Blad 110 Verslag van de raadsvergadering van 2 juli 2001 ten, dat is volkomen terecht. We moeten het geld nu gewoon reserveren, er is structureel geld over, dus dat moeten we wegzetten COC motie steunen wij niet, daar zijn wij het principieel mee oneens Het hondenpoepverhaal van de fractie Dolstra ook niet, ge let op de opmerking die ik net heb gemaakt. Wat gladheid betreft, kan ik in die zin in meegaan dat er wel gebieden zijn geweest, deze winter ook, waarvan ik na een dag of drie, vier dacht, waarom is hier nu nog steeds niets aan gedaan. Ik noem bijvoorbeeld OldegalileënEen hele belangrijke doorgaande weg, waar toen het een tijdje winters was, drie, vier dagen achter elkaar, ik spreek uit eigen ervaring, niks aan is gedaan. Daarvan denk ik: dat moet beter. Dat zouden we waarschijnlijk bij de contractbe sprekingen moeten meenemen. Deze motie gaat in die zin daar niet op in, of althans niet specifiek genoeg. Motie 37 had onze steun. De heer Hoogeveen: Voorzitter, voordat ik alle moties bij langs ga eerst even een paar algemene opmerkingen uit de beantwoording vanuit het college. Eerst de OZB, de heer Van Mourik is daar in zijn eerste termijn heel gedegen op ingegaan. Hij heeft daarbij vooral de juridische complicaties van de zaak aan de orde gehad. Ik denk dat de beantwoording van het college op dat punt zeker nog niet voldoende is, maar het voert te ver om in deze vergadering daar volledig uit te komen. Dat lukt ons voor de zomervakantie waarschijnlijk niet. Maar ik zou daar toch ook nog de politieke dimensie aan toe willen voegen, want wethouder De Haan zegt nu wel dat de heer Monsma ons ook gewezen heeft op dit punt. Dat zei zij gisteravond in een telefonisch contact, dat wij hadden ook. Er blijkt schriftelijke informatie van de heer Monsma te zijn, die dit punt bevat. Ik moet u zeggen dat ik het toch wel bui tengewoon storend vind dat dat informatie is die destijds bij de behandeling van de affaire OZB-1 niet aan ons, aan de raad, is voorgelegd. Ik zou daar toch wel graag wat na dere toelichting op willen hebben. Ik dring er ook op aan dat wij nu ten spoedigste alle bestaande informatie over dit onderwerp zullen krijgen. U moet zich nog herinneren dat een aantal fracties het nodig vond om de afkeuring uit te spreken over de afhandeling of de voorbereiding bij OZB- 1, mede vanwege de onvolledige informatie die toen was ver strekt. Als we nu bij deze affaire OZB-2 weer op datzelfde punt komen, dan hebben we toch echt een groot probleem, denk ik. Dan de beantwoording, die door wethouder Hafkamp is gege ven, over twee punten. Afvalpreventie in relatie tot de af valstoffenheffing en het tweede punt, de sportnota. Blad 111 Verslag van de raadsvergadering van 2 juli 2001 Eerst de afvalpreventie. Daar blijven we toch hardnekkig met elkaar van mening over verschillen. Dat is misschien ook niet zo'n grote ramp. We zijn het gewoon echt fundamen teel met elkaar oneens. Wat ons betreft hebben de burgers onvoldoende invloed op die afvalpreventie, omdat het meer de producenten zijn die vervuilen dan dat het de consumen ten zijn. Een ander punt waardoor consumenten onvoldoende invloed hebben is bijvoorbeeld ook hier lokaal, dat veel vrijwilligersorganisaties ervoor moeten kiezen te stoppen met de inzameling van oud papier. Dat is uitermate teleur stellend. Dat betekent dus wel dat het voor de burger weer moeilijker wordt om echt aan preventie en scheiding te gaan doen. In zo'n situatie vinden wij het niet verantwoord om de afvalstoffenheffing kostendekkend te maken en zo te gaan verhogen. Wij denken dat daardoor het draagvlak onder het preventiebeleid gaat wegvallen en dat vinden wij geen goede zaak De sportnota. Daarvan vond ik de beantwoording door de wet houder toch wel wat problematisch. Bij de afvalpreventie zijn we het gewoon echt oneens, dat is voor iedereen duide lijk. De sportnota, dat is toch iets wat deze wethouder va ker doet, er wordt min of meer gezegd: ach u heeft het al lemaal niet goed begrepen en u moet nog maar eens met uw fractiegenoten praten. Dat vind ik toch een weinig serieuze manier van reageren. Ook hier zijn we het oneens, wethouder Hafkamp. Wij hebben gewezen op het feit dat er te veel op de topsport wordt gemikt vanuit een oogpunt van PR en stadspromotie. Wij vinden dat er meer op breedtesport moet worden ingezet. Als de heer Krol dan zegt, die aansluiting tussen topsport en breedtesport is juist zo belangrijk, dan heeft hij daarmee het punt te pakken wat mijn fractiegenote ook in de commissiebehandeling heeft gezegd, toen hij het had over de aansluiting tussen bijvoorbeeld de topsporters van Cambuur en de voetballers die in de breedtesport bezig zijn. Wij vinden dat er veel meer mogelijkheden zijn in de ze stad en dat dit college met de sportnota, die er nu ligt, daar onvoldoende op inhaakt. Ik vind het vervelend dat dit serieuze punt als een misverstand en een miscommu nicatie binnen onze fractie wordt afgedaan door deze wet houder, daarmee doet zij onrecht aan ons punt. Dan de moties die zijn ingediend. Motie 1 van de PvdA-fractie over de bestemmingsplannen zul len wij niet steunen. Motie 2 over de aanbesteding jongerenbeleid steunen wij ook niet, omdat wij de andere motie over het jongerenbeleid zullen steunen. Motie 3 over de buurtscholenWanneer de wethouder, die zelf toch de buurtscholen als stokpaardje heeft, zegt dat het op deze manier kan, dan nemen wij aan dat het zo is.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 2001 | | pagina 56