Blad 72
Verslag van de raadsvergadering van 15 en 16 oktober 2001
Mevrouw Dolstra: Ik wil eerst even beginnen over
Leeuwarden. Nou, ik weet soms zelf niet meer wat
fractie Dolstra is of Leefbaar Leeuwarden, omdat
ander door elkaar heen loopt.
De Voorzitter: Wij houden de Kieswet aan, ik kan
wij ken
Mevrouw Dolstra: Prima, ik ben in ieder geval bereid om Leefbaar
Leeuwarden zolang nog even door te krassen, dat is voor ons geen
probleem.
Waar het ons om gaat is toch de ongelijkwaardigheid. De wethouder
zegt wel dat mensen in de fase 4 er wel weer eens uit komen. Nou
prima, dan komen ze in de fase 3, in fase 2, daar gaat deze rege
ling dus ook weer over. De eindejaarsuitkering van 853.000, dat
was niet zo. Ik meende toch echt begrepen te hebben in commissie
vergaderingen, dat voor ieder traject die er gesloten werd voor
iemand uit de bijstand, dat een bonus van het Rijk daarbovenop
kwam en dat die vrij besteedbaar was. Dat voor dit traject geld
van het Rijk kwam, dat de gemeente mag houden.
(Mevrouw Hafkamp (weth.): Maar het gaat om het uitstroombeleid,
mevrouw Dolstradua een bonus voor mensen die uitstromenJe gaat
toch niet een bonus geven aan mensen die blijvend in de bijstand
blijven zitten?)
Ik dacht dat u een bonus kreeg als je uitstroombeleid hebt, dat de
gemeente daardoor meer geld in kas krijgt. Dus dan zou je in prin
cipe voor die groep, de allerlaatste groep, iets kunnen doen. Dat
is mijn idee.
(Mevrouw Hafkamp (weth.): Uitstroommbeleid is iets anders als wat
u nu bedoelt. Daar is het voor bedoeld, mevrouw Dolstra. Niet voor
bonus voor mensen die blijvend in de bijstand zitten, daar hebben
wij onze speciale uitkeringen voor: de categoriale bijzondere bij
stand, declaratieregeling, het vouchersysteemindividuele bij
stand. Dat zijn precies de instrumenten die wij inzetten voor men
sen die op een sociaal minimum zitten.)
Goed, dan hebben wij dat waarschijnlijk verkeerd begrepen. Alhoe
wel ik daar zo mijn twijfels over heb.
Dan wordt er ook gevraagd waarom de fase 4 wel en de fase 2 en 3
niet. Dat is dus, omdat die fase 2 en 3 altijd nog meer mogelijk
heden hebben om aan de slag te komen. Ik ben niet met u van mening
dat dat voor de fase 4 ook geldt. Want als ervaringsdeskundige kan
ik zeggen dat het inderdaad heel moeilijk is om ooit weer aan de
slag te komen. En het zijn ook vaak mensen die heel lang in de
bijstand zitten. Dan vraag ik mij af waarom mensen, die uit de
bijstand komen, gezond en wel aan het werk komen bij Werkwijzer,
dan wél recht hebben op die f 300,- en waarom mensen die dus geen
uitzicht ergens meer op hebben steeds verder achteruit zakken.
Nee, dat klopt niet. Als men het voor de ene groep vraagt, waarom
zou ik het laten voor de andere groep. In feite wat ik doe, dat is
precies hetzelfde als wat landelijk deed Nellie Noordman-Den Uyl,
de naam Leefbaar
we zijn of het
het één en het
helaas niet af-
Blad 73
Verslag van de raadsvergadering van 15 en 16 oktober 2001
die ook voor specifiek deze groep een extra bijdrage te vragen en
dat doe ik dus eigenlijk ook.
De Voorzitter: Ik stel u voor de motie in stemming te brengen.
De motie van mevrouw Dolstra namens de fractie Dolstra, medeonder-
tekend door de heer Stoker namens de Christenunie wordt verworpen
met 2 tegen 32 stemmen. Voor stemden de fractie Dolstra en de le
den van de Christenunie-fractie
Aan de orde is de stemming over punt 18.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig het
voorstel van b. en w.
Punt 19 (bijlage nr. 124).
De Voorzitter: Aan de orde is Verordening tot wijziging van de
Subsidieverordening Leeuwarden, deelsubsidie-verordening 'Projec
ten etnische groepen'
De heer Van Olffen: Ik wil eerst een opmerking vooraf maken.
De behandeling in de Commissie Welzijn heeft nogal wat commotie
veroorzaakt en eigenlijk begrijp ik nog steeds niet goed waarom.
Tijdens de commissievergadering heb ik vragen gesteld over zaken
die mij onduidelijk waren. Ik heb daarbij ook een klein stukje
geschiedenis als voorbeeld gebruikt. Dat mag zeker niet, maar van
de geschiedenis kun je leren. Je moet je nooit twee keer aan de
zelfde steen stoten. Daarbij vind ik het een plicht van een raads
lid om duidelijkheid te krijgen in die zaken die hem of haar on
duidelijk voorkomen. Het is niet alleen de plicht, maar ook een
recht. En het zou van de gekke zijn, als je over bepaalde onder
werpen niet zou mogen praten. Zo werkt dat niet in een democratie.
Dan nu over het voorstel.
We zijn het eens met het uitgangspunt om de gesubsidieerde activi
teiten te laten aansluiten op de nieuw geformuleerde uitgangspun
ten van het gemeentelijk beleid, te weten de nadruk op de integra
tie en het verbeteren van de communicatie tussen de verschillende
groepen in de Leeuwarder samenleving. Ook het daarbij nadrukkelij
ker betrekken van personen en groepen, waarop het beleid zich
richt bij de uitvoering van het beleid. Er mag echter geen ver
schil zijn in de toepassing van de subsidieverordening. De subsi
dieverordening moet voor alle inwonersgroepen gelijk zijn. Hierbij
geldt ook dat godsdienstige zaken niet voor subsidie in aanmerking
mogen komen. Het Kleurrijk Beraad krijgt een geformaliseerde ad
viesrol bij de subsidieaanvragen. Tijdens de commissiebehandeling
ontstond er discussie over de representativiteit van Kleurrijk
Beraad. Uit het antwoord van de wethouder bleek dat iedere organi-