden zijn ingekrompen door bebou
wing of door verkoop van snippergroen;
dat de folders voldoende informatie moeten geven
waardoor de extra kostenpost Voorlichting eigen
lijk overbodig is;
dat er meer oorzaken zijn waardoor de stoepen en
stroken bevuild kunnen worden, zoals o.a. zwerf
vuil, injectienaalden en kauwgom;
besluit
om de hondenbelastingtarieven niet te verhogen;
om speciale uitlaatzones te creëren waardoor er
minder poepbakken geplaatst kunnen worden. Daaruit
voortvloeiend dat de kosten van het legen, onder
houden en de stortkosten van deze bakken vermin
derd kunnen worden;
om de post voorlichting te schrappen;
om de schoonmaakkosten van poepstroken, stoepen en
boomspiegels te splitsen, door deze onder te bren
gen bij kostenposten die geen betrekking hebben of
door andere oorzaken bevuild kunnen worden, dan de
hondenoverlast
en gaat over tot de orde van de dag."
De motie is ondertekend door factie Dolstra, de heer Stoker
van de ChristenUnie-fractie.
De Voorzitter schorst de vergadering om 16.15 uur.
De Voorzitter heropent de vergadering om 17.00 uur.
Mevrouw De Haan: Ik wilde graag beginnen met een aantal op
merkingen over die zaken die in de portefeuille Financiën
Blad 59
Verslag van de raadsvergadering van 2 juli 2001
zitten om daarna een aantal zaken uit de Welzijnsporte-
feuille te bespreken.
Ik begin met die fracties die opmerkingen gemaakt hebben
over onze financiële positie. De CDA-fractie is daarmee be
gonnen. De tendens van die opmerkingen is dat het college
met een sluitend meerjarenperspectief is gekomen en dat dat
op zichzelf mooi lijkt, maar dat die financiële positie,
als je kijkt naar de risico's en onze manier van werken,
ook best onder druk staat. Ik wil wel instemmend op die op
merkingen reageren. Wij hebben als college deze periode
heel zwaar ingezet op het stimuleren van de sociaal econo
mische ontwikkeling. Dat was nodig, zo vonden we met z'n
allen hier in Leeuwarden. Daar stond de raad ook achter. We
hebben daar heel stevig in geïnvesteerd, met de bedoeling
dat die investeringen ook rendement zouden opleveren en dat
het de stad duurzaam financieel een betere positie zou ge
ven. Daar zijn we heel druk mee aan de slag gegaan. Tege
lijkertijd kun je zeggen dat dat de financiële positie van
de gemeente ook onder druk zet. Dat blijkt ook dit jaar,
als je kijkt met hoeveel moeite wij als college dit jaar de
integrale afweging gedaan hebben tussen aan de ene kant
nieuw beleid en ombuigingen aan de andere kant. Dat heeft
veel tijd en energie gekost. Dat heeft ook geleid tot pijn
lijke keuzes, die het college heeft moeten maken, naar de
ene kant door een aantal wensen die we hadden niet te hono
reren en daar zeer terughoudend in te zijn. U heeft dat te
rug kunnen vinden in de formulieren, voorstellen die het
niet gehaald hebben. Een aantal waar u ook op terugkomt. En
een aantal bezuinigingen die ook niet altijd wenselijk wa
ren, maar wel uit noodzaak zijn geboren, om het financiële
perspectief ook echt sluitend te krijgen. Dat is ons gelukt
en op zichzelf zijn wij daar trots op.
De CDA-fractie heeft een aantal argumenten daar nog bij ge
noemd, bijvoorbeeld het ambitieniveau, en de afhankelijk
heid van derden. Het is zeker de laatste tijd in toenemende
mate het geval dat wij het als overheid niet meer alleen
uitmaken. De CDA-fractie heeft een voorstel over de Algeme
ne Reserve gedaan, waarbij aangegeven is om de f 15 miljoen
niet zo strak de norm te laten zijn, maar dat van jaar tot
jaar te bekijken aan de hand van de risico's die je loopt.
Op zichzelf is dat een logische opmerking. Problemen die
bij de uitvoering daarvan aan de orde komen is dat aan de
ene kant het nog niet zo gemakkelijk is om altijd precies
de risico's ook financieel technisch bij de grote projecten
in beeld te brengen. Aan de andere kant zullen er nieuwe
comptabiliteitsvoorschriften aankomen, die, zoals het nu
lijkt, in 2004 in werking gaan en waarin ook nieuwe richt
lijnen staan voor de algemene reserve. Ik zou met u willen
afspreken dat het zeker een suggestie is, die wij meenemen
en waar wij op terugkomen.