Blad 46
Verslag van de raadsvergadering van 29 oktober 2001
fout gemaakt. Door de ingehuurde advocaten van de beide partijen
was een ingewikkelde juridische formulering bedacht om het op
respectvolle wijze uit elkaar gaan vast te leggen. Deze formule
ring, die in het arbeidsrecht niet ongebruikelijk is en die later
de zwijgplicht is gaan heten, is in de bestuursrechtelijke
verhoudingen een onding gebleken en voor vele uitleg vatbaar
gebleken. Dit is door de advocaten, door de wethouders, maar ook
door de fractievoorzitters, onderschat. Dat was een inschattings
fout die er toe heeft geleid dat het beeld is ontstaan dat er
juist wel het één of ander te verbergen was en dat er bij een of
meer van de betrokken partijen wel degelijk sprake is van
politiek of anderszins ernstig verwijtbaar handelen. Ons is
steeds verzekerd dat hiervan geen sprake is. Wij dringen er op
aan dat wanneer dat wel het geval is door iemand die hier kennis
van draagt gemeld wordt. Het is daarom jammer dat mevrouw Van
Maaren hier niet meer aanwezig is, want dat betekent dat wanneer
zij nog kennis draagt van dergelijk ernstig politiek of anders
zins verwijtbaar handelen, dit nu hier in de raad waar het hoort
kenbaar kan maken. Het is zeker goed dat nu er zoveel commotie is
ontstaan, het gewraakte artikel 6 uit de vertrekregeling wordt
geschrapt. Inmiddels hebben wij begrepen dat mevrouw Van Maaren
via haar advocaat heeft laten weten dat zij wel van dat artikel 6
af wil. Ook wij willen wel van dat artikel 6 af, de wethouders
hebben dat ook laten weten, maar toch staat het nog steeds in de
overeenkomst. Het lijkt mij goed dat de wethouder eens goed
uitlegt waarom het niet gewoon doorgekrast kan worden. Beide
partijen zijn het eens, dus het contract kan overeind blijven in
gewijzigde vorm en dan zijn wij van de ellende af. Waarom moeten
wij nu met een ingewikkelde formulering zeggen dat wij er geen
gebruik van maken, schrappen gewoon.
11.De getroffen vertrekregeling kost de gemeenschap veel geld. D66
is daarmee zeer ongelukkig. Wij beseffen echter dat de regeling
het gevolg is van de huidige rechtspositieregeling van burgemees
ters in Nederland. Binnen de gegeven omstandigheden en met de
huidige semi-ambtelijke rechtspositieregeling kunnen wij niet
anders dan instemmen met de getroffen regeling en de financiële
gevolgen daarvan. Liever hadden wij gezien dat voor burgemeesters
een zelfde regeling zou gelden als bij andere politieke ambtsdra
gers, zoals wethouders en ministers, waarbij vooraf vast staat
wat de wachtgeldregeling is en waar verder niet over te onderhan
delen valt. D66 heeft al voor het ontstaan van de Leeuwarder
burgemeesterscrisis, en onlangs opnieuw, in de Tweede Kamer
aandacht gevraagd voor deze rare regeling in de rechtspositie
voor burgemeesters. Deze situatie in Leeuwarden toont aan dat het
hoog tijd wordt dat deze rechtspositie van burgemeesters
gemoderniseerd wordt.
12.De oorspronkelijke bedoeling om op een respectvolle wijze
afscheid te nemen van een functionaris, die binnen de gegeven
moeilijke omstandigheden niet goed heeft gefunctioneerd, is
verkeerd uitgepakt. Door onhandig opereren is een rel ontstaan
Blad 47
Verslag van de raadsvergadering van 29 oktober 2001
die de betrokken functionaris, maar vooral ook de gemeente
Leeuwarden veel schade doet. De regie voor het hele proces is
onvoldoende geweest. Door de wethouders is onvoldoende gecommuni
ceerd en fractievoorzitters hebben daardoor onvoldoende nagedacht
over de exacte tekst van de vertrekregeling. De eindverantwoorde
lijke voor dit proces heeft de gemeente hiermee veel schade
gedaan. D66 wil graag van de wethouders weten hoe zij terugkijken
op hun eigen rol en hun eigen opereren tijdens deze crisis.
13.Tenslotte nog iets over de toekomst. Diegenen die denken dat na
het vertrek van mevrouw Van Maaren als burgemeester van Leeuwar
den, de gemeenteraad en het college van B&W weer over kunnen gaan
tot de orde van de dag die hebben het mis. Zoals gezegd is de
huidige crisis een verhaal met twee kanten. Niet alleen de
burgemeester voldeed niet aan de verwachtingen, ook het college
van B&W als geheel stelt teleur. Al eerder heeft D66 zorg geuit
over de kwaliteit en de continuïteit van ons dagelijks bestuur.
Dit probleem is niet eenvoudig op te lossen. Op dit moment moeten
nieuwe wethouders nog gerekruteerd worden vanuit de gemeenteraad
en de collegefracties zijn na alle wisselingen van de afgelopen
jaren door hun wisselspelers heen. Een echte kwaliteitsverbete
ring kunnen we dus ook pas na de verkiezingen van maart volgend
jaar verwachten. D66 hoopt dat bij de partijen in Leeuwarden de
moed zal bestaan om gebruik te maken van de nieuwe mogelijkheden
die de dualisering van het gemeentebestuur gaat bieden. Wij
dringen er bij alle partijen op aan om nu reeds nu na te denken
over een kwalitatief sterke invulling van het nieuwe dagelijks
bestuur van Leeuwarden na de verkiezingen. Wij moeten daarbij
breder gaan kijken dan alleen binnen de eigen kring, wij moeten
breder gaan kijken dan de kring van gemeenteraadsleden, want de
afgelopen periode heeft ons geleerd dat dat tot problemen kan
leiden. Deze hele zaak is buitengewoon pijnlijk voor mevrouw Van
Maaren en zeer schadelijk voor de stad en het aanzien van het
gemeentebestuur. Maar laten we er dan in ieder geval van leren en
laten wij zorgen dat wij investeren in de kwaliteit van ons
bestuur en onze bestuurders.
De heer Stoker (Christenunie, 1 zetel):
Op dinsdag 12 september werden de fractievoorzitters van de
Leeuwarder gemeenteraad opgetrommeld om naar het bestuurscentrum te
komen voor het seniorenconvent. Daar werden wij door het college
geconfronteerd met een aantal mededelingen omtrent het functioneren
van mevr. Van Maaren en de verhouding tussen de wethouders en de
burgemeester. De wethouders stelden dat er in hun optiek sprake was
van een onherstelbare vertrouwensbreuk. Voor onze fractie weegt heel
erg zwaar dat de wethouders pas met deze informatie naar de
fractievoorzitters c.q. de raad kwamen, toen er in hun optiek al
sprake was van een onherstelbare vertrouwensbreuk. Wij stellen vast
dat dit absoluut te laat is. En wij zijn daar dan ook niet over te
spreken en voelen de behoefte dit in een motie naar voren te brengen
en wij zullen dat dan straks ook doen.