Blad 38 Verslag van de raadsvergadering van 29 oktober 2001 - de nieuwe wetgeving mogelijkheden biedt om in ieder geval middels een raadplegend referendum burgers meer bij het proces te betrekken; besluit om bij de nieuwe benoemingsprocedure voor een burgemeester een raadplegend referendum voor geselecteerde kandidaten onderdeel van de procedure te laten zijn, waarbij de uitkomst van het referendum als bindend advies naar de Commissaris van de Koningin gaat; en gaat over tot de orde van de dag." De motie is ondertekend door de heer Roekiman en mijzelf. Tot besluit wil mijn fractie ons vertrouwen uitspreken over de tijdelijke benoeming van Margreet de Boer, een zeer ervaren bestuurder met een goede en bekende naam. De heer Jacobse (NLP, 3 zetels)Een kerkeraad van een hervormde gemeente ergens in Fryslan wou een gemeenteavond beleggen. Maar daar komt vrijwel nooit iemand, zei een ouderling. Wat is nu een onderwerp waarvoor je mensen nog krijgt? Daarop zei de dominee: schrijf op: "Extra gemeenteavond. Wij willen op deze avond de problemen bespreken rond de dominee." Hij zei: wedden dat ze er allemaal zijn. Daar moest ik toch even aan denken, toen ik hier het provinciehuis binnen liep. Nog nooit in mijn carrière, ik zit toch zo'n twintig jaar in de lokale politiek, heb ik zo'n belangstelling van media en burgers voor iets mogen bemerken. In Leeuwarden gaan alleen vanzelf dingen fout, voor de rest gaat niets vanzelf, alles moet bevochten worden. In het brede samengestelde college van VVD, Groenlinks, PvdA en CDA, bevochten in de raad met negen partijen en bevochten met de bevolking, die ook heel geschakeerd is en ook voor zijn eigen belangen opkomt en ander weer voor het tegenovergestelde belang. Maar ook bevochten op Den Haag, op Groningen en Assen en bevochten binnen de verdeel- en heerspolitiek, die Fryslan al enige decennia kenmerkt. Een stad met grote ambities, maar helaas weinig mogelijkheden. Een stad die groot wil zijn, die ook heel geschakeerd is en ook voor zijn eigen belangen opkomt en ander weer voor het tegenovergestelde belang. Maar ook bevochten op Den Haag, op Groningen en Assen en bevochten binnen de verdeel- beheerspolitiek die Fryslan al enige decennia kenmerkt. Een stad met grote ambities, maar helaas weinig mogelijkheden, een stad die groot wil zijn, maar steeds weer te horen krijgt dat ze te klein is, de Calimero. Een stad die vindt dat de gekozen lokale politici het beleid behoren vast te stellen, waarbij de burgemeester afstand neemt van eigen politieke ideeën en de rol neemt van voorzitter, stimulator, coördinator en lobbyist. Iemand de het politieke beleid, dat door anderen is vastgesteld, weet uit te voeren en weet te verkopen. Wij zijn het daarmee eens, Blad 39 Verslag van de raadsvergadering van 29 oktober 2001 want wij vinden dat de politici in Leeuwarden gekozen zijn en de burgemeester niet. Na tweeëneenhalf jaar is dan ook komen vast te staan dat mevrouw Van Maaren niet het type burgemeester is dat bij ons past. Voor alle betrokkenen een pijnlijke conclusie. Als je dan constateert dat de verwachtingen te veel uiteen lopen is het verreweg te verkiezen dat de wegen zich scheiden en dan rest je als gemeente niet veel meer dan er voor te zorgen dat dat met een fatsoenlijke regeling gebeurt. Wat het financiële gedeelte van zo'n regeling betreft ben je aan Haagse regelen en bedragen gebonden. Of je net bedrag nu hoog vindt of niet, als gemeente is je beleidsvrijheid daarin maar vrij beperkt. De minister toetst zelfs of het bedrag doelmatig is. De overeenkomst is ten slotte door mevrouw De Haan en mevrouw Van Maaren ondertekend op advies van deskundige advocaten en is door fractievoorzitters marginaal getoetst. Te marginaal, zo bleek helaas na afloop. De indruk moet niet blijven hangen dat mevrouw Van Maaren daarbij onder druk is gezet, dat zou haar onrecht doen. Mevrouw Van Maaren is een door de wol geverfde politica, dat bleek ook deze week toen ze haar goede vriend, Bram Peper, enige rake klappen liet uitdelen, die Leeuwarden grote schade hebben toegebracht. Persoonlijk zou ik dan overigens gekozen hebben voor iemand met een onbesmet verleden. Naar aanleiding van de woorden van de heer Peper wil ik ook het volgende opmerken. Binnen de vertrouwenscommissie heerste er grote teleurstelling dat er geen bestuurlijke zwaargewichten de wens te kennen hadden gegeven naar Leeuwarden te komen. Dat verbaasde ons ook, want Leeuwarden is een prachtige stad. Geen enkele partij, met uitzondering van de Partij van de Arbeid, had de moeite genomen om een serieuze kandidaat in procedure te brengen, omdat men - dat vermoed ik althans - er vanuit ging dat de post toch naar de PvdA zou gaan. Mevrouw Van Maaren was de kandidaat die naar voren was geschoven door de landelijke PvdA. Veel keus was er niet. Binnen de vertrouwenscommissie is er desalniettemin een stevige discussie gevoerd over de voordracht. Uiteindelijk is unanimiteit alleen verkregen onder de dreiging dat de minister bij een verdeeld advies zelf een burgemeester zou aanwijzen. Het lijkt mij goed dat de heer Peper dat verhaal er ook bij had gezegd. Iedereen heeft de problemen de afgelopen jaren kunnen waarnemen en zeker de pers heeft dat kunnen doen en heeft dat ook gedaan. Iedereen heeft de wrijvingen in de Commissie Openbare Orde kunnen voelen, waarbij ik zelf hier en daar ondiplomatieke taal gebruikte. De wrijvingen in de raad, waar chaos bij stemmingen eerder regel dan uitzondering waren, het optreden naar buiten, waarbij iedereen met gekromde tenen naar haar verhaaltjes (want de term toespraak gaat mij te ver) luisterde en al gauw niet meer luisterde, de eigenzinnigheid waarbij ze de adviezen van iedereen in haar eigen koers dan toch doorzette, haar veelvuldige absentie om privé-redenen tijdens belangrijke momenten. Hoe ze toch regelmatig door de loco-

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 2001 | | pagina 20