Blad 64
Verslag van de raadsvergadering van 2 juli 2001
de zorgvoorzieningen van mening zijn dat mensen zo lang mo
gelijk zelfstandig moeten kunnen blijven wonen.. Dan moet je
op maat hulp realiseren, je moet voorzieningen maken, zodat
dat ook lukt. Daar waar mensen het niet meer zelfstandig
kunnen en 24 uur verpleging nodig hebben, moet je proberen
voorzieningen te maken die mensen zoveel mogelijk privacy
geven. Dus maak het kleinschalig en maak de slag naar de
wijk en pak je kans om die zorg op maat op wijkniveau
kleinschalig te realiseren. Daar zijn grote plannen voor,
daar zitten wij als gemeente bovenop. Er is een stuurgroep
gevormd, waar ik op dit moment zelf als wethouder voorzit
ter van ben. Dat is de echte discussie over het ouderenbe
leid. Daar gaan wij ook de relatie leggen met de activitei
ten die het SWOL doet. Ik vind dat met name op dat terrein
verschrikkelijk veel gebeurt. Dat is eigenlijk een veel be
ter antwoord op de vraag hoe aangekeken wordt tegen het wo
nen voor ouderen.
Ten aanzien van die groep hebben wij dus gezegd, daar waar
individuele burgers nu in de knel komen en financieel het
niet meer kunnen betalen, zou ons minimabeleid een vangnet
moeten zijn.
Het studentenbeleid was ook een onderdeel waar wij te wei
nig aan doen. Het college deelt dit standpunt niet. De Ken
niscampus is bij uitstek een beleid om zoveel mogelijk stu
denten hier te krijgen en het studenten naar de zin te ma
ken. De Kenniscampus neemt ook heel nadrukkelijk de bereik
baarheid mee, neemt heel nadrukkelijk huisvesting mee,
sportvoorzieningen mee, daar wordt heel erg gekeken naar
voorzieningen voor studenten. Daarvoor hebben wij nu f 3
miljoen gulden in het SIOF klaarliggen. Los daarvan, zijn
wij een van de enige gemeenten in heel Nederland, die juist
voor promotie voor studenten en het bereiken van studenten
een eigen functionaris in dienst heeft, die dus juist heel
veel doet aan het contacten leggen met studentenverenigin
gen en overigens ook weer met mij contact heeft. Wij subsi
diëren die stichting voor f 30.000,- om promotie te kunnen
maken voor de stad Leeuwarden en studenten. Al met al, denk
ik dat wij juist ook op het terrein van studenten in de ge
meente Leeuwarden heel veel doen.
Het vandalismeprojeet waar de SP-fractie over gesproken
heeft, hebben wij laten vallen, omdat wij in de tussentijd
heel veel GSB-geld hebben gekregen voor jeugd en veilig
heid, waarin deze vandalismeprojecten worden meegenomen.
Dus kan een oud potje vervallen.
De speelruimte en de hele discussie die op het ogenblik in
de SP landelijk ook gevoerd wordt over een norm, is bijzon
der interessant en ook positief, vind ik. Ik denk dat het
heel goed is om je te realiseren dat naarmate we meer bou
wen, de ruimte voor kinderen kleiner wordt, dat voel je
Blad 65
Verslag van de raadsvergadering van 2 juli 2001
ook. We hebben zelf vorig jaar f 1 miljoen extra gegeven
aan speelruimte, dat wordt nu heel druk ingevuld. Ik merk
dat dat gematched wordt met gelden die vanuit fondsen ko
men. Eén van de fondsen, het Nieuwe Stadsweeshuis, doet
daar behoorlijk wat extra geld bij, dus we kunnen nu het
een en ander aanleggen.
Ingewikkeld voor mij is om nu precies uit te vogelen wat de
norm, zoals de SP-fractie die nu noemt, voor ons betekent.
Ik kan geen toezeggingen doen in de zin van het overnemen
van de norm, want dat kan ik helemaal niet overzien. De
aandacht voor speelruimte is er wel, ik denk dat wij aan
het investeringsprogramma, zoals we dat nu gepresenteerd
hebben, voorlopig even onze handen vol hebben. Dat betekent
dat er in ieder geval behoorlijk wat bijkomt.
(De heer Boorsma: Het gaat vooral om die vier wijkende
twee nieuwe wijken en de herstructureringswij kendaar gaat
het ons in eerste instantie even om. Dus niet een speciale
uitbreiding van het hele speelruimtebeleid, dat we een paar
maanden geleden hebben gehad.)
Ik vind terecht dat speelruimte onderdeel wordt van alle
nieuwe plannen, dus of het nu om stedelijke vernieuwing
gaat of om uitleggebieden, dat is in het investeringspro
gramma ook meegenomen. Daar gaat dus ook weer de integrali-
teit een rol spelen van houd er rekening mee dat naar be
stemmingsplannen integraal gekeken wordt. Dat is voortdu
rend de slag die we moeten maken, dat we geen verkokerde
organisatie meer hebben, maar dat dat met elkaar in verband
gebracht wordt.
Dan het OZB-verhaal, waar een aantal fracties over gespro
ken heeft. Ik begin met de VVD-fractie.
Ik kan me op zichzelf de boosheid voorstellen. Maar wij lo
pen als college wat uiteen als het gaat om de inschatting
van de risico's. Daar tilt de VVD-fractie wat zwaarder aan
dan wij in onze gemeentelijke memo, zonder te willen baga
telliseren
Ik denk dat de VVD-fractie gelijk heeft dat er indertijd in
de gemeentelijke stukken op is gewezen. Dit probleem was
bij ons bekend. Ook de heer Monsma heeft ons daarop gewe
zen, wij hebben dat ook terug gevonden in stukken. De reden
dat het niet is opgepakt heeft alles te maken met het feit
dat tot nu toe over het afronden achter de komma nog nooit
in gemeenteland enig probleem ontstaan isMet andere woor
den: er is vanuit gegaan dat het geen probleem was. Je zou
kunnen zeggen dat de prioriteit die daaraan gegeven is, on
voldoende is geweest, als je kijkt met de ogen van nu en de
wetenschap van nu. Dat is wat er aan de orde is. Bij andere
gemeenten heeft dat ook gespeeld. Het heeft te maken met
het programma Excel. Er is niet de noodzaak geweest om tot
nu toe achter de komma die cijfers te rekenen, omdat dat
tot nu toe nog nooit, door welke gemeente dan ook of door
welke rechter ergens, aangekaart is. Met andere woorden, we